32 Dat dat ook te waarderen is. Daarbij is dan echter het resultaat gering, en daar blijft hij bij. De argumenten daarvoor gaat hij nu maar niet herhalen. Het interim-rapport bewijst inderdaad, dat er nog heel wat moet gebeuren aan onderzoek, wil men wat meer aan de weet komen. De voorzitter had het al even over het verslag van de vergadering van de bege leidingscommissie, waaruit dan zou blijken dat het uitgesloten is dat de wens tot het verdelen niet door zou gaan. Daar twijfelt spreker nog behoorlijk aan. Hij dacht dat van bestuurlijke zijde, provinciaal, daar toch wel naar wordt ge streefd. De regeringsbeslissing is echter, dat men pas groeistad is als men 10.000 woningen bouwt. Dat is dan natuurlijk wel anders dan de provinciale op vatting hieromtrent. De heer Meijer is van het ministerie gekomen, waar hij meegewerkt heeft aan de verstedelijkingsnota en de gemeente op een gegeven moment b.v. duidelijk heeft kunnen maken, dat het gaat over 10.000 woningen, wat dan bij de provincie niet duidelijk was, waardoor in de woningbouw-nota van Bergen op Zoom op een gegeven moment bij een maximum-taakstelling werd gesproken over 7.215 woningen, naar hij zich meent te herinneren. Daags daarna was deze sessie en verwonderde spreker zich over het feit dat het nu ineens over 10.000 woningen ging. Trouwens, bij het geheel is er steeds onduidelijkheid geweest en voor spreker is er nog geen duidelijkheid in deze zaak. Ieder weet nog wel hoe het in de eerste versie van de verstedelykingsnota stond: dat in de streek Bergen op Zoom en/of Roosendaal 10.000 woningen gebouwd zouden moeten worden tussen 1980 en 1990. Dan zijn er allerlei tussenfasen, uitspraken van ministers. Hij kan zich nog her inneren een uitspraak van ex-minister Westerterp waar men weer heel erg ver wonderd over was toen deze zei als vervanger van minister Gruyters: Bergen op Zoom of Roosendaal. Dat was voor Bergen op Zoom toendertijd eigenlijk een open baring. Het provinciaal bestuur heeft indertijd gezegd: 10,000 min de natuurlijke behoefte van Roosendaal, als Bergen op Zoom zou worden aangewezen door de re gering. Die 10.000 woningen zouden er dan volgens de heer Meijer moeten komen, wil men profiteren van de infrastructuur-verbeteringen. De provincie wil, voor zover hem bekend, wel achter Roosendaal en Bergen op Zoom staan bij een gelijke verdeling en wil ook de infrastructuur-verbeteringen verdelen. Overigens wil hij er nog wel op wijzen, dat in de woningbouwnota 3 mogelijkheden zyn genoemd. Dat het beslist geen groei-nota is geweest maar dat daar een hele taakstelling, een halve taakstelling en geen taakstelling in zijn behandeld. Hetgeen er dan naar zijn mening toch wel op wijst dat niet wordt gesolliciteerd naar de groeistad-functie. De heer Mastenbroek wil een uitspraak van de hogere overheid. Dat wil het colle ge ook wel graag en dan liefst nog zo snel mogelijk. Dan weet men tenminste waar men aan toe is. De heer Mastenbroek merkte tenslotte, zelfs enkele malen op, dat het geld in het water wordt gegooid en dan denkt spreker aan het Markizaats meer waarvan maar de helft uit water bestaat. Als de heer Mastenbroek het dan in het water wil gaan gooien zal hij eerst al wel door het slik zijn gezakt en het geld zal dus dan wel in het slik verdwijnen en niet in het water. Mevrouw Vlug en ook anderen hebben zeer terecht gezegd dat het onderzoek zich niet toespitst alleen op die verstedelijking, maar ook op de recreatie, op het natuur-modelOok dat heeft de aandacht. Daar zit echter niet zo'n haast ach ter omdat niet zo snel een beslissing genomen zal gaan worden over dat natuur- model. Dat kan men desnoods nog wel 20 jaar uitstellen. Het zou prettig zyn als men van het recreatiemodel sneller iets aan de weet zou kunnen komen. Men moet echter klaar staan voor die eventuele opvang van die 10.000 woningen en vandaar dat dat prioriteit heeft bij het onderzoek. Dat wil dan niet zeggen dat andere zaken worden verwaarloosd. Mevrouw Vlug had wat kritiek op het college, dat dat te weinig informatie zou gegeven hebben. Hy moet dat toch wel ontkennen. Het college heeft die informa tie die doorgegeven kon worden ook doorgegeven. De interim—nota was een nota van een provinciale commissie, gericht aan G.S, Dat die vroegtijdig in de publi citeit is gekomen is er een reden voor geweest, dat het college die nota ook ter kennisneming van de raad en van de commissie Rovov heeft gebracht. In feite had het college natuurlijk af moeten wachten tot de provincie de nota had ontvangen en eventueel had becommentarieerd. Zo zou men ook kunnen redeneren voor het verslag van de vergadering van de be geleidingscommissie. Ook dit stuk is vroegtydig ter inzage gelegd om toch maar zo snel mogelijk de mensen kennis te laten nemen van wat daar werd besproken.

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1978 | | pagina 197