50 De heer van Wijk had een opmerking over de bedragen die de WD ter beschikking uil- de stellen. Het idee van de WB-fractie was, om een gedeelte van het geld apart te zetten, om dan na de behandeling van het minimumpakket te bekijken, hoe men defi nitief het programma in elkaar steekt. Dit dan ook in antwoord op de heer Muller die zei dat het dan een structurele uitgave is. Dat is nadrukkelijk niet de bedoe ling van de WD-fractie. Hij denkt verder dat de heer van Dijk dit WD-voorstel verkeerd uitlegt. Hij hoopt dat deze het nu wat beter begrijpt. Als hij nog wat meer wil weten is hij graag bereid, die kennis nog wat aan te vullen. De heer VAD WIJK dacht het juist heel goed begrepen te hebben. De heer DEKKERS moet zeggen dat er nog al wat is opgemerkt vanavond. Dat was ook wel de verwachting, nu dit onderwerp al sinds oktober vorig jaar publiekelijk bekend is. Vanaf dat moment is ook bekend, voor welke operatie men gesteld was. De raad heeft ook deze zaak in oktober/november ter kennisname gekregen, want op dat moment lag het voor-ontwerp sociaal kultureel programma 1985 ter inzage en startte de periode met hoorzittingen daaromtrent. De raad heeft ook in de vergadering van 26 november 1982 een en andermaal gezegd, dat toen aan de orde zijnde subsidies feitelijk niet zouden kannen woraen beoordeeld, omdat men niet toekwam aan het stellen van prioriteiten. De raad heeft toen aanvaard aan de hand van mededelingen van de zijde van het college, dat men noodgedwongen moest inzien, dat de termijn te kort was om te komen tot een afgewogen prioriteitenstelling. Het is van de zijde van de PvdA, dat op 26 november 1982 werd geconstateerd: in een tijd waarin mensen steeds vaker een beroep moeten doen op de diensten van het maatschappelijk werk wordt in 2 jaar tijds bijna 18% bezuinigd. Verder: het bestuur van de stichting heeft besloten, akkoord te gaan met deze bezuinigingenhet heeft de nodige maatregelen getroffen; haar fractie - het was mevrouw de Visser die het woord voerde zal dit besluit met bloedend har<, onder steunen. Van de zijde van de VVD-fractie werd, doch dan niet in dezelfde bewoordingen maar^ wel opgemerkt - toen was de woordvoerder de heer van der Stoel - dat zijn fractie erg veel moeite met dit voorstel heeft. Dan zou men kunnen opmerken waarom zegt IJ dan nu, want als u er toch mee akkoord gaat, dan hoeft dat toch niet meer. Hij heeft dan later uitgebreid toegelicht de problematiek die ontstaat door bezui nigingen, doordat instellingen weg zullen vallen; doordat andere instellingen daardoor meer taken en meer zorgen naar zich toegeschoven krijgen. Maar uiteindelijk heeft de raad op dat moment onderkend, dat men niet anders zou kunnen, nogmaals, omdat de prioriteitenstelling op dat moment ontbuak. Ook nu nog ontbreekt. Hij denkt dan, dat het hand is, maar wanneer een lijn is uitgestippeld en die lijn, denkt hij; dat kan niet anders, moet konsekwent worden doorgetrokken. Bij de start in november is aanvaard, dat in de maatschappelijke dienstverlening een personeelslid zijn dienstverband niet verlengd kon zien worden op het moment dat dat afliep op 1 december 1982. Er is geconstateerd, dat het opbouwwerk niet in staat zou zijn* de vacature op te vullen met een nieuwe full-time opbouwwerker. Men heeft kennis genomen van het gegeven, dat het bejaardenwerk op dit moment naar wegen zoekt om de 8% operatie in te vullen. Daarbij zijn de volgende onderwerpen aan de orde: het vervangen of het omzetuen van de full-time administratieve functie van een bepaalde medewerker in een part-time functie; het in overweging nemen, de ouderen wellicht een bepaalde bijdrage voor activiteiten te gaan vragen die tot nu toe gratis varen; en nog een aantal van die ZBiCGH Wanneer dan gezegd wordt, voornamelijk in het kader van het overleg met SKW, dat er geen sprake was van overleg, dat het geen soulaas bood, dat hij er boekhoudkundig naar toe is gegaan met de opdrarht de 8% te realiseren en dau er dernalve van in spraak geen sprake is geweest, dan mogen dat constateringen zijn maar die waren dan wel gebaseerd op een uitgestippelde lijn die de raad in grote lijnen mee had onderkend en die anderzijds noodzakelijk waren en nog noodzakelijk zijn om gevolgd te worden, omdat nu eenmaal niet Bergen op Zoom ook over onuitputtelijke bronnen be schikt.

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1983 | | pagina 102