4
De heer MASTENBROEK moet zeggen, over deze zaak in dagbladen gelezen te hebben.
Er is nog geen officiëel verzoek bij het college binnengekomen om het bestemmings
plan Theodorushaven te wijzigen, kan hij zeggen.
Bij punt b wil de heer NUIJTEMANS zeggen daar wat vragen over te hebben. Hij wil
die maar achter elkaar opsommen. De clementie voor de beantwoording door de heer
Mastenbroek wordt door hem bij voorbaat gegeven.
De vragen zijn dan: wordt tegen deze beslissing in beroep gegaan; hoe reëel is de
kans op rijks—subsidietot hoelang wordt daarop gewacht; wat zijn de konsekwenties
indien het ryk negatief beslist.
De heer MASTENBROEK dacht dat het niet veel zin heeft om bij G.S. in beroep te gaan
omdat men daar volledig op de hoogte is van het raadsbesluit. Zij weten daar pre
cies wat daarin staat. Hij meent dat het dan ook geen enkele zin heeft om in beroep
te gaan. Hij weet ook niet hoe reëel de kans op rijks-subsidie is. Dat zal een kwes
tie zijn vein afwachten. Tot hoe lang moet worden afgewacht kan hij ook niet zeggen,
maar hij denkt wel dat alle keren dat de gemeente in verbinding komt met het rijk
op die subsidie moet worden aangedrongen. Wat de konsekwenties zijn indien het rijk
negatief zou beslissen, hiervan kan hy zeggen dat dat dan een nieuw raadsbesluit
zou vergen. In B&W zal deun opnieuw over deze materie gesproken moeten worden en
zal de raad een nieuw voorstel aangeboden krijgen.
Bij punt dd zegt mevrouw VLUG dat er een informatieavond gegeven is over dit plan
en over dit verslag. Jammer genoeg was zij op een ander terrein verplicht aanwezig
en dus niet in de gelegenheid om op die info—avond er wat over te zeggen.
Zij wil het nu echter niet zo maar voorbij laten gaan.
Zij had wat kritiek op een aantal zaken. Intussen heeft zij een verslag gelezen van
een bestuurs—vergadering van De Peperbus waaruit over dezelfde onderwerpen een
zelfde kritiek bleek. Daar is men zich dus al over aan het beraden. Dat wil zij
nu niet herhalen.
Zy wil wel graag even onder de aandacht brengen, dat De Peperbus bij al het vele
en goede werk wat wordt gedaan niet zo ontzaglijk veel overhoop moet halen als zij
willen doen. Het is gewoon onmogelijk om iedere groepering in Bergen op Zoom te
ondersteunen en te begeleiden. Ook lang niet alle groepen hebben dat nodig.
Zij zag b.v. op het lijstje waarvoor men dan eigenlyk ook graag mankracht had o.a.
staan de stedelijke huisvestings—problematiek. Zij heeft het jaarverslag van de
Sosjale Joenit gelezen en meent dat die sociale huisvestingsproblematiek daar wel
in goede handen was. Op hetzelfde terrein wat eigenlijk De Peperbus wil gaan be
strijken. Daar hoort dan ook wel by het werk van de Vossenberg-groep en de groep
Man-Vrouw-Maatschappij. Dat zijn groepen die zich heel goed zelfstandig kunnen red
den. Zij meent dat het de kracht van de groepen ten goede kwam als men zijn eigen
boontjes moet doppen. Dat het opbouwwerk alleen prioriteiten moet stellen en
d££r moet inspringen waar het niet zonder hen kan.
Er zijn heel veel groepen die ondanks De Peperbus heel goed functioneren.
De heer VAN KAAM hoorde eigenlijk geen vragen aan zijn adres maar meer wat opmer
kingen die via hem én de notulen van deze vergadering ter kennis zullen worden
gebracht aan De Peperbus.
Bij de punten 1 en m wil de heer BROOS opmerken dat er onlang3 een lening aange-^
vraagd is met gemeente-garantie die dan tijdelijk is goedgekeurd, wat dan weer opge
heven zou worden mits de woning geheel in het bezit zou komen van de aanvrager.
Helaas is dat niet gelukt. Hy wil vragen of hij hierop, eventueel buiten de raad
om, eens bij het college op terug mag komen. Hij vindt deze zaak n.l. nog al moei
lijk liggen. De ene partij is erg gelukkig dat zij mogen blijven wonen en de ander
wordt gedupeerd omdat hij zich sociaal wil opstellen en de mensen daar laat wonen,
rnp.^-r krijgt hiervoor dan een rekening gepresenteerd in de vorm van een opzegging
van de gemeente-garantie.
De VOORZITTER kan de heer Broos geruststellen. De betrokken mijnheer is n.l. al bij
hem geweest- en is zeer tevreden ook weer weggegaan. Hij heeft hem n.l. verzekerd,
dat, wanneer die fatale termyn af zal lopen hij heeft n.l. tot het eind van dit
jaar nog de tijd - dat hem dan niet ineens de nek omgedraaid zal worden.
Hij heeft beloofd zijn best te zullen blijven doen. Misschien zal dan toch nog op een