33 De heer VM KA AM dacht dat het de heer Mastenbroek dan toch ook bekend moest zijn, dat in bepaalde gevallen, waarbij een garantie-subsidie werd overschreden, de raad ook besloten heeft om niet te suppleren. Dat is al verschillende malen geoeurd. De heer VM DER STOEL zegt, dat dat ook heel normaal is als de raad vindt dat dat geld niet nodig is. In dit geval is dat dan wel zo en daarom wil hij er niet meer over praten. De heer VM KAM had al gezegd, toch wel niet iedereen te zullen kunnen overtuigen en daar wil hij het dan maar bij laten. A.ls de heer van den Bulck dan sprak over een verschil van 21 .000.- en hij kijkt dan naar die bedragen van 97.000,- en 79.000.heeft spreker daarnet al «-ezegd dat daar ook dat andere bedrag nog bijkomt. Voor dit jaar wordt door de gemeente dus aan de Sosjale Joenit betaald een bedrag van 88.620.-, en daar zal men voorlopig zeker mee vooruit kunnen. Over 3 maanden kan dan worden bezien hoe deze zaak; verder opgelost kan worden. Hij blijft dus bij het voorliggende voor stel, en naar hij aanneemt ook het college. De VOORZITTER heeft zo het idee, dat het hier dan wel bij kan blijven. Hij wil nog^- maals zeggen, dat de intentie van zijn interventie alleen was, om een ander voor beeld te gebruiken, dat, als de gemeente een bepaald onderwijs-instituut zou sub sidiëren v/at nog niet onder rijkssubsidie valt en wat het komende jaar misschien wel daaronder zou gaan vallen, moet men dan het totaal begroten of inoet dan de rijkssubsidie ingecalculeerd worden. Dat is zijn hele punx. Anders niets. Hij wil het voorstel dan maar in stemming brengen. Hij dacht dat de intenties er van duidelijk genoeg waren. De heer VM DER STOEL vindt zijn voorstel van verdere strekking. Zijn intentie is kort gezegd, dat het voorstel van het college er op neerkomt dat er voor 3 maan den zekerheid is en zijn voorstel komt er op neer dat er voor een jaar zelcerhei is. Daarom vindt hij zijn voorstel van verdere strekking en zou hij dat graag in stemming gebracht zien. De heer VM HEIJST meent, dat het voorstel van het college misschien straks nog verdergaand zal blijken te zijn. De heer DEKKERS meent dat het voorstel van het college er duidelijk cp neerkomt dat er zekerheid is voor een jaar, net zo goed als dat van de heer van der ^ü^l» alleen heeft het college goed aangegeven waarom het voorstel er uitziet zoels net er ligt. Zijn fractie kan zich daar volledig in vinden omdat dat een juiste siuaa- tie is waarop de cijfertjes op papier worden gezet. De VOORZITTER dacht, als zou worden gezegd, dat het een ton moet worden, er ook geen zekerheid is want het kan best zijn dat de totale kosten 110.000.- zullen worden, dus dan moet het ook opnieuw besproken worden. Wat dat betreft kan dus nooit worden gezegd: een ton geeft zekerheid voor een jaiL. De heer VM DER STOEL meent, dat als gezegd wordt: verleden jaar is een ton uit gegeven en het college en de raad zeggen daarvan: dat is prima, dan zegt lnj dat dat ook voor dit jaar kan en dat komt dan neer op weer een ton plus het accres. De VOORZITTER meent, dat de heer van der Stoel dan de eventuele mogelijkheden - en misschien acht hij dat theoretisch, maar misschien het college ook wel - verwaarloost, dat door bijdragen van anderen de subsidie niet gegeven zal behoeven te worden. Nee, zegt de heer VM DER STOEL, want de toezegging van de wethouder blyft over eind staan, dat over 3 maanden de zaak weer opnieuw bekeken gaat worden. Dat kan ook bij het andere voorstel, meent de VOORZITTER. Hij wil het college—'voorstel dan maar in stemming gaan brengen. De heer NIJPELS wil dan graag hoofdelijke stemming. Hij mag dan wel aannemen, dat als het voorstel wordt verworpen, dan ie voot^ e van de heer van der Stoel geacht kan worden te zijn aangenomen. Ook daarmee kan de VOORZITTER zich verenigen, en hij gaat dan over tot stemming.

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1978 | | pagina 141