21
De heer DEKKERS beluistert over het algemeen vel instemming met deze nota»
Een aantal zaken zyn in de commissie aan de orde geweest en zijn naar zijn mening
vanavond door verschillende sprekers nog eens genoemd omdat zij toch wel belangrijk
worden geacht klaarblijkelijk» Of het noodzakelijk is daar nu uitvoerig op in te gaan
denkt hij dat dat niet zo is.
Hij wil nog wel wat zeggen over die financiering en met name de indruk die kennelijk
bij de VVD-fractie bestaat, wat dan met name het resultaat zou zijn van de beraad
slagingen binnen de commissie welzijnszaken, dat men op Den Haag zou gaan zitten
wachten. Mets is minder vaar.
Hij heeft in die commissie duidelijk gezegd, dat het college met deze nota nadat die
door de raad zal zijn aangenomen, aan de slag wil en zal gaan, maar dat een aantal
zaken, willen ze tot realisering komen, gezien de beperkte middelen waar de
gemeente zelf over hescMkt, in de mate waarin ze tot uitvoering kunnen komen
wel eens mede afhankelijk zouden kunnen zyn van geld wat uit Den Haag komt.
Daarbij heeft hij tevens gewezen op het feit, dat op dit moment een totaal nieuwe
regeling op stapel staat voor het minderhedenbeleid voor alle groeperingen die
in deze nota zijn opgenomen. Dat zijn dan niet alleen de etnische minderheden maar
ook de woonwagenbewoners enzovoorts, waarvoor men hele nieuwe plannen op dit moment
aan het ontwikkelen is.
Eet zal duidelijk zyn, da,t het college daar niet op wil gaan wachten maar - dat
heeft hij ook in de commissie gezegd - er op dit moment al een aantal zaken lopen;
het college gaat met deze nota aan de slag. Er zal worden getracht daarby financi
ële plaatjes te gaan ontwikkelen en wel bij die onderdelen die als eerste de aan
dacht moeten krijgen.
Mevrouw de Visser noemde daarby het onderwijs. Als de heer de Bruyn spreekt over
prioriteiten denkt spreker dat uit de nota duidelijk blijkt dat bij wyze van spreken
alfabetisering een belangrijk onderdeel is omdat dat een enorme bijdrage kan leveren
aan het kennis maken met de nederlandse samenleving en daarover goed geinformeerd
te ge ral-een.
Ook is een onderdeel het integraal voorlichtingsplan wat de heer van der Stoel
noemde en waarvan hij verwacht dat daar uitgebreid mee aan de slag zal worden gegaan.
Dat zou uitgebreid bestudeerd moeten worden en daarover zou dan maar weer een boek
werk geschreven moeten worden.
In de commissie welzijn heeft spreker al gezegd dat dat niet de bedoeling is.
De bedoeling is wel om met het permanent overlegorgaan, wat in deze nota wordt ge
noemd en waarvan het college hoopt dat op korte termijn de samenstelling gereali
seerd zal kunnen worden, na te gaan op welke onderdelen het nog noodzakelijk is
eventueel vertaalde informatie te gaan verstrekken.
Dat is dan heel wat anders dan met elkaar nog proheren een boekwerk bij elkaar te
schrijven.
Het is dus een pragmatische aanpak zou men kunnen zeggen, die noodzakelijk is om
die ingezetenen die nog niet bij machte zijn via de nederlandse taal zaken tot zich.
te nemen, daarin vat tegemoet te komen.
De financiering in zijn totaliteit is dus inderdaad een zaak die zich stap voor stap
zal laten invullen waarbij en dan wijst hij naar het plan Welzijn Gewogen ook
duidelijk van de verschillende instellingen verwacht zal worden dat wat dat betreft
prioriteiten zullen worden gesteld in de toekomst, die er toe kunnen leiden dat
de achterstandssituaties die by deze groeperingen zeker aanwezig zijn de aandacht
krijgen, mogelijk met verschuivingen van middelen. Hij heeft daarover ook gezegd,
dat men dat elkaar goed duidelijk zou moeten kunnen maken. Dat het niet zo kan zyn,
dat wanneer wordt bepleit extra aandacht te besteden aan minderheden, dat ook be
tekent dat er dan geen aandacht meer zou zyn voor de anderen» Van anderen zal dan
wel gevraagd moeten worden er begrip voor te hebben dat tijdelijk de financiële midde
len wat meer in de richting gaan van mensen die nog in minder gunstige omstandig
heden zitten dan degenen waar op dit moment wellicht middelen voor beschikbaar zijn
of voor worden besteed. De extra aandacht die mevrouw de Visser vraagt voor de
vrouwen en meisjes is uitgebreid in de commissie aan de orde geweest en heeft ook,
denkt hij, als prioriteit een van de eerste aandachtsnoodzakelijkheden. Is overigens
een zaak die nauw samenhangt met een aantal andere zaken die om een oplossing vra
gen.
