il
58
De heer Gorrissen zegt dat dit voorstel wat in tegenstelling is tot wat in het ver
leden is gedaan. In het korte verleden. Er is 8% bezuinigd en nu wordt er een uitzet
ting gegeven aan de begroting. Dat is juist, maar op het moment dat de 8% werden be
zuinigd werd bijna tegelijkertijd het besluit genomen om deze uitzetting te realiseren,
want er werd een Staat L IV aanvaard waarin stond opgenomen: investeringen ter groot
te van 1 miljoen, met daarbij behorende kapitaalslasten.
Vanavond heeft het college die kapitaalslasten voor de raad dan aan willen geven
en dat die doorgesluisd zullen worden aan het jongerenwerk.
Er wordt gevraagd hoeveel geld er nog beschikbaar is. Hij denkt wel dat ieder raads
lid rekensommetjes kan maken.
Hij v/eet alleen niet, wat de kapitaalslasten betreft, of dat nog helemaal klopt en
of daarin nog veel ruimte zit om die te laten opkomen in 1985»
Als hij het goed heeft zijn die mogelijkheden door deze investeringen en door de ver
schillende afschrijvingspercentages wat 1985 betreft een heel eind uitgeput.
Hij heeft al gezegd dat het college er naar streeft om toch te bekijken, Oost zo goed
mogelijk tegemoet te treden. Het college hoopt daarvoor ook, indien noodzakelijk, de
geeigende middelen te kunnen vinden. Hij kan de raad verzekeren, - maar dat is een
herhaling - dat het college daarvoor zeker zijn uiterste best zal doen.
Hij hoopt daarover zeker de commissie welzijnszaken en later ook de raad nader te in
formeren.
Van de jaarlijkse lasten maakt op dit moment van het totaalbedrag van 144*201 .- deel
uit de aanstelling van een beheerder. Hij denkt dat bekeken zou kunnen worden of daar
in bezuinigingen zouden kunnen worden aangebracht. Hij wil er echter geen misverstand
over laten bestaan dat een beheerder naar de mening van het college, gezien de zware
last die op de mensen die in dat centrum moeten werken drukt, mede gelet op de inge
paste combinatie,zeker wel noodzakelijk is,"ja zelfs onmisbaar is.
Of een beheerder dan via andere regelingen kan worden aangetrokken, die dan wel aan
de te stellen eisen zal moeten voldoen, daarover kan hij op dit moment ook niets
naders zeggen. Vooralsnog denkt hij dan ook dat er rekening mee moet worden gehouden,
dat de lasten op zouden lopen tot het hier vermelde bedrag.
Hij denkt het daar wel bij te kunnen laten. Hij is zich er van bewust dat hij wellicht
niet alle sprekers volledig en precies zal hebben beantwoord maar meent wel de grote
lijnen te hebben gehanteerd. Het moet naar zijn mening dan nu ook wel voldoende duide
lijk zijn, \raaraan het college zich denkt te gaan houden, zeker nu de raad zo nadrukke
lijk de koppeling heeft gelegd tussen jongerencentrum en Oost.
De VOORZITTER wil de raad verzoeken in 2e termijn het vooral over het jongerencentrum
te hebben. Dat is n.l. het agendapunt waar het over gaat.
Uitsluitend in zeer dringende gevallen zou eventueel nog kort over de problemen van
Oost mogen worden gesproken, denkt hij. Ook al gelet op de uitvoerige toelichting
thans van de wethouder.
De heer GORRISSEN had nog een vraag gesteld aan de wethouder van financiën.
De heer STUART hoorde de heer Gorrissen in 1e termijn vragen, of de wethouder van
financiën wellicht zijn pessimisme wat zou kunnen wegnemen voor wat betreft de finan
ciën. Hij denkt niet dat hij dat kan. Bergen op Zoom verkeert in een relatieve voordeli
ge positie, dat de financiële verhoudingswet, de nieuwe, althans deze gemeente gun
stig zal raken, maar ieder weet ook dat de inkomsten voor 90 tot 95/o zelfs vanuit
de rijks'kas zullen moeten komen en daarvan waagt hij het niet om enig optimisme uit
te spreken. Bij een toch wel lage inflatie en een laag inflatietempo ziet men toch
een nauwelijks beheersbaar tekort op de rijksbegroting, ondanks de lage rente.
Waar dat dan voornamelijk te wijten is aan 2 dingen naar zijn mening, n.l. het feit dat
het stelsel van sociale zekerheid hier op kasbasis wordt gefinancierd en dat de
aardgasbaten in de rijksbegroting zitten met alle gevolgen van dien, heeft hij geen
enkele hoop dat de financiën er op korte termijn op vooruit zullen gaan.
Hij denkt dus dat men als gemeente van de bezuinigingsoperaties van het rijk een forse
portie voor eigen rekening zal moeten nemen.
Dat betekent dus op langere termijn ook nominaal minder, denkt hij.
De ambtenaren zijn bezig met de vervaardiging van de budget-prognoses als aanzet tot
een meerjaren-begroting en daarin zal duidelijk moeten worden in het komende half jaar
i'i