43 Er zou dus nu een besluit genomen kunnen worden. Het college wil daar dan ook naar toe werken. Dat betekent dat men gaat uit-exerceren, of daar iets mee te doen is. Dat is een beslissing die nu wordt genomen. Hu wordt niet de beslissing genomen, dat het dé oplossing is, alleen maar, dat men zich daar in eerste instantie op gaat concentreren en mocht dat onmogelijk blijken, om welke reden dan ook er zijn ei een aantal genoemd - dan is, denkt hij, inderdaad de eerstvolgende oplossing, dat men gaat kijken of er met nieuwbouw iets te bereiken valt. Daar wil hij geen misverstand over laten bestaan. Vaar dat dan zal moeten komen en hoe, laat hij dan nog maar even in het midden, want zover is men helemaal nog niet. De heer van Kemenade sprak er zijn vreugde over uit, dat wat spreker nu net heeft gezegd, dan nu gebeurdis; dat het college zich zo voornamelijk concentreert op het Luxor—gebouw. De heer van Kemenade ziet in de taxatie—prijs toch wat meer speel—ruimte en vindt de 4 miljoen een uitgangspunt. Daar neemt het college dan kennis van. Er zullen onderhandelingen plaats gaan vin den en men ziet dan wel waar men uitkomt en hoe ver men kan komen. De heer van Kemenade zei ook: wij hangen er nog geen prijskaartje aan. Xn dit voorstel staat dan een formulering; een poging om nuchter te zijn en te zeg gen: wij vallen budgetair neutraal handelen. Dat betekent, dat, als de exploita/tie duurder zal zijn, hoe groot dan ook, dan moet daar ruimte voor zijn. Die kan in die 8 miljoen worden gevonden, als men met zijn eisen wat lager kan gaan zitten. Dat betekent, heeft hij ook in de commissie gezegd, - en herhaalt hij ook nu - dat waarschijnlijk met een nieuw programma van eisen zal moeten worden gekomen, als de zaak een3 heel goed is bekeken. Een aantal mensen hebben wat bezwaren tegen een krediet. Hij moet er dan toch op wijzen - en de heer van de Water stelde dat heel scherp toen deze zei: zijn er afstandverklaringen gedaan - dat een aantal plannen die er zijn, geen plannen van de gemeente zijn. Daar kan de gemeente dus ook niot mee gaan werken. Dat betekent, dat, als men wil gaan kijken wat nu gedaan kan wor den, men zorgvuldig van die plannen af moet blijven. Hij denkt dat daar geen waar schuwing meer bij nodig is, want daar is intussen al ervaring mee opgedaan, al was de gemeente daar dan zelf niet bij betrokken» De plannen zijn geen eigendom van de gemeente, dus men zal. naar andere dingen moe ten kijken, wil men zich niet gaan vastdraaien in een bestaand, plan en daar dan de konsekwenties van moeten dragen. Hy constateerde verder, dat er inderdaad een nieuw tandem is ontstaan op het mo ment dat mevrouw van de Putte de heer van Heijst ondersteunde en d.at dan al voor de 2e keer vanavond. Het is dan natuurlijk wel de vraag wie voorop zit, wil de heer VAN HEIJST daarbij opmerken. En ook de vraag, hoe lang die tandem het uithoudt, wil de heer VAN DER STOEL daar aan toevoegen. Mevrouw van de Putte vroeg nog naar het plan Iiuybregt3. Hy denkt dat de antwoord-brief die het college heeft verstuurd nog even goed gel dend is als nu, op dat moment toen die werd geschreven, omdat daar ongeveer in ge schreven werd: wij willen eerst wel eens zien hoe het met cie Luxor allemaal gaat en dan zien we wel wat er met gebouw T kan worden gedaan. Lat blijft nog recht overeind staan. Er wordt dus nog niets verkocht. Daar zal het college geen voor stel toe aan de raad doen nu. Men wil eerst wel eens weten in hoeverre het een rol kan spelen bij welke oplossing dan ook. Dat blijft daar dus gewoon xeurig staan en het wordt netjes onderhouden. Hij denkt hiermede in grote lijnen door de betogen te hebben heengefietst, om de zelfde beeldspraak maar te gebruiken. Daarmee constateert hij dan toch, dat een groot gedeelte van de raad het eens is met wat hier staat, op enkele na. Wat dan kortweg behelst - het zij nogmaals gezegd - dat geprobeerd moet worden om de Luxor-zaak eens te bekijken of dat haalbaar is. Lukt dat niet dan komt het college gewoon terug en zal worden geprobeerd aan de hand van de stand van zaken dan te kijken, wat moet worden gedaan. Hij zou er toch wel voor willen pleiten, dat dit zo wordt gedaan. De heer LORRISSEN gelooft wel te kunnen vaststellen, dat bij de discussies van vanavond in feite 2 zaken centraal staan, n.l. het geld en de lokatie.

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1982 | | pagina 232