41 Spreker vindt dat toch een wat moeilijke weg. Er moet gewoon worden gezegd: vat kost ons dat ""/uil verwerken. V/at vinden wij ver antwoord, dat gestort raag worden, .vat is dan een redelijk tarief. In ieder geval is zijn benadering wel zo. De heer BROOS vindt dan dat de milieu-wethouder geen gelijk heeft, want er is hier n.l. geen sprake van een monopolie-positie. De alternatieven zijn echter te duur. Daar heeft hij dan wel begrip voor. Be VOORZITTER vil de wethouder eerst maar gelegenheid geven zijn verhaal af te mak ken. Be heer YAK DER STOEL vindt ook, dat de heer Broos, zolang het nog niet de laatste termijn is, maar beter kan wachten met interrupties. Hij vroeg n.l. in eerste termijn: zijn er financiële redenen voor het bedrijf doorslag gevend. geveest Spreker denkt dan, dat hij daan gewoon met ja op kan antwoorden. Het bedrijf kan nu niet, aan naar hij heeft begrepen tegen zeer hoge kosten, dat ■productieproces gaan veranderen. Via dat onderzoek is bekeken noe dat anders sou kunnen, net name ook - ook dat is duidelijk - omdat Bergen op Zoom heeft gezegd: vrij vallen dat niet op termijn blijven laten storten; dus, bedrijf, u zult iets anders op moeten zoeken. Kunnen zij het afval ergens anders goedkoper kwijt, dan is dat hun verantwoording. Bergen op Zoom heeft gezegd: vrij storten het niet langer, als U het niet anders aanbiedt. Dat is dan voor het bedrijf een reden geveest om te gaan onderzoeken, hoe het an ders verwerkt kan worden. Op dit moment is dat dan blijkbaar nog niet mogelijk, volgens zijn informatie. Ook door T1Ï0 is dat bekeken en die komen eigenlijk tot deselfde conclusie. De heer Broos sprak op een gegeven moment ook over monsters. Als men op een gegeven moment een onpartijdig iemand een monster laat nemen, en zeker nu de eis is opgelegd: per storting moet er gemonsterd worden, dan zal het toch een beetje lastig zijn om te gaan zeggen: is zo'n monster dan vel illustratief. Dan wordt naar zijn mening alles op losse schroeven gezet. Dan moot hij zich afvra gen: welke besluiten moeten we dan wel nemen. Aan elk besluit zit n.l. een uit voering verbonden. Als men dan op zo'n manier gaat twijfelen, zonder dat daar direct een reden voor is, dan heeft hij toch wel moeite met zo'n opmerking want wat moet hy daar dan verder mee. De heer BROOS wil hier toch even tegen protesteren als de wethouder zegt: geen reden. Dat is natuurlijk niet waar. Het moeilijke in deze hele materie is - en dat is dan geen verwijt - een illustratief monster. El- is daarnet gesproken over 2 uiteinden van zo'n lamp, maar er zijn ook lampen bij waar gewoon geen kv.dk in zit als zij worden vernietigd., door bepaalde productie fouten of zo. Het is dus allemaal wel theorie, maar zou men toevallig 10 lampen pakken vaar niets in zit, dan kan men zeggen: vrij hebben niets gevonden dus gaat uw gang maar. Daar hoeft hij nu geen antwoord op te hebben, want dat is natuurlijk erg moeilijk. De heer VAN DHR STOEL wil daar toch wel graag antwoord op geven. Hy heeft n.l. eerder gezegd, dad, als al het ma:dmale afval er in komt te zitten - men heeft het nu alleen nog maar over kwik - dan is dat 26 kg. per jaar. Hy heeft al gezegd dat door het afzuigen en door het verdampen een gedeelte van het kwik verdwijnt. Dan moet de heer Broos niet zeggen: dan kan er wel eens meer dan die 26 kg in komen, als dat gegeven juist is. Dat staat in het rapportmeent de heer BROOS. Dat rapport deugt niet. Hij maakt keihard met cijfers, dat die 26 kg niet klopt, of de andere p/l000jj klop- uen niet. Een van beide. Of die beide uiteinden moeten samen 500 gram wegen. De VOORZITTER wil nu dan maai- de 2e termijn laten ingaan. Als er dan verschil van mening is over de rekensommetjes, dan denkt hij dat daar os een andere wijze uitsluitsel over gegeven moet worden. liet gaat er volgens hem nu om, of de raad vanavond het verantwoord acht, om een

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1982 | | pagina 42