21
De heer NIJPELS neemt deze zaak echt heel serieus. Hij heeft het goed onderzocht.
Hij wil vervolgen met zijn lijstje.
Roermond ƒ.240,- per jaar; Sittard parkeergarages 25.- per maand; Goes komt er
aan en richt zich naar Middelburg.
Hij heeft ook nog in Twello geïnformeerd, de oude gemeente van de burgemeester en
daar bestond deze regeling niet.
Daaruit blijkt dan dat Bergen op Zoom heel exclusief is, denkt de heer YMF DER STOEL.
De VOORZITTER meent dat men in Bergen op Zoom kan vaststellen wat men wil. Bij Alk
maar begint de victorie.
Een artikel 12 gemeente, zegt de heer PAREL.
De heer NIJPELS vil meer ernst bij dit onderwerp. Eet is een overgangsmaatregel wordt
er gezegd. Hij heeft ook een brief voor zich liggen van al die bewoners, die de wet
houder ook ontvangen heeft.
Hij vindt het dan toch wel belangrijk, dat, &ls er een beslissing wordt genomen, men
ook eens aan de eigen inwoners denkt. Daar gaat het hem om.
Dat is de VOORZITTER helemaal met de heer Nijpels eens. In Twello is dat nog lang niet
nodig. Laar is nog zoveel andere ruimte.
Hier is dat natuurlijk wel het geval. Hij denkt dat de heer van der Velden zeker nog
wel iets over dat tarief zal willen zeggen.
De heer VM DER VELDEN moet zeggen dat de heer Nijpels al het nodige veldonderzoek
heeft verricht blijkbaar.
Hij kan zeggen dat dat ook binnen deze gemeente heeft plaatsgevonden en dat men daar
nog steeds mee bezig is.
Zoals de heer Nijpels al opmerkte, zijn er grote verschillen merkbaar.
Ook zijn er verschillende systemen om de tarieven te berekenen.
Hij kan ook zeggen, dat het college in Bergen op Zoom heeft gesteld, dat bij het toe
passen van een belanghebbendenregeling met terughoudendheid, zonder dat de raad hem
daar op dit moment op mag vastpinnen, de tariefstelling toch zal worden gekozen.
Met andere woorden: men is daar nog heel nadrukkelijk op aan het studeren.
Hij wil nogmaals stellen, dat het naar de mening van het college niet juist is om het
betaald parkeren overal in te voeren en daarna dan nog eens met een belanghebbenden
regeling te komen.
Dat zal zeer zeker gelijktijdig moeten plaatsvinden.
Met de raad zal dan ook nader besproken moeten worden, wat de juiste benadering hier
bij zal zijn.
Maar wordt er nu 340.- vastgesteld of niet, vraagt de heer WESTERHOF.
De heer NIJPELS zegt, dat de heer Westerhof er nu weer even tussenkomt, maar hij zou
zelf eerst liever antwoorden.
En mag dat alstublieft, vraagt de heer l/ESTERHOF,
Nee, zegt de heer NIJPELS. Hij zou graag van de wethouder de toezegging hebben, dat
hij af wil wijken van die 340.- per jaar. Hy kan zich verenigen met hetgeen alle
maal in deze nota staat want dat is nu eenmaal nodig. De binnenstad moet bereikbaar
blijven. Dat moet echter zeker ook voor de bewoners van die binnenstad.
Voor de winkeliers moet worden gezorgd, dat er een bereikbare binnenstad blijft.
Voor de consument, dat zy rustig kunnen winkelen.
Er zullen dus maatregelen getroffen móeten \vorden maar dat moeten geen maatregelen
zijn die de mensen niet kunnen betalen, 340.-, hij heeft het lijstje opgenoemd, is
veel te veel. Daar zal het college speciale aandacht aan moeten besteden.
En dat is dan duidelijk geworden, meent de VOORZITTER.
Hij begrijpt dat de heer Westerhof die opvatting deelt.
Ja, zegt de heer VESTERHOF. Hij begrijpt het nu niet meer. Hij dacht dat dit een kader
was, maar nu begrijpt hij uit de woorden van de wethouder, dat, als deze verordening zo
wordt vastgesteld, dan voor de belanghebbenden dat bedrag ook al is vastgesteld.