35
Hij heeft aan de heer Franken toegezegd, dat het de taak van de raad In eerste instan
tie is, om zich over het eigen functioneren te buigen en het feilen daarvan te her
kennen en eventueel te erkennen.
Hij laat de termijn waarbinnen de raad dat doet geheel aan de raad over.
Hij heeft toegezegd, dat een initiatief van het college te verwachten is, voor de
termijn van de raad is afgelopen en dat zal dus in 1986 worden.
Men kan dat op ieder ander, door de raad gewenst moment eerder ter hand nemen.
Hij vil dan toch maar met de stemming beginnen.
Daaruit blijkt dat het voorstel met 24 stemmen voor en 4 tegen wordt aangenomen.
Voor stemmen: de dames Krijger, Birker, Noorman en de Visser en de heren Nijpels, Muller,
van Heijst, P.Franken, h.Franken, lorrissen, A.Franken, Baden, Westerhof, Stuart, van
Kemenade, Dekkers, van der Velden, de Laet, van der Stoel, Smits, Janssen, de Jongh,
Bakx en Parel.
Tegen stemmen mevrouw van de Putte en de heren van Es, van de Water en van Wijk.
Het voorstel genoemd onder b wordt zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming
aangenomen.
De VOORZITTER zegt bij punt c, dat het college een aantal namen hebben bereikt, waar
mede dan het volgende is gedaan. Die zijn n.l. op een stembriefje vermeld.
Het feit dat dit zo is gedaan is zuiver functioneel van aard en heeft niet een andere
achtergrond.
Hij weet niet of de raad over de namen die bij de onderscheidene commissies voorkomen
of over het getal nog onderling van gedachten wenst te wisselen.
Als dat het geval is zal hij die stembriefjes laten ronddelen en weet ieder ook waar
het over gaat.
De heer i-,ESTERHOF wil hier nog wel iets over zeggen.
Niet eerder dan gisteren avond bereikte de CDA—fractie het verzoek van de WD-frac-
tie, of het aantal commissieleden uitgebreid kon worden, omdat men met name van de
WD in bepaalde commissies wel graag meer dan één persoon had.
Daar werd dan het oordeel van de andere fracties over gevraagd.
Het CDA staat daar vry neutraal tegenover, want zijn fractie heeft in alle commissies
2 leden. Men heeft dan ook geen behoefte om het aantal leden in de commissies uit
te breiden. Vat zijn fractie betreft zou het verzoek van de WD-fractie we 1 kunnen
worden ingewilligd, alleen is hij bang dat, als de andere fracties of liever de ande
re grote fractie - hij neemt aan dat de heer de Jongh daar wat van wil zeggen - zegt
dat zij dat ook wel wallen, dat in bepaalde commissies dan toch wel een onwerkbaar
groot aantal mensen op zal leveren. Daar doelde, denkt hij, mevrouw van de Putte op
toen zij zei dat het CDA bezwaren had tegen uitbreiding van de commissies.
Er staat natuurlijk tegenover, dat een aantal burgerleden weg valt, dus wat dat be
treft wordt een deel van dat bezwaar opgeheven.
Nu staat in de verordening wel een minimum aantal raadsleden genoemd, maar geen maxi
mum. Hij vraagt zich af, of het toch niet zinnig is om zich als raad een zekere beper
king op te leggen. Dat hoeft dan niet nog eens een keer in de verordening te worden
vastgelegd, als er onderling kan worden afgesproken, dat achter een bepaald aantal
commissieleden een punt zou moeten worden gezet.
Het lijkt hem een beetje gek als een aantal commissies b.v. uit 10 of 12 leden zou
gaan bestaan.
Hij wil het oordeel van de PvdA-fractie nog even afwachten. Vat zijn fractie betreft
heeft men op dit moment geen bezwaar, als in bepaalde commissies een persoon meer
zou komen.
Mevrouw NOORMAN hoort de heer Westerhof zeggen, dat hij pas gisteren avond het voor
stel van de WD-fractie heeft vernomen. Dat was dan echter geen voorstel. Men had
eerder het idee als WD-fractie, dat men ter verantwoording werd geroepen door de
CDA-fractie.
De heer WESTERHOF wil hier dan wel graag even op ingaan.
En zo komt de heer de Jongh nooit aan het woord natuurlijk, zegt de VOORZITTER.