10
In eerste instantie was zyn mening, dat dit eigenlijk een hele normale gang van
zaken was. Als hij een interpellatie houdt, hetgeen dan de vorige keer is ge
beurd, dan heeft de wethouder zich uitvoerig kunnen voorbereiden en dan weet
spreker ook niet wat die wethouder dan heeft voorbereid, dus moet hij ook maar
afwachten waarmee hij dan afkomt.
Hy vindt dat dit nu echter op dit moment een hele andere zaak betreft.
Als hij een interpellatie houdt over het woningbedrijf antwoordt de wethouder over
dat woningbedrijf en kan hij ook weer praten over het woningbedrijf.
De heer Broos v/eet op dit moment niets van het feit waarover het zou kiinnen gaan.
Hij dacht dan ook dat de heer Broos het juist heeft als deze zegt: ik vind dat
ik eerst behoorlijk ingelicht moet worden over wat ik nu werkelijk fout heb ge
daan en dat daarna natuurlijk het college het recht heeft om die zaak in het
openbaar in de raad aan te zwengelen. Hij is het dus met de heer Broos een3»_
Hij vindt ook dat de heer Broos eerst informaties moet hebben van wat hij nu in
wezen verkeerd zou hebben gedaan.
De heer M. J.M.FRANKEN wil zeggen, dat deze kwestie in wezen afkomstig is uit
de commissie economische zaken. Deze commissie is een besloten commissie en hy
zou daarom willen voorstellen, gezien de vraag van de heer Broos, dat in die
commissie eerst wat toelichting over de feiten wordt gegeven en n.a.v het re
sultaat van die bespreking en het advies wat daar uit kan komen, kan het alsnog
in de raad in het openbaax behandeld worden.
De heer NIJPELS kan namens zyn fractie zeggen zich geheel te kunnen aansluiten
bij hetgeen de heer Mastenbroek heeft gezegd.
De heer A.J.FRANKEN wil persoonlijk even opmerken, dat hij ook het niet juist
vindt, dat personen die ergens van worden beschuldigd vooraf niet kennis kunnen
nemen v£n die beschuldigingen voor het in de openbaarheid komt. Dit geldt voor
iedere burger, ook voor een raadslid, hoe diens naam of partij ook mogen luiden.
Hij kan zich dus in grote lijnen wel met het betoog van de heer Mastenbroek ver
enigen.
Ook de heer VAN DEN BULCK kan dat, al denkt hy wel dat de heer Broos zal ver
moeden welke dingen exact gezegd zouden gaan worden. Het zal naar zijn mening
echter toch juister zijn om het van de kant van B.& W. eerst schriftelijk aan
de heer Broos mede te delen.
De heer DEKKERS zegt dat de heer Broos zegt om informatie te hebben gevraagd
en die nog niet gekregen te hebben en dus niet te weten wat hem exact te wachten
staat, als spreker het tenminste zo mag vertalen. Spreker dacht toch dat de
heer Broos voor zichzelf wel enig idee zal hebben waarover het gaat. Daarnaast
veronderstelt hij, dat het college gegronde redenen zal hebben om dit besluit
op deze manier te nemen en dit in de raad te behandelen.
Gezien de thans gehoorde geluiden van de andere fracties zou hy willen voorstel
len om even in besloten vergadering te gaan en het college even in de gelegen
heid te stellen aan de raad mede te delen, waarover het nu precies gaat.
De heer NIJPELS dacht dat het altijd een goed gebruik is, dat als men iemand
gaat beschuldigen men de persoon - en dat heeft de heer Mastenbroek op uitne
mende wijze verwoord - van tevoren de gelegenheid geeft om zich voor te berei
den. Of dat dan in het openbaar gebeurd of in beslotenheid, het gaat er naar
zyn mening gewoon om, ongeacht of men het wel of niet met de heer Broos eens
is, dat deze zich op een normale fatsoenlijke wijze kan voorbereiden. Als raad,
als voorbeeld voor de burgers, zal men zich zeker aan deze normaal gangbare
regels hebben te houden. Vandaar dat hij nog steeds achter het standpunt van
de heer Mastenbroek kan blijven staan.
De VOORZITTER wil, om het verhaal even compleet te maken en om alle eventuele
onduidelijkheid weg te nemen, zeggen, dat de heer Broos hem, als voorzitter van
de raad, heeft bezocht n.a.v. de eerste brief van het college. In dat gesprek
heeft spreker hem toen wel aangeduid over welke zaak het zou gaan.
Hij zegt daarbij nadrukkelijk: aangeduid, want hy had op dat moment de spullen
niet bij zich en hij achtte zich op dat moment ook niet geroepen om dat toen
allemaal exact uit de doeken te doen.
Dit dan om even te stellen, dat de heer Broos wel zou kunnen weten waarom het
zo ongeveer gaat.