7
De VOORZITTER is ook alleen maar voor zoveel mogelijk openheid en wat hij bedoeld^
te zeggen was, of alle in aanmerking komende instanties in de motie zijn genoemd
Zo niet, dat wil hij voorstellen om dat alsnog aan te vullen.
Daar heeft de heer MASTENBROEK helemaal geen moeite mee en vindt dat zelfs een
welkome aanvulling. Hij vindt het alleen bijzonder vreemd dat de burgemeester van
Bergen op Zoom wordt gevraagd om advies terwijl deze dan nauwelijks over gegevens
beschikt.
De VOORZITTER had dus wel enkele dingen maar wat de heer van der Ploeg allemaal
heeft, heeft hij niet.
De heer MASTENBROEK wil dan vragen of de voorzitter het rapport waarover in de
motie wordt gesproken wel of niet heeft gezien.
llee, zegt de VOORZITTER. Dat lag niet bij de stukken die hij heeft gekregen.
Hij hoop i. inmiddels aan de raad wel duidelijk te hebben kunnen maken, welk antwoord
hij gemeend heeft te moeten geven.
De heer MASTENBROEK denkt niet dat de voorzitter een ander antwoord had kunnen
geven. Als men niet over informatie beschikt kan men geen ja of nee zeggen.
Daarom wordt het de hoogste tijd dat die informatie er nu eens komt.
De VOORZITTER moet daarbij zeggen, dat die informatie natuurlijk ook uitermate
specialistische rapporten onrvat en als hij die ziet heeft hij nog niets.
Met zijn jeugdige bestuurservaring en zijn jeugdige leeftijd durft hij te zeggen
dat, als^men de deskundigen eens bij elkaar hoort praten en tegen elkaar hoort
platen, dan kan men als bestuurder toch wel tot een bepaald inzicht komen en
weten welke lijn men moet gaan volgen. Dat weet hij nu juist niet.
De heer MASTENBROEK dacht niet dat het om allerlei ingewikkelde formules gaat.
Het gaat over wat in bepaalde kranten staat, n,l. dat verschillende instanties
gezegd schijnen te hebben dat bij een bepaalde windrichting enzovoorts.
Dat zal dan óf ontzenuwd moeten worden óf bevestigd zodat iedereen weet welke ge
varen eraan verbonden zijn.
Dat soort zaken, zegt de VOORZITTER, en zo weet hij zeker dat van bedrijfszjjde
wordt gezegd: die mijnheer heeft dat over ons beweerd maar zo zit dat echt niet.
Ook nog vel andere dingen, die hy dan allemaal wel eens graag boven de tafel
wil zien. De gemeente is geen actiecomité en zegt zomaar: die zaak moet dicht,
punt uio, amen. Het is toch wel een zaak van heel groot belang en dan mag men
wel eens 10 keer nadenken en dan weten wat men doet. Dat is zijn standount.
Hij is heel blij, en ook anderen, dat de PvdA zich zo heeft opgesteld en datzelfde
heeft hy ook opgemerkt n.a.v. het stuk van de heer van den Bulck.
Als dit soort termen gebruikt gaan worden, zal men met elkaar kunnen praten.
Hie o in de sfeer van slogans maar van economische en maatschappelijke werkelijkheid,
Op die voet wil het college ook graag praten.
De- heer VAN DEN BULCK wil nog vragen of, als de voorzitter de motie wil uitbreide;
zoals hy voorstelde, dat dan ook betekent dat de gemeente bereid is om de rappor
ten van de eigen milieudienst openbaar te maken.
De VOORZITTER moet zeggen, dat dat nauwelijks een rapport te noemen is. Het is een
korte brief van de betrokken ambtenaar aan hem waarin dan staat: ik ben vanmor
gen in Den Bosch geweest. Ik heb daar die en die gehoord. Hier en daar krab ik
toch v/el achter mijn oren. In die geest. Daar zal de raad weinig of niets aan heb
ben. Als die rapporten binnen zyn zal het college, desnoods met een vertrouwens
commissie uit de raad, uiterst nauwkeurig bekijken wat rustig gepubliceerd kan war
den en v/elke dingen, om welke reden dan ook, - niet omwille van het verhullen van
gevaren maar er kunnen andere redenen zijn - niet openbaar gemaakt kunnen worden.
De heer VAN DEN BULCK wil dar vragen of de eigen milieudienst geen eigen opvattin;
heeft over de gevaren enzovoorts,
De VOORZITTER kan zeggen dat Bergen op Zoom een uitstekende milieudienst heeft
maar hij kan niet zeggen dat daarin een volledige deskundigheid aanwezig is die
nodig is voor dit levensgrote probleem. Er is wel begrip voor wat te doen maar
volledig deskundig is men niet op dit punt. Daar komt heel wat meer aan te pas.