50
Hij heeft in ieder geval uit het antwoord van het college kunnen beluisteren, dat
de eisen die hij namens zijn fractie op tafel heeft gelegd in wezen volledig worden
overgenomen. Hij is benieuwd wat de resultaten zullen zijn, als in de volgende com
missievergadering de tarieven eens een keer de revue zullen passeren.
De heer BAKX heeft 2 korte opmerkingen.
Of nu wordt gepraat over de aansluitwaarde of over de ketelcapaciteit, in het voor
stel staat duidelijk, dat de aansluitwaarde van 7»9 naar 11 is gegaan en dat dat
een meervinst op zal leveren van 7 ton.
Een opmerking daar dan direct achteraan is, dat de wethouder zegt dat die aannames
keurig berekend zijn enzovoorts door KEMA en NEON, maar hij heeft ook nog gesproken
dat nu maar aannames worden gedaan van winsten die verder in de tijd zijn opgescho
ven. Terecht zegt de wethouder hierover: ook dat is koffiedik kijken, dat kan nie
mand met zekerheid bepalen.
Het college heeft er echter wel voor gezorgd dat die termijn verschoven is dus
men zal nog maar wat langer in het onzekere moeten blijven.
Ook dat is dan een aanname die zo maar uit de lucht is gegrepen.
De heer SMITS heeft in de commissie bedrijven ook de vraag gesteld die hij daarnet
stelde: hoe het komt dat er van 7>9 naar 11 megawatt wordt gegaan.
Hij heeft gevraagd: wie heeft daar eigenlijk om gevraagd.
Toen is als antwoord gekomen, dat in het blauwe boek zou staan: optimale uitnutting
van de warmte van de spiritus. Hij heeft het boek van haver tot gort nagelezen maar
het staat er niet in of het staat er verdekt in. Als hij dan moet constateren, dat
dat zulke konsekwenties heeft, dan is hij een beetje bang van het blauwe boek, wat
hij in zijn inleiding dus al heeft gezegd. Als dat zó verdekt staat opgesteld en het
gaat over zdlke getallen, dan vindt hij het allemaal erg moeilijk.
Dan nog maar eens het verhaal over capaciteit, want hij wilde dus aantonen, dat die
vergroting van die aansluitwaarde in een zeer vroeg stadium is gepleegd.
Onder aansluitwaarde verstaat hij de warmte die aan de klanten geleverd kan worden.
Dat kan men dus optellen in de geest van: zoveel klanten zoveel aansluitwaarde.
Daar staat dan tegenover de capaciteit die het warmt eb e drijf moet hebben om die
warmte aan die klanten te leveren.
V/at er bij het warmtebedrijf aan de ene kant in komt, komt er aan de andere kant
weer uit. Bat is niet anders mogelijk. Als dus de aansluitwaarde in het voorstel
wordt opgevoerd van 7»9 naar 11, dan moet de capaciteit aaaraan voldoen.
Dat kan niet missen. De doorlaat van de leidingen, de ketels zelf en zo, die moeten
in een vroeg stadium hieraan aangepast zijn. Hij kan het anders niet rijmen.
De heer VAN DE WATER was blij van de wethouder te horen, dat ook hij 2 jaar redelijk
vindt. Daar is hij erg gelukkig mee.
Hij wil graag nog om een opheldering vragen. Er wordt steeds maar gesproken^over
een vergroting van de capaciteit en er is een verschil tussen overcapaciteit.
Is die investering van l|f miljoen nu een vergroting van de capaciteit of komt er
een overcapaciteit. Het dit laatste bedoelt hij dan: er hoeft dus niet meer bij te
worden gestookt met aardgas.
De heer NIJPELS hoopt dat de raadsleden bij de stukken uit de commissie hebben ge
lezen, dat er in de commissie één lid vóór dit voorstel was.
Hij gaat er n.l. van uit - hij hoort allemaal van die geleerde cijfers; daar heeft
hij niet zo veel aan - dat dit een diepteinvestering is. Over 10 of 20 jaar zal
dan wel blijken of de beslissing die de directeur van gemeentebedrijven heeft geno
men een goede is geweest of niet.
Het kon ook een investering zijn in een diepe put, meent de heer VAN HEIJST.
De heer VAN KEMËNADE hoorde de heer Franken zeggen: afwijken van de capaciteit be
tekent ook afwijken van die aannames van NEON en KEMA. Spreker denkt dat dat niet
juist is, vent die aannames zijn gebaseerd natuurlijk op zoveel inbreng en zoveel
uitgang; als men dat verhaal vergroot blijven de aannames op zich per geleverde
warmtehoeveelheid natuurlijk hetzelfde.