vanaf de Burg.Wittelaan naar het kamp verbeterd wil hebben en dat is dan weer geen zaak voor het schap maar voor de gemeente. De heer P.M.L.FRANKEN wil eerst even ingaan op een klein misverstand wat bestaat inzake het woonwagenschap. Het is n.l. zo, dat er besprekingen zijn geweest met het katholiek woonwagenwerk en de bewoners van de Kortjan, voor er contact is op genomen met de tuindersgemeenschap en dat heeft er toe geleid, dat die bezwaren pas in tweede instantie aan het licht konden komen. Vandaar is oók die zwaai van het woonwagenwerk wel te verklaren. Ten tweede, wat betreft de Geertruidapolder, zei de wethouder daar ongeveer 3 hectare ter beschikking te hebben. Als deze dat zo zegt, gelooft spreker dat, al heeft hij dat niet nagemeten. Hij dacht echter, dat daar nog wel meer grond te verwerven was. Bij de Linie zou er 5 hectare beschik baar zijn. Hij kan garanderen, dat in de Geertruidapolder eerder en sneller een woonwagenkamp gerealiseerd kan worden dan in de Linie, omdat in de laatste loka- tie veel zwaardere belangen zijn en zodoende veel meer tegenstand te verwachten is. De heer WESTERHOF wil enkele dingen op een rijtje zetten. Men vreet dan, dat de ge meente Bergen op Zoom gewoon gedwongen is om een plaats voor een woonwagencentrum aan te wijzen en voor de inrichting daarvan gelegenheid te geven. Vanavond is al meer gezegd, dat iedere plaats wel zijn bezwaren zal hebben. Het grootste deel van j zijn fractie ziet deze bezwaren zeker in voor de Linie. De argumenten die de wet houder aanhaalde tegen andere plaatsen zijn al meer genoemd en hij moet dan zeggen, dat hij de hele zaak nu nieb zo erg ziet zitten. Het zou misschien toch verstandig zijn om, na het horen van alle betrokkenen en het afwegen van alle belangen, deze zaak toch nog eens opnieuw te bekijken, zoals de heer Franken voorstelde. Op de 2e plaats was hij erg blij met hetgeen de heer van Kaam zei over schaderege lingen. Aan de ene kant door stukjes grond toe te wijzen voor sloopwerkzaamheden zodat de betreffende bedrijven met name bekend zijn. Dan zal inderdaad een stuk effectievere contröle worden uitgeoefend. Misschien dat de schade daardoor zelfs wat minder zal kunnen worden. De kassen-bedrijven bij de Linie zullen echter wel degelijk grote schade blijven ondervinden. Hij dacht dat er altijd een gezond principe was, n.l. dat het particulier belang moet wijken voor het algemeen belang. Het al gemeen belang vraagt dus ergens, dat er een plaats wordt aangewezen. Dat is dan niet leuk voor de mensen die er bij betrokken zijn. Over eventuele schadeclaims wordt er nu naar zijn mening een beetje gevoetbald. Allerlei instanties gaan nu benaderd worden. Als de raad en het college nu zouden besluiten, of desnoods de volgende maand, dat in principe de thans aangewezen plaats gehandhaafd moet blijven, niet omdat die nu zo verschrikkelijk gunstig is maar alleen bij gebrek aan iets beters, en dat er een principe-uitspraak moet ko men dat in eerste instantie ook de gemeente zich garant stelt voor de te onder vinden schade. Die schade, als die inderdaad zou ontstaan, kan door deskundigen objectief worden vastgesteld. Hij spreekt er zich hierbij dan niet over uit, hoe die schade geregeld moet worden. Dat zou b.v. kunnen zijn verplaatsingskosten naar elders, als dat mogelijk zou zijn. Dat zou kunnen zijn een uitkering i.v.m. vermin derde opbrengsten. Dat kan via de vorm van een waarborgfonds waarvoor dan een ver zekeringspremie betaald zou moeten worden door de betrokken bedrijven, gegarandeerd door de gemeente of iets van dien aard. Daar laat hij zich dus niet over uit. Hij zou echter graag van het college horen en daarna van de raad, of men in prin cipe een uitspraak zou kunnen doen, dat, als mensen schade lijden door een maat regel die de gemeente neemt, de gemeente daarvoor dan in de eerste plaats ook ver antwoordelijk is. Dat daarna wordt geprobeerd het balletje door te spelen naar G.S., naar een schap of naar het rijk is natuurlijk duidelijk. Die zijn daar meer voor verantwoordelijk dan de gemeente. Hij zou willen beginnen met de mensen niet in het onzekere te laten en zeggen; we gaan' wel eens proberen bij hem en bij hem. Daar ziet hij voorlopig nog niet veel van terecht komen. Hij weet wel, dat de gemeen te garant zou gaan staan voor iets waarvan men helemaal de omvang niet kan zien. Als echter de gemeente een lokatie aan gaat wijzen, sou hij toch graag die principe uitspraak hebben, dat de gemeente op gaat draaien voor de schade die daardoor eventueel aan de eigen bewoners, aan die particulieren wordt toegebracht. Mevrouw VLUG is het met het betoog van de heer Franken eens, dat van die 3 h.a. in de Geertruidapolder waarschijnlijk best wel 5 h.a. te maken valt door verdere verwerving en dat zal waarschijnlijk gemakkelijker gaan dan voor de gronden in de Linie. Daar is de wethouder wel aan voorbijgegaan.

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1978 | | pagina 117