4 - Ky krijgt de Iclachten gewoon niet concreet en dan kan hij ook niets doen, Hij kan on een gegeven nonent niet ergens in een dienst in gaan grepen als^hy geen feiten kent net een opmerking van: se seggen dat het "bij u niet goed functioneer t Dat kan hij een ambtenaar van de gemeente niet aandoen. Deze zou dan terecht vra— gen: wat bedoelt u nu precies. Dan sou hij moeten zeggen: dat weet ik ook niet, Sr zijn wat klachten. Met dese boodschap laat hij zich niet op pad sturen. Vandaar de redactie van dese brief op deze wijze. De heer GOHRISSEN meent dat het NVT toch duidelijk heeft gesteld dat er klachten zijn over de functie—vaststelling en of dat dan op deze wijze wordt aangeduid of met het './oord functie-waardering maakt volgens hem toch niet zoveel uit. Zij hebben gesteld dat er daar moeilijkheden over zijn. Dat is ook overgenomen door de NVT—vakbond, de Abva, samen met andere vakoonden en het is een punt van bespreking geweest in het laatst gehouden g.overleg. Men vond het gezelschap daar wat te groot om het geval technisch te behandelen en bovendien wilden de vakbonden nog met de achterban, met hun leden over die hele zaak praten. Die wilden ml. nog wel eens wat rneer gegevens ook over meer afdelin gen dan de 2 die in het NVV-sciirijven '..'orden genoemd. Daarover zijn nog al ge-emotio- neerde vergaderingen gehouden en binnenkort zal er dus mer het college, en dan v/at duidelijker en harder over gepraat gaan worden. De TOORZITTER zegt dat dat niet is als gevolg daarvan. Punctie-waardering is al lang op gang. De heer GORPJSSEN meent, dat de voorzitter in het g.o. toch ook wel gehoord zal hebben dat het allemaal niet klopt. Dat zal uit het gesprek dan moeten blijken, meent de VOORZITTER. Hij ziet daar erg naar uit. Nu zullen* toch bepaalde punten genoemd moeten worden. In de punten die nu zijn aangereikt voor de agenda staat weer geen enkel concreet punt. Dat kan hij alvast wel mededelen. Hij vreest daar dus het ergste van. Hij is n.l. bang dat er weer geen specifïeke^ gevallen komen maar weer een algemene vraag: hoe zou een medezeggenschaps-comiras- sie er moeten uitzien en dat soort opmerkingen. Hij weet heel goed dat op een bepaalde vergadering verschillende klachten zijn geuit. Oen van die klachten is tot nu toe concreet gemaakt en dat vindt hij een kwalijke zaak. Dan kan hij n.l. niet aan de gang. Als men de verantwoordelijkheid heeft voor het personeelsbeleid en iemand heeft Iclachten dan moeten die worden ingediend en dan zal hij die netjes behandelen. Dat heeft hij ook in het g.o. zo gezegd. Hij krijgt ze echter niet en kan er dus ook niets aan doen. De heer SITTROP kent de voorzitter als een man die achter woorden kan lezen. Die bereid is om te luisteren en om dit eruit te krijgen waar het om gaat. Dat kan hy in deze voorgelegde brief niet terugvinden. De TOO?ZITTEN wil nogmaals zeggen het al een paar maal geprobeerd te hebben maar het niet gekregen te hebben. Er zijn weer wel andere berichten gekomen die dan ook v/eer vaag zyn van: er v/ordt een hele bonje gemaakt omdat mijnheer sus of zo kwaad is. Dat kan hij ook niet controleren. Daar heeft hij ook niets aan. Ilii krijgt van de ene noch van de andere kant iets los. Dat weet het NVT ook wel en daarom vindt hij dat het NVT een heel ander soort brief moet schrijven. Het NVT had ook kunnen zeggen: wij willen graag eens met u komen praten want er zijn diverse dingen die wij eens vertrouwelijk met u willen bespreken want er schijnt iets niet te kloppen. Bij de jubileum-viering van een van de vakbonden werd er zomaareventjes gezegd: - en dat in het openbaar - bij de gemeente zou het nog z<5 zijn dat, als men bij een bepaalde vakbond hoorde werd men niet aangenomen. Hij heeft toen naderhand gevraagd: maak dan eens êên geval hard hoe dat is gebeurt Dat heeft hij echter nooit gekregen natuurlijk. Dat vindt hy dan geen manier van doen. Dan moet duidelijk worden gesteld: die man is gepasseerd auidelyk omdat ny l_d was van die vakbond. Dat moet dan ook worden gezegd, vindt hij. De heer G0RTJ33EN zou willen vragen om deze discussie maar te gaan besluiten, hij vindt het een veel te technische zaak die nu aan de orde komt. Dat zal verder in

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1979 | | pagina 77