9 informeren over: 1. de veiligheidsrapporten in het kader van de Veiligheidswet 1934» 2. de oplossingen voor de verliezen van oplosmiddelen, geluidshinder en stankoverlast; 3. de wijze waarop GS medewerking wenst te verlenen aan de realisering van het nieuwe rac cordement s spoor De heer M. J.FRANKËN heeft al van de heer Gorrissen gehoord dat zelden een zo korte agenda zulke "belangrijke zaken aan de orde stelt als deze. Ilij heeft de afgelopen dagen verschillende mensen ontmoet die zeiden: ik zou toch liever niet op 3 januari a.s, op de plaats van die raadsleden zitten want dat wordt wel een moeilijke zaak. De conceptbrief van GS aan G.E. aangaande de uitbreiding, schept aan de ene kant ver wachtingen maar toont ook een aantal vraagtekens. Meerdere sprekers hebben hier al op gewezen. De voorwaarden waarop een eventuele vergunning zal worden verleend, moeten nog voor een deel onderzocht worden en geven daardoor nu geen zekerheid. Niemand, ook D'66 niet, zal bestrijden dat de werkgelegenheid gestimuleerd moet worden. Echter de veiligheid van tienduizenden mensen vindt hij dermate belangrijk, dat de directe werkgelegenheid daar niet tegen af te wegen is. Tot nu toe is aangetoond, dat het bedrijf G.E. nog steeds niet in staat is om aan een optimale veiligheid te voldoen. GS meent, dat de wijze waarop G.E. zich thans inzet om de veiligheid in- en extern genoegzaam te waarborgen, de verwachting rechtvaardigt dat ook bij uitbreiding van de activiteiten die veiligheid zal kunnen bieden. Gezien het feit, dat sinds augustus 1977 4e uitstoot van gevaarlijke stoffen nog bo ven de vastgestelde toelaatbare waarden komt, is er naar zijn mening geen reden om aan te nemen, dat bij een uitbreiding de uitstoot van stoffen beneden de toelaatbare normen zal komen te liggen. De gevaren bij kettingreacties worden volgens hem onderschat. De polymerisatieafdeling is door zijn explosiegevaar ontoelaatbaar. Het toenemende transport van grondstoffen is ook nog een extra onveiliheidsfactor. Werkgelegenheid is zeer belangrijk. Veiligheid en gezondheidsaspecten echter voor Df66 nog belangrijker. De heer VANDE WATER wil zeggen, dat, nu voor de huidige problematiek rond de ver liezen van oplosmiddelen, geluidshinder en stankoverlast, alsmede het chloortransport nog geen oplossingen zijn gevonden, het hem onmogelijk lykt om over verdere uitbreiding te praten. De grote hoeveelheden drinkwater die GE nu gebruikt, evenveel als de rest van Bergen op Zoom, staan in geen verhouding tot de 20ö0m3 per dag die G.E. zal gaan gebruiken na de uitbreiding. Dat moet beslist veel hoger zijn, meent hij. De toename van het chloortransportminstens verdubbeling, de toename van lucht- en waterverontreiniging, de omschrijving van de nieuwe fabrieken die werken met stoffen die worden aangeduid als zeer gevaarlijk en zeer explosief, de ligging zo dicht bij de woonkernen, de mening van een ambtenaar van volksgezondheid en milieuhygiënehet advies van de arbeidsinspectie i.v.m. explosiegevaar e.d. doen hem besluiten om tegen verdere uitbreidingen nee te zeggen. De heer BROOS moet constateren dat er vanavond weinig woorden betreffende de proble matiek van G.E. aan de reeds bestaande zullen worden toegevoegd. Hoewel hy niet dezelfde mening heeft, wil hy toch zijn waardering uitspreken voor de enorme activiteiten, die actiegroepen tot op heden hebben getoond. Het verbaast hem wel dat'in het bijzonder de PvdA in het verleden in de commissie grond zaken niet eenmaal een enkele opmerking of kanttekening heeft geplaatst bij de grond- onderhandelingen en transacties bij de voormalige wethouder. at gaat er gebeuren, als G.E. financiëel een beroep doet op de regering en het hui dige kabinet "nee" laat horen. Dezelfde PvdA trekt dan wellicht ten strijde ten gunste van de werkgelegenheid. Dat het industrieterrein daar in wezen niet gunstig ligt is oude koek. Hy was en is voor uitbreiding van G.E., mits, tenzij, geconformeerd aan zijn reeds eer der bekend gemaakt standpunt, o.a. het inbouwen, zo nodig aanpassen aan middelen van deze tijd qua veiligheid met indien nodig sancties en voldoende inspraak voor actiegroepen. Hoewel gevaren niet zijn uitgesloten, gaat hij dergelijke aangepaste ver antwoordelijkheid niet uit de weg.

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1979 | | pagina 10