ij 16 Nee,' zegt de heer VAN DER VELDEN. De heer van Ginderen draait niet mee in 1983. Waarom niet? Dat wil hij nu gaan uitleggen. Het is zo, dat deze firma in de brief zyn teleurstelling uitspreekt over het feit, dat het bouwplan Eiuwelenbroekstraat niet in het woningbouwprogramma 1983 is opge nomen. Vooropgesteld dient natuurlijk te worden dat er velen teleurgesteld zijn, dat hun bouwplan niet is meegenomen. Een van de redenen daarvoor is, dat de contingenten die de gemeente Bergen op Zoom toegewezen heeft gekregen, niet volledig zijn en niet voldoende. Men zou hier meer kunnen bouwen dan men aan contingenten toegewezen heeft gekregen. Iedereen weet dat dit niet aan het beleid van het college ligt maar dat dat een gevolg is van het rijksbeleid. Zoals ook wel bekend zal zijn is met name het volkshuisvestingsbeleid toch een aantal graden gewijzigd. Hij heeft in een vorige raadsvergadering al gezegd dat hij daar geen oordeel over uit wil spreken maar het is vel een duidelijke constatering. Hij moet verder zeggen dat het bouwplan van Ginderen nog niet duidelyk aangaf, in wel ke sector dat gerealiseerd zou worden, hetzij in de sector premie-koop, hetzy in de sector premie-huur. Daarnaast waren er een aantal andere knelpunten in de bouw-tech- nische uitvoering van het plan die ook niet duidelijk waren. Hij gelooft dat het dan juist is, dat in zijn algemeenheid gesteld moet worden, dat, wanneer er een beperkte contingentering is, dan de plannen moeten afvallen waarvan niet zeker is op welke wijze en in welke sector die gerealiseerd zullen worden. Eet college heeft een keuze moeten maken en heeft dan gekozen voor die woningen, voor die plannen die gewoon gerealiseerd kinnen worden in 1983. Het is dan gewoon zo dat er bij deze firma nog gewoon een aantal knelpunten waren. Dan is men teleurgesteld. Hij gelooft echter dat het niet correct zou zijn om op deze wijze zijn ongenoegen te uiten en daarbij dan ook nog met name in te gaan op bespre kingen waarbij ambtenaren worden genoemd. Het gaat er om dat het college, op basis van de meest vergevorderde plannen keuzes heeft gemaakt. In de eindfase is daarover nog een bespreking gevoerd en zoals bekend heeft dat ge resulteerd in een bijstelling van de contingentering, met name de 6 woningen aan de Scholiersberg dit jaar erbij te betrekken, v/aarom? Omdat dat kanten Klare plannen zijn» Het bouwplan waarover van Ginderen spreekt is niet concreet. Dat is het hele duidelijke antwoord aan de heer Nypels. Als de heer Nijpels er prijs op stelt om een duidelijk overzicht te krijgen in de voor geschiedenis, dan is hy uiteraard bereid om dat volgende week eens met^hem door te nemen. Hij gelooft dat het vanavond te ver zou gaan om er in detail op in te gaan. De heer Nijpels kan dan zonder meer inzage krygen van alle besprekingen en van de knelpunten die in die besprekingen naar boven zijn gekomen. De vraag van de heer Muller of het mogelijk is om met name het ^bouwplan van de 20 woningen in Tuinwijk eventueel het komend jaar in te passen. Hij moet zeggen dat het gaat om woningwetwoningen. De heer Muller haalde naar voren een eventueel ruilen met andersoortige woningen. Spreker moet zeggen dat er een uiterst beperkt aantal woningwetwoningen is toegewe zen. Het bouwplan DahliastraatJ daarvan moet het volgende worden opgemerkt: het bestemmingsplan is in procedure bij GS; op dit moment zijn hier 2 bezwaar schriften tegen ingediend; dat betekent dat de artikel 19 procedure moest worden stopgezet om dat de urgentie ontbreekt; dat betekent dat het noodzakelijk zal zijn om de tijd af te wachten voor dit plan gerealiseerd kan worden. Hij wil hier nog eens heel expliciet bij vermelden, dat hij overleg heext^gevoerd met de corporaties m.b.t. de contingenten in de woningwet—sfeer en de premie-huur—sfeer. Zij hebben zich daarin kunnen vinden en hebben verklaard, dat dit de^meest juiste weg zou zijn zoals nu in dit programma op tafel ligt, met de aanvulling Scholiersberg. Dit is wat hij hierover zeggen kan. Marineer bijstellingen zouden plaats vinden dan is hy daar ten allen tijde toe bereid. Hij kan nog wel zeggen gisteren overleg te hebben gevoerd met de collega volkshuis vesting in Roosendaal en dat op dit moment wordt bezien en aan het s'treekgevest^van daag is gevraagd, om op korte termijn een bespreking te beleggen van de portefeuille houders volkshuisvesting in de regio, omdat er op dit moment aanwijzingen zijn dat iedere gemeente met de toegewezen contingenten niet volledig uit de voeten kan en dat men vil bezien op welke wijze die contingenten dan voor deze regio behouden kunnen worden. Hy hoopt die bespreking op korte termijn te kunnen beleggen en wanneer dat tot

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1983 | | pagina 45