28
De heer Amoys verwijt zijn fractie dan ook nog, dat kennis werd genomen van door
anderen geleverde discussie—stofHij zou dan de wethouder alleen maar willen ad
viseren om dit ook zoveel mogelijk te doen.
Nog een opmerking over het waterleidingbedrijfI.v.m, de levering van het Bies—
boschwater wordt gesteld, dat dit gezuiverde drinkwater in uiterste noodzaak als
drinkwater ook voor de bevolking kan worden gebruikt. Naar zijn mening is er ech
ter voldoende grondwater voor de bergse bevolking aanwezig. Graag wil hij hier
over enige nadere uitleg.
Bij het hoofdstuk woningbedrijf komt de wethouder terug op de enquête in de Vlier
straat en spreekt daarbij over een teleurstellende ervaring. Zijn fractie heeft
het als bijzonder teleurstellend ervaren omdat geprobeerd is om als een olifant
door een porseleinkast te rennen. Onderzoekingen in andere steden omtrent een
zulke voor de direct betrokkei/zo belangrijke zaak als renovatie hebben bewezen,
dat dao vaker meer dan 1 of 2 jaren duurt. In Bergen op Zoom heeft men gemeend
die zaak binnen enkele maanden rond te kunnen krijgen. Informaties bij andere ge
meenten had kunnen leren dat dit gewoon niet kan.
Duidelijkheid over groot onderhoud in deze buurt is nu geboden.
Hij herhaalt tenslotte de behoefte in Bergen op Zoom naar een nota volkshuisves
ting zodat ook voor wat betreft het bezit van de gemeente eens duidelijk moet
worden vastgesteld hoe het beleid in de toekomst zal moeten worden gevoerd.
Hij heoj. t ook enige opmerkingen over cultuur. Over het Luxor—complex werd mede
gedeeld, dat een dezer dagen een bespreking zal plaats hebben tussen de eige
naars van dit; complex en het gemeentebestuur. Hij wil deze gang van zaken graag
op ae voet volgen en niet in het minst heeft hij aandacht voor diegenen die aan
dat overleg deelnemen. Uitvoerig wordt ingegaan op de concrete vraag van zijn frac
tie inzake uitbreiding op de afdeling culturele zaken. Erkend wordt dat er perso
nele knelpunten zijn maar dat eerst een antwoord moet worden verkregen op een aan
tal vragen. Het is noodzakelijk, dat dit zo snel mogelijk gebeurt.
De heer BROOS heeft aan het slot van zijn algemene beschouwingen over telexen ge
sproken. Zijn replieken wil hij nu ook graag in telex-termen houden.
Op basis van de inleiding van de voorzitter aan het begin van deze avond en over
de terugblik op 45 maanden wil hij graag de betrekkelijkheid van het voorwoord van
de voorzitter toetsen. Als daarin dan wordt benadrukt, dat de wethouders de eerst
aangewezen vertrouwenslieden dienen te zijn, behoort dat toch wel in het teken
te v/orden gezien van het feit, dat dit merkwaardige college met zyn reserve-
wethouder in een later stadium met de meeste stemmen dus vertrouwen werd
verkozen maar in een eerder stadium werd afgewezen, dus niet alle vertrouwen.
Terwijl de anderen met de hakken over de sloot zijn gekomen, waarby dan de gekoze
ne met de minste stemmen niet de zwakste behoeft te zijn. Hieruit moge dan duide
lijk blijken, dat de weergave van de voorzitter op dit college belabberd is.
Eerder is het het niet durven uitsteken van zijn of haar politieke nek het vlot
waarop dit college zich drijvend houdt.
Voor wat de democratisering betreft en wat de voorzitter daarover heeft neerge
pend, had dit van spreker zelf kunnen zijn en daar is hij het dan ook voor 100%
mee eens. Mensen die niet willen zullen er niet bijgetrokken moeten worden. Zij
zullen zelf moeten willen.
Y/at de voorzitter verder heeft neergeschreven, dekt dat elkaar allemaal en hy
heeft daar weinig aan toe te voegen. Het zou gemakkelijk zijn om er nog een uur of
zo over verder te praten maar daar heeft hij geen behoefte aan.
Over het geschrevene van wethouder van Heyst vil hy opmerken dat hy al jaren de
wens koestert om in het grondbeleid wijzigingen aan te brengen en dat thans een
kentering waar te nemen is. Hy vil het college wel vragen of die wijzigingen eerst
in concept-vorm door de commissie behandeld kunnen worden en dat daarna pas een
officieel karakter te geven. Hoewel de werklust, kennis en bestuurlijkheid van ae
wethouder grondzaken bij hem zelden of nooit een discussiepunt is, blyft hy van
mening, d<~u een meer voelbare, grote werkende inspraak van de commissie grond
zaken in het of de eindresultaten gewenst is. Verder wil hy van zyn kant opmer
ken, dat de reacties van de fracties op de algemene beschouwingen hem het meest
positief aansprak.
Ovei wat de wethouder van,R.O. heeft geschreven wil hy opmerken dat op bladzijde 1
waarschijnlijk moet staan "finjuist van de heer Broos» niet
Hy heeft n.l. gezegd dat de bejaarden en/of de ouderen in Bergen op Zoom hand
over hand toenemen.
