MINUUT
d.d. 21» FEB. 1978
GEMEENTERAAD VAN BERGEN O PZ 0_0_M
DERDE VERGADERING 1978
RA ADSV E.7G A rAANWE§IG:
VRIJDAG 27 januari 1978, des avonds om 20.00 uur.
VOORZITTER: de heer drs. L.J.M.van de Laar.
de dames V.M.M.Videler-Kil, A.Vlug-Ruiter en J.S.Elseman-Gazendam;
de heren P.A.Gorrissen, ir.M.J.M.Franken, D.V/esterhofA.A.Blanken,
P.J.P.Dekkers, P.M.L.Franken, P.Hopmans, ir.M.C.Arnoys,
dr.E.G.H.HSrtel, drs.P.G.M.van Heyst, N.A.van Kaam, A.P.
van den Bulck, P.J.Broos, A.G.van der Stoel, C.E.H.M.van
Kemenade, drs. E.H.T.M.Hijpels, ir.A.R.B.de Laet, M.J.
Franken, Chr.J.P.van Wijk, A.J.Franken, K.J.Mastenbroek
en G.Parel.
de heer mr.P.J.Pauwels.
l 1 i i i l l l 1 l l l l i i i 1 l l i li 1 l I M
VOORZITTER opent de vergadering met gebed en deelt mede, dat er bericht van
'erhindering is binnengekomen van de heer J.K.Hendriks wegens ziekte.
Ook is er binnengekomen een interpellatie—verzoek van de heer Broos wat aan de
formele voorwaarden voldoet. Het is aan de raad om te beslissen of deze inter
pellatie kan worden gehouden en zo ja, wanneer; in deze vergadering en zo ja
aan het begin of aan het eind.
De heer MASTENBROEK wil daar wel iets over zeggen. Hy is er principieel bijna teger.
dat interpellaties niet worden gehouden. Als een raadslid dat vraagt, vindt hij
dat zoiets bijna altijd zal moeten worden toegestaan. Dat vindt hij ook in dit geval.
Hij zou echter toch eerst wel graag willen weten, in hoeverre deze zaak in de
commissies is besproken. Hy heeft n.l. ook wel eens dergelijke vragen maar stelu
die dan in de rondvraag van een commissievergadering. Hij vraagt zich af of deze
zaak nu zodanig is en zo volledig nieuw, dat dat als interpellatie in een raads
vergadering gehouden moet worden.
Als het kan zou hij er graag van de wethouder iets meer over willen horen.
De heer VAN EEIJST heeft het ook als verrassend ervaren, dat deze zaak niet door
de interpellant in de commissie aan de orde is gesteld. Hij vindt wel, dat nu er
zoveel publiciteit omheen is gekomen, deze zaak nu vanavond hier maar behandeld
moet v/orden.
De VOORZITTER wil dan vragen wanneer; aan het begin of aan het eind.
Hij weet niet of soms de hele publieke tribune vol zit met mensen die expres hier
voor zyn gekomen.
Hij wil voorstellen om het dan maar aan het eind van de vergadering te doen.
De heer NIJPELS wil het graag, ongeacht de inhoud van de interpellatie, laten
afhangen van het oordeel van de heer Broos.
De VOORZITTERzegtdat de heer Broos de interpellatie voor vanavond heeft inge
diend en hij moet dan aannemen, dat deze bij dat verzoek persisteert.
Anders zou hij de interpellatie wel intrekken.
De heer VAN HEIJST zou het ook op prijs stellen om vanavond daar ook op te ant
woorden.
Dat stelt de heer BROOS niet minder op prijs.
De VOORZITTER zal dan maar besluiten om de interpellatie aan het eind van de ver
gadering te houden.
Dan stelt hij aan de orde:
1 Vaststelling van de notulen van de vergadering van de raad van 50 december
Deze notulen worden ongewijzigd vastgesteld.
Bes !issing:
