18 zeggen dat die inderdaad bij hem zijn geweest. Het gaat dan echter om de manier waarop zulke mensen worden opgevangen. Men zou ook kunnen zeggen dat juist dit soort activi teiten een ondersteuning behoeven van de gemeente. Niet helemaal echter. De wethou der zegt dan nu wel mooi: ze krijgen zóveel, maar zij geven maar zóveel uit. Hy moet daarvan dan zeggen: allicht; zo werkt dat systeem nu eenmaal. Zij krijgen nooi alles. Zij krijgen een bepaald deel en de rest moeten zij zelf opbrengen. Wat dat Vrouwen-trefcentrum betreft, vindt hij gewoon, dat men in deze gemeente ook dit soort zaken van de grond moet zien te krijgen. Naar aanleiding van de behoefte kan dan bezien worden, of het inderdaad voldoet ja of nee. Een 2e punt is dat de wethouder zegt: het COC heeft zich aangemeld. In het stuk staal echter: waarover nog geen subsidieverzoek over 1980 is ingediend. Daar v/ordt dus eigenlijk al mee gezegd, dat die mensen het ook niet hebben gedaan. Ja, zegt de wethouder dan, dat hebben ze in 1979 gedaan dus wij verwachten ook wel dai zij in 1980 zullen komen. Dit vindt hij gewoon onvolkomenheden. Zijn fractie wil het beschikbare bedrag nu gewoon uitgeven. Hij heeft net al gezegd: 2 cursussen voor de Noordsingel, maar het bedrag wel anders verdeeld. Hij wil n.l. dat de nieuwe initiatieven ook erin mee gaan spelen. Als college en raad zouden zeggen: luister eens PvdA;' wij willen inderdaad wat meer geld gaan uitgeven in de toekomst voor emancipatie-activiteiten, dus niet alleen die 20.000.- maar meer. dan zegt hij: nou; dan heb ik niets gezegd; raad, beslis dan rosten? t De heer DE LAST denkt voor zichzelf toch een andere uitleg te moeten geven aan het antwoord van de wethouder dan de heer Sittrop. Hij heeft begrepen, dat het Vrouwen-trefcentrum inmiddels wel een subsidieverzoek heeft ingediend wat ook al door het college is doorgestuurd naar CRM om in aanmer king te kunnen komen voor die emancipatie—subsidie. Hij voelt er dan ook veel voor om het collegevoorstel nu maar te steunen en t.z.t. een eventueel verzoek van het Vrouwen-trefcentrum ook in de raad in overweging te nemen. De heer SITTKOP meent dat de heer de Laet het nog al voorzichtig uitdrukt door te zeggen: in overweging te nemen. Deze is er dus niet voor. De heer DE LAET heeft nog geen voorstel gezien. De heer JEUKENS meent dat de heer Sittrop eigenlijk precies vastgesteld wil zien vaar het geld heengaat, terwijl de wethouder het wat vrijer open wil laten en pas later er over wil beslissen. Komt daar dan een nieuw voorstel over aan de raad of hoe zit dat dan precies. Zijn dan toch de zaken die de heer Sittrop noemde in het kader van heu college. Dat heeft hij niet zo goed begrepen. De heer VAN DER STOEL wijst het verwyt van de heer Sittrop ver van zich af alsof hij een afwachtend beleid zou voeren op dit gebied. Hy dacht tijdens de algemene oeschou wingen voldoende te hebben duidelijk gemaakt, dat hy op dat gebied wel enkele dingen zou willen doen. Hij moet alleen constateren, dat op de begroting van 1980 niets staat gereserveerd voor emancipatie. V/at moet er dan gebeuren als de Staatssecretari: met zo'n rijksbijdrageregeling aan komt zetten. Dat is dan doen wat ook de gemeente Roosendaal heeft gedaan, n.l. advertenties in de kranten zetten en vrouwen op gaan roepen, die als het ware lekker te gaan zitten maken. Wat dan op zo'n zitting moei. worden gedaan is hen allemaal gaan zitten vertellen: u komt nauwelijks in aanmerking voor deze subsidie. Dat leek het college dan niet zo'n goede oplossing, althans een die hier niet moest worden toegepast. De haast die ermee gemoeid was, omdat de aanvragen voor I april moesten gebeuren, was daar natuurlijk mede debet aan. De wijze waarop het nu is gedaan leek het college dan ook een betere manier. De Staatssecretaris v/il, dat men de organisaties hoort die er mee te malcen hebben. Daarom is dat weer niet in strijd met wat hij eerder heeft gezegd. Het COC heeft zich wel op tijd gemeld, om in aanmerking te kunnen komen maar heeft nog geen subsidie aanvrage ingediend. Het COC, de Vormingscursus én de Vos-cursus zyn door het college gehoord en die zaken zijn direct na dat gesprek naar Den Haag gestuurd precies zoals de Staatssecretaris dat wenste. Hij wyst ook verre van zich af dat de manier waarop het Vrcuwen-tref een I-rum behande. d zou zijn, niet juist zou zijn. Daar protesteert hij ernstig tegen.

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1980 | | pagina 165