9 Het collega vindt, dat op dit moment langer uitstel van een aantal complexen niet verantwoord is en ook niet geduld kan worden. Het college is verder van mening, dat de onderzoek-taakstelling met betrekking tot ae toekomstige positie van het woningbedrijf serieus onderzocht moet worden. Het mag echter niet zo zijn, dat het plegen van het noodzakelijk onderhoud als verhuurder maar moet wachten op definitieve uitkomsten van een onderzoek en een eventuele verandering van de status van het woningbedrijf in de toekomst. De opmerking van de heei' van Heijst, dat het college onvoldoende aandacht heeft geschonken aan de opmerkingen inzake de algemene middelen die door het woning bedrijf zouden zijn gespekt, wil spreker beantwoorden met de aantekening, da.t hij in de vorige raadsvergadering naar aanleiding van vragen van de heer V/esterhof heeft toegezegd, dat er door het college via het onderzoek een goed zicht gegeven zal worden op wat de wisselwerking is geweest tussen algemene dienst enerzijds en het woningbedrijf anderzijds. Daar heeft het college op dit moment nog geen uitdrukkelijke oordeelsvorming over. De heer VAK HEIJST bedoelde daarmee te zeggen, dat er geen mythe mag ontstaan, dat de huurpenningen gewoon in de algemene middelen zijn gevloeid. Die huurpenningen heeft de gemeente onder meer nodig voor een belangrijk deel om het aflossen van de leningen en de rente van die leningen te betalen. Dat onroerend goed is vroeger allemaal met geleend geld betaald. B&t- had dan iemand van het college wel terstond duidelijk moeten maken, vindt hij. Er zijn er nu meer die op dat stramien door zijn gegaan. Het FNV heeft ook gemeend dat die huurpenningen gewoon in de algemene middelen zijn verdwenen. Hij heeft toevallig vandaag nog iemand horen vertellen: de gemeente kan erg gemak kelijk kerstpakketten geven want dat doet men van de huurpenningen van de woningen. Hij wil voor deze sfeer toch wel erg bedanken. De heer VAN DER VELDEN moet dan toch zeggen, dat het college in deze geen mythe heeft gecreëerd. Hem is de afgelopen maanden naar aanleiding van wat in het ver leden heeft plaatsgevonden - de benutting van het geld van het woningbedrijf voor de algemene middelen en de wijze waarop de algemene dienst de middelen voor het woningbedrijf benut - duidelijk geworden, dat dit een erg complexe materie is. Hij denkt dat het dan correcter is om aan de hand van gegevens die zijn toegezegd eens te gaan kijken hoe die zaak geïnterpreteerd meet worden. De heer VAN HEIJST zou het college toch wel dringend willen verzoeken, om ten minste nd even toe te geven, dat een deel, een belangrijk deel van het geld nodig is om de lasten van de leningen te kunnen betalen. Dat zal uit dat onderzoek dan maar moeten blijken, denkt de heei* SITTROP. Dat blijkt niet uit een onderzoek, meent de heer VAN HEIJST. Dat is gewoon zo. En blijkt uit de begroting van het gemeentelijk woningbedrijfwil de heer STUART daaraan toevoegen. Dat is 5,2 miljoen gulden per jaar. En dan moet ook nog het personeel ervan betaald worden. De VOORZITTER wil toch liever de heer van der Velden eerst gelegenheid geven om zijn antwoord af te maken. De heer VAN DER VELDEN kan gewoon beamen, dat het goed is om eens inzage te krij gen in alle cijfers. Hij wil wel heel uitdrukkelijk stellen, dat het er niet om gaat hoe of dat in het verleden heeft gewerkt. Het is natuurlijk onjuist om te stellen dat de algemene dienst alleen maar geprofiteerd heeft. Het is ook onjuist om te beweren dat het woningbedrijf alles heeft moeten weggeven aan de algemene dienst. Hij denkt dat dat niet zo is. Als de raad dSt wil horen van het college, zegt hij dat nil. Dat is dan wel wat laat, meent de heer WESTERHOF. De heer VAN DER VELDEN heeft dat ook al eens eerder in een commissievergadering gezegd. Heel duidelijk verwoord. Hij mag dan toch wel aannemen, dat de leden van de diverse fracties aan weten terug te koppelen wat in de diverse commissies

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1982 | | pagina 10