aa. Schrijven van het dagelijks "bestuur van het Streekgewest Westelijk Noord-Brabant
dd. 26 maart 1980, houdende mededeling van goedkeuring door Gedeputeerde Sta
ten van Noord-Brabant van de 5e wijziging van de begroting 1979 en van de be
groting 1980 van het Streekgewest Westelijk Noord-Brabant.
bb. Schrijven van het dagelijks bestuur van het Streekgewest Westelijk Ncord-Erabar.t
dd, 27 maart 1980 inzake studie over vorming gewestelijke brandweer.
cc. Ontwerp-actieprogramma van de Beleidsoverlegcommissie West-Brabant.
dd. Schenking door mevrouw C.van Santen te 1s-Gravenhage van merklappen ten be
hoeve van het gemeente-museum.
ee. Aangaan van een bruikleen-overeenkomst met mevrouw C.van Santen te 's-Graven
hage inzake enkele museale voorwerpen.
ff. Diverse stukken betreffende de Democratiseringscommissie.
gg.Staat aangevende de stand van zaken met betrekking tot goedgekeurde kapitaal-
kredieten per 1 april 1980.
De heer GORRISSEN heeft een algemeen punt. In zijn fractie is de wens naar voren ge
komen om aan de raad voor te stellen een overzicht te maken van de raadsbesluiten en
besluiten van burgemeester en wethouders die voorgelegd moeten worden aan G.S., zo
dat een soort voortgangs-informatie verkregen kan worden van welke besluiten wel
zijn goedgekeurd, niet zijn goedgekeurd, verdaagd zijn enzovoorts. Eigenlijk dus het
zelfde zoals indertijd bij de begrotingswijzigingen heeft plaatsgevonden wat door het
college ook zo netjes is uitgevoerd zodat de raad nu precies kan zien voor welk punt
een begrotingswijziging wordt gevraagd
Hy wil niet vragen om dit met terugwerkende kracht te beginnen en uit te voeren,
maar alleen om datgene wat vanaf nu aan de orde komt op een dergelijke lijst te vermel
den, Naar de mening van zijn fractie zal dat niet zóveel werk betekenen.
De VOORZITTER wil toezeggen, dit even na te zullen laten gaan. Er zijn natuurlijk wel
bepaalde dingen, waarvan de raad de voortgang kan merken. Verdagingen en goedkeu
ringen en zo krijgt de raad precies aangegeven. Onder punt gg. staat verder aangege
ven dat er een staat is aangevende de stand van zaken m.b.t. goedgekeurde kapitaal
kredieten per de eerste van elke maand. Hy dacht dus dat het college al gedeeltelijk
tegemoet kwam aan de wensen die het CDA nu uit.
Misschien gedeeltelijk wel, moet de heer GORRISSEN toegeven.
Hij wil echter een totaal overzicht hebben, waaruit men kan zien hoe zaken er voor
staan. Er zijn n.l. bepaalde G.S.-besluiten die erg lang wegblijven of verdaagd wor
den en die zich eigenlijk onttrekken aan de aandacht van de raad.
De VOORZITTER moet toch nog even opmerken, dat verdagingen de raad altijd te horen
krygt want dergelijke verdagings-besluiten komen altijd bij de ingekomen stukken aan
de orde.
De heer GORRISSEN zegt, dat de raad het allemaal wel hoort, maar er is geen over
zicht wat er allemaal zv/eeft. Men moet dat dan allemaal op een rijtje gaan zetten
en dat wordt erg moeilijk.
De VOORZITTER wil toezeggen, het wel eens te zullen bekijken met de afdeling. Als
het echter erg veel werk op zou leveren zal het niet worden gedaan. Op dit ogen
blik kan de secretarie er echt geen extra werk bij hebben.
Bij punt ff. wil mevrouw VLUG opmerken, dat in het betreffende dossier o.a. zit een
brief aan de raad en aan het college van B.& W. betreffende een advies over een te
houden inspraak-ronde over de inspraak-verordening. Zij weet niet of alle raadsleden
daar kennis van hebben genomen. Zij moet eerlijk zeggen, dat dat dossier altijd nog al
veel papieren bevat.
Zij wil even precies zeggen wat er in die brief staat.
"De commissie wil u dan ook dringend adviseren een inspraak-ronde te doen houden
alvorens de commissie zich inhoudelijk in een advies terzake uitspreekt.
In dat inhoudelijke advies van de commissie dan mede betrekken de resultaten, vast
gelegd in een verslag van wat die inspraak heeft opgeleverd. De commissie verzoekt
u de nodige stappen te ondernemen om aan de gevraagde inspraak gestalte te geven".