48
teerd; er is een programma van eisen vastgesteld. Hij heeft die mynheer ook verteld,
dat men nog al aan het stoeien is over het bedrag en wat voor plan er uit moet ko
men. Toen spreker hem dat allemaal had verteld zei die mynheer zelf: dan zie ik
weinig reden om bij IJ een onderzoek te gaan plegen omdat dat dan verder niets meer
op kan lossen.
Toen heeft spreker gezegd: tot die conclusie was ik ook al gekomen maar ik vma net
wel leuk dat U dat nu ook zo zegt.
Spreker heeft dus niet braaf gelachen. Hij heeft die mijnheer opgebeld en beiden wa
ren het eens over die conclusie.
Mevrouw van de Putte vroeg voorts: is de taxatie bepalend. In dit stuk en m zyn
reactie kan men duidelijk zien, dat die taxatie zeer ernstig wordt genomen en daar
mee in de slag zal gaan. Meer wil hij daar nu maar niet van zeggen.
Na het onderzoek zal het college gewoon met een constatering terugkomen en dan kan
de raad oordelen wat hij daarvan vindt. Of er dan uiteindelijk een vestzak-theater
komt of wat anders, durft hij ook niet te zeggen. Als hij dat zo bekijKt, moet er
tenminste een raadsvergadering in kunnen worden gehouden want dan heeft men toen
al een aardige ruimte nodig.
Er is gewoon nog niet te zeggen, hoe groot dat theater precies gaat worden.
Hii heeft al gezegd, dat er dan een nieuw programma van eisen zal moeten komen, ais
men met nieuwe plannen komt en hoe dat er dan uit gaat zien kén hij gewoon niet zeg
gen, net zo min als dat hy zou kunnen zeggen wat voor gebouw voor die 4 miljoen
verkregen kan worden, want daarnaar moet juist een onderzoek worden gepleegd.
De heer Sittrop wees nog eens op breekpunten voor zijn fractie. Die heeft spreker
dan geconstateerd en genoteerd. Daar komt het college dan vanzelf wel mee in aan
raking als een mogelijke oplossing zich zal aandienen.
Verder vindt hij dat er nog weinig meer overblijft waarop hy zou moeten
behalve dan misschien op de heer Arnoys die nog eens op gebouw T wees. Deze lt.gd~
daarbij ook weer de relatie met De Botte Hommel. Hij wil daar nu verder maar niet op
ingaan, omdat dat stadium naar zijn mening al gepasseerd is. Hij veronderstelt ver
der, dat, als men déér dan aan een oplossing denkt, men er ook met zal zyn met een
kleine green in de schatkist. Daar zal best ook wel het een en ander aan te pas
moeten komen. In eerdere instantie is dat ook al eens van de hand gewezen als nu
niet direct voor de hand liggend.
Uit zijn betoog heeft men ook al wel kunnen begrijpen, dat hij eigenlyk zegt. nmn
weet nooit waar men precies uitkomt.
De heer VAN HEIJST zou graag nog een korte opmerking plaatsen. Hij heeft nergens de
bereidheid geproefd om zyn gedachte mede in het onderzoek te betrekken. Daarom is
hii teffen het hele voorstel.
Omdat'dit een belangrijk moment is, zou hy tevens graag hoofdelyke stemming over
dit voorstel hebben, hoewel hij heel duidelijk kan zien, hoe ae s.emmen liggen.
De VOORZITTER wil dan, nu er 2 termijnen zijn geweest de beraadslagingen maar ai slui
ten en voor zover men dat nodig vindt, kan men dan nu zijn of haar stemverklaring
afleggen.
Mevrouw VAN DE PUTTE had eigenlijk nog één vraag.
De VOORZITTER wil dan toch zeggen, dat er 2 termijnen afgesproken zijn.
Maar bij uitzondering is er ook nog wel eens een derde termijn, wil. mevrouw VAN DE
PUTTE opmerken.
Als de raad daartoe zou besluiten, wil de VOORZITTER dan toch zeggen. Hy wil "/ragen
of dat het geval is bij de raad.
De heer GORRISSEN vindt het zo wel goed genoeg.
De VOORZITTER wil dan vragen, of de raad bij handopsteken wil zeggen, of hij een 30
termijn wil, waaruit blijkt dat dat niet het geval is.
„5 zal dan maar niet te kinderachtig s*)n bij de stemverklaring van mevrouv van de
Putte.
Het ging mevrouw VAN DE PUTTE niet om haar stemverklaring want die is gewoon dui.de-
lyk/zy "hoorde van de wethouder, dat bij de aankoop van de Luxor de taxatiewaarue
bepalend is. Of heeft zij dat verkeerd begrepen.
