5
3. Begroting van de gewestelijke gezondheidsdienst voor het tweede halfjaar 198?
4e Begrotingswijziging 985 van het Streekgewest Westelijk Hoord-Brabant.
Voorgesteld wordt geen Bezwaar tegen deze Begroting in te dienen.
Zonder Beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt dit voorstel aangenomen.
4. Te Beantwoorden ingekomen stukken;
Schrijven van dhr. mr. Th. C. Bouma da. 19 april 1983, lid vsn de commissie voor
Bezwaar- en beroepschriften, inzake verplaatsing van zijn domicilie naar
Wuustwezel in België.
Te Berichten, dat;
a. de gemeenteraad, evenals het college van Burgemeester en wethouders en de
Burgemeester, met Betrekking tot het bekleden van een openbare functie,
veel waarde hechten aan het ingezetenenschap van de gemeente, geen grond
aanwezig achten voor een uitzonderingsregime en derhalve - zodra in de^
ontstane vacature kan worden voorzien ontslag als lia van ö.e commissie
voor Bezwaar- en Beroepschriften Behoort te volgen, onder Bijzondere daak-
zegging voor de door hem als lid en voorzitter van de genoemde commissie
Bewezen diensten.
B. Het college van Burgemeester en wethouders op te dragen de ter vervulling
van de dan ontstane vacature geëigende sollicitatie)procedure aan te van
gen.
Als de heer BIJBELS het goed weet, is de heer Bouma 7 jaar lang voorzitter ge
veest van de AROB—commissie. Hij zou graag willen weten wat er aan mankeert en
wat het motief is waarom hij nu ontslag krijgt.
Mevrouw MOORMAN meent dat het motief hiervoor duidelijk in de stukken staat om
schreven.
Voorop staat, dat haar fractie van deze kwestie geen halszaak wil maken.
Zij wil er nog wel over opmerken, dat, nu de heer Bouma zijn werkkring in Bergen
op Zoom behoudt en dus gemakkelijk te Bereiken Blijft en gezien het feit dat hij
als lid en voorzitter van de AROB-commissie goed heeft gefunctioneerd, haar frac
tie er geen moeite mee zou hebben om de heer Bouma de lopende periode te Blijven
handhaven als lid en voorzitter van de AROB-commissie.
Datzelfde geldt voor mevrouw VAN DE PUTTE. Zij heeft er geen enkel probleem mee
als de heer Bouma aan zou Blijven.
Eet college schrijft in de Brief zelf, dat veel waarde wordt genecht aan heo in
gezetenenschap van de gemeente, maar zij heeft nergens gelezen dat dat ook ver
plicht is. In feite kan de heer Bouma dan ook volgens haar gewoon aanblijven.
De heer VAN DE WATER heeft even een vraag. Als de heer Bouma niet tijdelijk raads
lid was geweest, was dan zijn periode verlopen geweest en had hij dan moeten stop
pen of niet.
Reglementair wordt gesproken over 2 perioden maar door de tijdelijke onderbreking
als raadslid heeft hij weer een voile periode kunnen zitten. Hij is daar niet hele
maal zeker van en vandaar dat hij dat graag even wil weten.
Dat- laatste is een moeilijke vraag voor de VOORZITTER maar hij heeft nog even de
tijd om daarover na te denken.
Daar kan de heer HIJPELS zó op antwoorden.
Ziezo, zegt de VOORZITTER. Hij wist overigens wel dat hij door de heer Nijpels ge
holpen zou worden.
Het geven van een antwoord op de vraag van de heer Hijpels is echter wat minder
moeilijk. In de Betreffende verordening, die geldt inzake de behandeling van be-^
roep- en bezwaarschriften ingevolge de wet administratieve lichtspraak enzovoorts,
zoals de raad die heeft vastgesteld ziet men in artikel 3, dat de raad benoemt,
voorzover het de bevoegdheid van de x-aad dan is, 3 personen, woonachtig in de^
gemeente Bergen op Zoom. Vervolgens bepaalt de raad dan bij wijze van uitzondering