V L Dit college staat op het standpunt: ^ie"t is gewoon te gek om los te lopen als in zo'n kapitaal vraagstuk als de reorganisatie, van de nederlandse staat,zulke on duidelijke schooljongens—voorstellen op tafel liggen, die helemaal niet staatkun dig onderbouwd zijn mag men dit soort vragen gewoon niet stellen. Dat is het standpunt van het college. Het is dus noch: ja, mits, noch nee, tenzy. Het is: doet u eerst maar eens duide lijke voorstellen voor u met ons wil praten. Dat is het standpunt van het college en ook het advies wat het college aan de raad geeft, althans de grootst mogelijke meerderheid van het college. De heer VAN DER STOEL hoorde van de voorzitter aan het begin van diens betoog, dat de materiële verschillen niet zo groot waren. Dat wil hij wel graag onder schrijven omdat een groot gedeelte van hetgeen de voorzitter daarna zei best in het straatje van de WD past. Dat wil hij voor iedereen duidelijk gesteld zien. Er is dus geen sprake van dxiidelijke tegenstellingen. Toch blijft hij bij het standpunt wat hij namens zijn fractie in eerste instantie heeft vertolkt. De voorzitter had het over vertrouwen wat er dan moest zijn. Zijn fractie heeft dan inderdaad wel zoveel vertrouwen, dat men durft zeggen: ja, mits. De VOORZITTER moet dan toch vragen, of bij dat mits de heer van der Stool zich wel realiseert - en dan is dat geen kwestie van een stem meer of minder of zo - dat dat mits dan niet alleen een paar kleine regeltjes zijn van b.v. bouwergun ningen naar de provincie of naax* de gemeente, maar ook die hele zaak van gewes ten en gemeentelijke her—indelingen. Dat hoort daar allemaal integraal bij. Daarover is nog geen woord gezegd of dat er nu aan vastzit of niet. Lat blijft ge woon een open zaak. Dat vindt hij toch wel van een zodanig belang, dat hij in de gewestraad heeft durven zeggen: wie in deze zaal - waardus al die gemeenten bijeen waren - zal durven zeggen: ik ben voor die provinciale her-indeling, al3 men straks te horen krygt en de konsekwentie daarvan is dan dat alle gemeenten onder 10.000 zielen moeten worden opgeheven, Dan krijgt men in de gewestraad niet een stem meer. Zó'n kapitaal punt, daarover is geen duidelijkheid. Hij vindt het dan gewoon politiek onzindelijk om daar dan een antwoord op te vragen. De heer VAN DER STOEL wil zijn verhaal dan maar afmaken. Hij wil opmerken dat zijn fractie ten aanzien van een gewest,men die hele positie nooit zo enthousiast heeft toegejuichd. Men heeft er wel altyd vaag aan meegedaan door te zeggen: het is er nu eenmaal dus moeten we er ook maar aan meedoen. Er zijn nu eenmaal taken die samen met anderen gedaan moeten worden. De constructie vindt men echter altijd nog wat ongelukkig. De voorzitter ging ook nog even in op de kwestie dat spreker in zijn betoog in eerste termijn de naam Tilburg liet horen. Het was daarbij niet zijn bedoeling - om heel duidelijk te zijn - om hier een afgerond voorstel te doen dat de grens bij Tilburg moet komen te liggen doch dit enkel bij wijze van voorbeeld aangehaald. De VOORZITTER vindt, dat, al3 men over een 2-deling van Brabant praat, dit alleen maar illustreert dat wat de heer van der Stoel zei waarlijk geen onzin was. Als deze zegb dat, als hij al die kaartjes van het Etin goed bekijkt en dan de lijn even rechts van Tilburg trekt, dan vervallen alle kaartjes van het Etin als argu ment. Als men over een 2—deling van Brabant praat, praat men min of meer impli ciet over ongeveer het gebied van het huidige streekgewest westelijk Noord-Brabant en het stadsgewest Breda. De heer van der Stoel legt dan even de vinger op een manier van 2-deling die een ware revolutie zou betekenen in het denken op dit mo ment. Daar heeft men dan precies zo'n punt waarby men moet zeggen: mensen; al3 er over een 2-deling wordt gepraat, waar praat je dan toch over. De heer VAN DER STOEL wilde de voorzitter alleen maar vragen hier niet al te se rieus op in te gaan. Dat doet de VOORZITTER nu juist wel, omdat hij het zo volstrekt redelijk vindt als de heer van der Stoel zegt;: als je een hoop puzzels van de 2-deling wil ondervan gen moet je de grens voorbij Tilburg leggen. De voorzitter legt de heer VAN DER STOEL dan toch wat teveel woorden in de mond. Hij wil nog onderstrepen dat hij met het noemen van Tilburg absoluut geen voorstel heeft gedaan. Hij heeft alleen maar een reactie van het Etin op die manier een beetje aan de kaak willen stellen. Htf heeft helemaal niet gezegd dddr de grens te

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1979 | | pagina 114