18 derschrijven. Hij heeft toch nog wat kanttekeningen. Zijn fractie vindt deze nota een goed stuk en ook een belangrijk stuk, In de commis sie heeft hij daar al iets van gezegd. Men gaat er dan ook in groue lynen nee ak koord, zeker ook met de aanvulling die de heer '..'esterhof nu nog heeft willen aan brengen, om alvast wat voorbereidingen te gaan treffen voor het plan Iioordland. Anderzijds zei hij al het ook een belangrijk stuk te vinden. Hr is een brief gekomen n.a.v. de discussies over deze nota van De Generaal. Hij vindt dat daarin toch wel een aantal erg zinnige zaken instaan. Aan de andere kant heeft hij het idee, dat nu ook niet de nota persé vanavond zé behandeld moet worden dat daar direct ook besluiten over genomen moeten worden. Hij wil eigenlijk voorstellen om deze zaak nog eens een maand uit te stellen en daar dan later de discussies in te betrekken zoals die in de brief van de werkgroep De Generaal zijn weergegevenomdat daarmee dan voorkomen kan worden dat men misschien over 1 of 2 maanden weer een hole nieuwe discussie gaat krijgen. Zijn voorstel is dan ook om dit even aan te houden en de brief in de discussie mee te nemen en dat hele pakket dan samen te behandelen. De heer JEUKEMS kan zeggen, dat zijn fractie erg ingenomen is met het verschijnen van deze nota.. Hij vindt dat de zaken op duidelijke wijze zijn beschreven en dab het een goed inzicht geeft in het te voeren beleid, in principe is D'6o voor het op nemen van milieu-normen in bestemmingsplannen. Hij meent dat eenieder daarmee meer zekerheid kan hebben van wat wel en wat niet kan. Ook de controleerbaarheid van het beleid en de uitvoering daarvan komt dat naar zijn mening ten goede. In de nota is duidelijk gemaakt dat de jurisprudentie nog onvolledig is waardoor er problemen kunnen ontstaan 'wanneer nu al zou worden overgegaan tot het op.lemen van milieunormen in bestemmingsplannen. Stagnatie van bedrijfsvestigingen door landuiige juridische processen moet naar zijn mening in deze tijd worden voor .omen. Het is denkbaar, dat omwille van de werkgelegenheid in een tijd dat de werkeloosheid over de streep gaat, het milieu op de tweede plaats komt. Hou is van mening, dab er een goed. evenwichtig plan, v/at dus wel en wat dus niet is toegestaan t.u.v. het milieu, en het bevorderen van de werkgelegenheid, wil er in de toekomst ook nog te werken zijn, zal dienen te komen. In de nota komt het college met een aantal beleidsuitspraken. 'Ten aanzien van punt a betreurt D'66 het, dat nog niet wordt overgegaan tob het opstellen van een nieuw bestemmingsplan. Ten aanzien van punt b, het Noordland, meent zijn fractie dat wel eer nieuw bestem mingsplan moet v/orden opgezet met milieunormen daarin opgenomen. Ten aanzien van punt c, voor v/at botroft het gronduitgifte—beleid, kan Ij 6o zich daarmee voorlopig verenigen. Hen is echter wel van mering, dat een dergelijke werkvorm de mogelijkheid van wille keur kan inhouden. Betreffende het "stand-still"-principe kan hy zeggen het daar volledig mee eens ce zijn, doch hij vraagt zich wel af, hoe hierin te handelen als de vervuiling door in vloeden van buiten Bergen op Zoom toeneemt. Be heer KUIJTMAHS kan constateren dat er al een aantal dingen zijn gezegd. Hij wil hot voor de volledigheid toch maar by zijn oorspronkelijke verhaal van zijn fractie houden. In de gezamenlijke vergadering van de commissies Hovov en economische zaken is dit ook al besproken. Haar aanleiding van die discussie heeft hij v/at korte aantekenin gen gemaakt. Algemeen was die vergadering van oordeel, dat de geringe voorbereidingstijd die ae commissie was gegund, de discussie en de beoordeling niet hobben bevorderd. Zijn fractie wil er nogmaals op wijzen dat dergelijke nota's een redelijke voorberei dingstijd vergen. Het is duidelijk, dat de problematiek die nu aan de orde is van grote betekenis moe v/orden geacht. Algemeen gesteld heeft hot in deze dan ook zin om or bij stil te staan dat het in deze omgeving alles te maken heeft met de problemen voor de boe komst, n.l. de zaak van productie en milieu. De kern van de notitie was er op gericht om tc onderzoeken, wat men in het mi ïeu nog aan totale belasting zou kunnen verdragen. De nota maakt dan duidelijk, dat men aan de maximale grene zit en op sommige gebieden zelfs mot een stipulatie die als negatief is te kwalificeren. Hij verwijst naar hoofdstuk 5, milieubelasting, van de nota. Dat is zeker een verdienste van de nota.

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1980 | | pagina 34