55
32. Voorstel tot herschrijving van de verordening regelende de heffing van onroerend-
gcedbelastingen.
^Verzameling 1983 nr» Fin/120).
De heer STUART zegt dat in het stuk vrat nu aan de raad is aangebonden nog eens is op
genomen wat in de commissie financiën uitgebreid aan de orde is geweest, n.l. dar de
VNG er naar streeft om voor 1 januari 1984 een nieuw model verordening te hebben sa
mengesteld en dat houdt dan verband met de vaststelling van wijziging van het besluit
gemeentelijke onroerend—goedbelantingen waarvan het ontwerp thans ter fine van aavies
is voorgelegd aan de Raad voor de Gemeentefinanciën.
In de laatste nieuwsbrief van de KAFI heeft men kunnen lezen, dat dat advies zeer
nabij zou zijn en wat speurwerk van de zijde van het college heeft tot bevestiging van
dat bericht geleid. Thans ligt derhalve de vraag op tafel of het niet zinnig zou zijn
dit voorstel nu aan te houden en te wachten tot het nieuwe model er is.
Dat zou wellicht binnen 1 A 2 maanden beschikbaar- kunnen zijn.
Daar zou een uitgebreide "wijziging van artikel 4 en artikel 7 in zitten.
Het college zou zich kunnen voorstellen, dat het weinig zin heeft om nu een gewijzig
de verordening vast te stellen en dan in juni het weer opnieuw te moeten doen.
Wat inmiddels wel nodig is, naar de mening van het college, is dat de raad uitspreekt
dat die termijn waarbinnen de verordening geldig zou blijven met 2 jaar wordt verlengd.
Stel n.l. dat er toch ergens in dat circuit iets mis zou gaan en men zou in oktober/
november niet over een nieuwe verordening beschikken, dan zit men natuurlijk met het
probleem dat dan binnen een maand alle hertaxaties zouden moeten worden gedaan.
Pak kan natuurlijk nooit. Er moet dus vel heel duidelijk de wens op tafel liggen om die
verordening in ieder geval voor die termijn te wijzigen.
Het college wil voorstellen om 1 of 2 maanden te wachten tot de nieuwe verordening
er is. Ziet het er naar uit dat dak toch weer fout zou lopen dan zal in september
of oktober een noodmaatregel genomen moeten worden.
Ter informatie van de raad verder nog: de burgemeester en hij hebben nog een gesprek
gehad met het Komitée Verontruste Eigenaren Onroerend Goed, zoals beloofd en afge
sproken. Het dagelijks bestuur van dat Komitée was het met deze zienswijze, om de nieu\ra
modelverordening dan maa.r af te wachten overigens ook eens.
Het college heeft geprobeerd om de raad nog op de hoogte te brengen van de bevindin
gen van dat gesprek met het Komitée middels een pers—communiqué, maar dat heeft jam
mer genoeg niet mogen werken.
Misschien dat hij nu toch even voor mag lezen wat men mede had willen delen aan de
raad.
In dat gesprek is gesproken over de wenselijkheid van het ontwikkelen van een beleid
od het terrein van de uitgifte der aangifte-biljetten en over mogelijke veranderingen
die introductie van het aangiftebiljet-systeem in de rechtspositie van de burgers
teweeg zou brengen. De VOG heeft op dat punt een uitgesproken mening en is van oordeel
dat iedere belastingplichtige een aangiftebiljet dient te worden uitgereikt.
Naar het oordeel van de VOG houdt e.e.a. tevens in, dat er dan een belangrijke wijzi
ging in de rechtspositie optreedt.
Wat wil men n.l. De fictie uit artikel 273 van 8e Gemeentewet, n.l. dat de waarde
in het economisch verkeer moet worden vastgesteld als ware er sprake van een over
eenkomst, een overeenkomst in het vrije economisch verkeer, die fictie zou als een
echte overeenkomst moeten gelden tussen gemeente en betrokkene en derhalve ontstaat
er dan een situatie waar in een conflict over die overeenkomst, niet de belasting
rechter maar de burgerlijke rechter een uitspraak over zal moeten doen.
De 2 dagelijkse bestuurders die aan dat gesprek hebben deelgenomen delen voorshands in
ieder geval die opvatting niet.
Nader onderzoek naar de werking van het aangiftebiljet-systeem zal nodig zyn, om xe
kunnen vaststellen dat aan een dergelijk systeem ook inderdaad belangrijke functionele
voordelen verbonden zijn. De commissie financiën heeft ook gevraagd aan het college,
om die zaken eens nader te onderzoeken.
Over een aantal artikelen in het wijzigings-voorstel is tijdens de gedachtenwisseling
nader gesproken tengevolge waarvan wellicht enkele redactionele aanpassingen plaats
zullen vinden.
