ft 22 De heer Franken constateert dat de belangen van het personeel veel aandacht zul len moeten hebben en dat gedwongen ontslagen voorkomen zullen moeten worden. Iets wat in de commissie ook uitdrukkelijk is geconcludeerd. Hij denkt dat dit een duidelijk startpunt is. Hoe dan ook, men zal ook aandacht moeten besteden aan hen .die deel uitmaken van het woningbedrijf. De heer Franken komt tot een enntal conclusies met betrekking tot de taak van de gemeente op het terrein van de volkshuisvesting, haar is spreker het in grote lijnen wel mee eens» De heer Franken zegt wel, dat de deeltaken die er uit voort vloeien, zoals toewijzing en inschrijving, kunnen specifiek toebehoren aan een corporatieOok dat is juist, maar evenals bij de heer Smits wil hij ook nu nog eens opmerken, hoe historisch de positie vsn het gemeentelijk woningbedrijf in Bergen op Zoom is gegroeid, waardoor er toch wel heel uitdrukkelijk een duidelijke betrokkenheid is bij dat actieve volkshuisvestingsbeleid. Hoe dan ook, hij gelooft dat de gemeente bij de toewijzing en bij aktief meedenken in de wijze waarop volkshuisvestingsbeleid op het terrein van onderhoud plegen en dergelijke plaats moet vinden, toch een actieve rol en ook een verantwoordelijke rol zal moeten blijven spelen. he opmerkingen van de heer Franken.met betrekking tot de Hationale Woningraad zijn gewoon juist, hat heeft ieder kunnen lezen, hat wil hij dus maar niet aan vechten. he CDA-fractie wijst verkoop van woningen met een lage huur af. haar is spreker heel blij mee. Hij denkt dat dat een hele juiste benadering is. Hij gelooft dat het geen enkel probleem op zal lossen als woningen gewoon verkocht zouden gaan worden. En op de uitzonderingen gaat de wethouder dan zeker nog even in, vraagt de heer WE3ÏERH0F. he heer YAH DER YELhM zegt dat de uitzonderingen wat betreft die complexen hij daarbij moet opmerken, dat die er al zijn en dat ook al is vastgelegd in welke complexen er die mogelijkheden nog zijn, conform het raadsbesluit van 28 november 1979, Wanneer dan wordt gesproken over die 50;:., dan denkt hij dat dat wel reëel is. Het college zegt ook in de aanbevelingen, dat die complexen die geen bouvr- kundige eenheid meer vormen daar mogelijkheden toe bieden, hat is al het beleid van het college en dat is recentelijk nog eens benadrukt, hat wijst het college dan ook duidelijk niet af, he conclusies van de CDA-fractie, want daar gaat het om denkt hij. Het is onverantwoord om de status quo te handhaven, zeggen zij. Dat is juist. Welke richting ook gekozen zal worden, het is nu onverantwoord. Er zal iets aan de situatie gedaan moeten worden. Vandaar ook het aantal aanbevelingen waarvan met name de heer Smits dan nog zei: is dat geen open deuren intrappen. Een aantal aanbevelingen worden-door het college al uitgevoerd, maar op een aantal punten zuilen duidelijk verdere initiatieven genomen moeten gaan worden. haar zal de rand dan toch eerst zijn goedkeuring aan moeten geven vanavond. he heer Franken zei dat bij aanbeveling' 1 de eerste 5 woorden weggelaten moeten worden. Daar heeft spreker geen enkel probleem mee. Hij denkt dat dat de zaak misschien nog wel beter benadrukt. Als de heer Franken zegt: met de aanbevelingen 2, 3j 4 en 5 zijn wij akkoord, dan neemt hij daar natuurlijk met vreugde kennis van. Over 6 is al uitvoerig gesproken. 7 wordt dan het essentiële punt. Is dat niet te vrijblijvend, is gevraagd. De heer Franken stelt heel uitdrukkelijk, - als hij het niet juist formuleert hoort hij de reactie nog wel in 2e termijn - welke richting men ook uit zal gaan, er is niet met zekerheid aan te geven welke de juiste is. he CDA-fractie spreekt een duidelijk© voorkeur uit maar, zegt de heer Franken, ga nu eerst eens met die cor poraties praten en overleggen en ga eens bezien op welke wijze men dat gestalte zou kunnen gaan geven. Zijn er überhaupt mogelijkheden voor om die vergaande vorm van samenwerking, zoals in aanbeveling 3 heel uitdrukkelijk wordt verwoord, nog verder aan te pakken.

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1983 | | pagina 326