20 De heer MULLER:"Mijnheer de Voorzitter, dit agendapunt "biedt mij aanleiding om het volgende op te merken: Het is er de rijksoverheid serieus aan gelegon om op grote schaal energie te besparen. Dat blijkt onder meer uit de energie nota die de regering onlangs aan de Tweede Kamer heeft aangeboden en daarin worden twee hoofdpunten genoemd, namelijk beperking van de vraag naar energie en spreiding van de vraag over meerdere bronnen. Ook in onze gemeente zijn projecten op stapel gezet om dit te doen, al zijn die nog niet verwerkt in een totaal-plan, te weten? - aanpassing in de bouwverordening; - energie-besparende voorzieningen door middel van verfijningsapparatuur in gemeentelijke gebouwen; - het stadsverwarmingsproject; ook een vorm van energie-besparing; - en ten slotte de nu aangeboden nota om tot isolering van het gemeentelijk woningbezit te komen. Vele bestuurders, zowel provinciaal als gemeentelijk, staan sceptisch tegen over maatregelen voor energie-besparing en dat zijn vooral de bestuurders die belast zijn met de provinciale en gemeentelijke begrotingen, die de winst van de nutsbedrijven, welke ten algemene nutte kunnen worden aangewend, ziender ogen zien slinken. Toch, mijnheer de Voorzitter, lijkt het mij zinvol, ondanks de financierings problemen, hiermede door te gaan, omdat: 1) het C.D.A.-programma spreekt over "Rentmeesterschap", hetgeen mede betekent, dat natuurlijke energie-bronnen ock voor ons nageslacht behouden dienen te blijven; 2) de economische factor; uitputting van onze aardgasbronnen betekent in de toekomst negatieve effecten op onze betalingsbalans, daar wij nog meer dan tot nu toe energie-importerend worden. Ik denk, mijnheer de Voorzitter, dat de teruglopende winst van de nutsbedrij ven en de gevolgen daarvan voor de gemeentelijke begroting uitgebreid in de commissie voor de gemeente-financiën ter discussie gesteld moeten worden, even als ue verschillende financieringsvormen om tot energiebesparende maatregelen te komen. Mogelijke andere maatregelen om tot energie-besparing over te gaan kunnen naar mijn smaak in de daarvoor meest aangewezen commissies besproken worden. Ik denk aan: - sociale woningbouw realiseren met gewenste isolatie-normen; - het stellen van energiebesparende maatregelen via het gronduitgiftebeleid; - opstel]en van zogenaamde energie-balansen voor architecten, met daarin opge nomen compenserende maatregelen om hen niet al te veel in hun vrijheid te beknotten, enz.; - verhogen van het minimum-stookrendement c.v.-ketels en dergelijke. De V.N.G. alsmede de S.V.E.H. zijn druk doende om gemeentelijke totaal-plannen hieromtrent op te stellen. Motivaüie voor de burgers: Energie-besparing is belangrijk voor zowel huiseigenaren als huurders. Daarom mijn voorstel: te komen tot een energiebeurs, waarin de gemeente als het bona fide particuliere bedrijfsleven participeren om tot een zo optimaal mogelijke voorlichting naar de burgerij toe te komen. Mogelijk kan een en ander gerealiseerd worden met de "Stichting Promotie"? Ten slotte nog een vraag, mijnheer de Voorzitter: Ligt het in het voornemen huurders van het gemeentelijk woningbedrijf, welke om redenen van isolatie-maatregelen een huurverhoging krijgen opgelegd, deze •verhoging te compenseren door vex'laging van de voorschotnota's van het energie bedrijf? Tot zover." De heer BAKX kan zeggen, dat dit voorstel zijn fractie een goed plan lijkt als aanzet tot energie-besparing. De huurverhoging, die dit dan in eerste instantie met zich mee zal brengen, is snel genoeg terugverdiend door de gasbesparing. Met betrekking tot de isolatie-mogelijkheden wil hij opmerken, dat verwerking van steenwol in plaats van UF-schuim voor hem een duidelijke verbetering in-

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1980 | | pagina 76