4
mogelijk in de naaste toekomst ook aan de Oosterschelde. Ten vierde: eventuele
rookontwikkeling en daarbij wil hij 2 zaken onderscheiden; a. hinder, v4ar ook een
lokatie wordt gepland, van eventuele rookontwikkeling zal er altijd zijn; Randweg-
Oost, sportpark en eventueel stad. b. de kans op schade door sloopwerkzaamheden
is in Be Linie veel groter dan in de Geertruidapolder; de met veel geld en zorg
geteelde tuinbouwproducten staan onder voortdurende contröle van de Warenwet;
b.v. sla moet 3 weken vóór de oogst worden opgegeven aan de veiling en wordt
dan gecontroleerd op residuen^ voor dat product voor de consumptie mag worden aan
gevoerd. Al met al sluit hij zich aan bij de conclusie van de Arob-commissie, om
de verschillende mogelijkheden nog eens te bezien, voordat de hoofd-procedure
ingezet gaat worden.
Mevrouw 'VLUG moet zeggen, uit dit advies te hebben kunnen opmaken, dat de Arob-
commissie de raad aanraadt in overweging te nemen deze kwestie opnieuw te bezien
en dat het daarbij aanbeveling verdient ook eerder besproken alternatieve lokaties
te bekijken. Van het college is dan het advies gekomen om het advies van de Arob-
commissie niet op te volgen. Als zij de zaken echter op een rijtje zet, moet zij
toch v/el tot de conclusie komen dat het misschien toch wel nuttig zou zijn om een
alternatieve lokatie alsnog eens te bekijken. Om te beginnen zal de huidige eige
naar van de grond die nog verworven moet worden deze beslist niet voor deze be
stemming vrijwillig verkopen en als dat dan een onteigening moet worden neemt dat
al gauw weer enige jaren in beslag, dacht zij. Ban zullen er ook weer de nodige
beroepschriften komen en die liggen er nu eigenlijk al. Zij stelt zich niet voor,
dat, waar dat kamp ook wordt gepland, er geen bezwaarschriften zullen komen.
Bat zal n.l. altijd wel het geval zijn dacht zij. Vandaag is haar echter ook ter ore
gekomen, dat de stichting woonwagenwerk, die dus eerst zo ingenomen was met de
lokatie aan Be Linie, voor geen goud troubles met de tuinders wil hebben en ook
eigenlijk nu liever wil, dat er in de Geertruidapolder gepland gaat worden.
Bat allemaal by elkaar brengend - het is nu al zo'n lange lijdensweg - zou zij
willen zeggen, er nu maar weer een stukje bij aan te knopen. Als het n.l. Be Linie
moet worden gaat het naar haar mening zeker nog jaren duren.
Be heer M.J.FRANKEN wil namens het grootste deel van zijn fractie zeggen dat in de
laatste algemene beschouwingen van de Stadspartij melding werd gemaakt van het
feit, dat de thans geplande nieuwe lokatie in de fractie moeilijk ligt en dat
voor een zeer groot deel de bezwaren van de tuinders konden worden onderschreven.
Intussen is het er niet gemakkelijker op geworden. Hij is er zich zeer goed van
bewust, dat het kamp verplaatst moet worden en dat deze groep mensen recht heeft
op een menswaardig leef-milieu. Een woonwagenkamp mag niet te ver van het woon
gebied worden gepland. Het college heeft bezwaar tegen de Geertruidapolder, maar
in het rapport van de PvdA: "Wonen op wielen in Bergen op Zoom" staat op bladzijde
23 dat de belangstelling van de woonwagenbewoners uit sluitend is uitgegaan naar
de Geertruidapolder. Indien de plannen van het Markizaatsmeer voor wat betreft
de woningbouw niet door zouden gaan - men kan het maar nooit weten - dan zou
in de Geertruidapolder heel goed een kamp gevestigd kunnen worden, dacht hij.
Waar het nieuwe kamp ook zal komen, bezwaren van wie dan ook zullen er altijd wel
blijven. Naar zijn mening zouden die bezwaren heel wat minder zijn, indien het alleen
Tnaa.r» ging om het wonen. Beze mensen hebben echter nog al wat bedrijvigheid in slo
perswerkzaamheden enz. met alle gevolgen van dien. Welke andere ingezetene van
Bergen op Zoom zou echter zonder meer sloperswerk en verbrandingen kunnen ver
richten dicht bij een woongebied, zou hij willen vragen. Hij dacht van niemand.
Hij vindt dan ook, dat ook deze mensen die rechten niet zouden mogen hebben of
krijgen. Hij wil vragen of er wel eens is gedacht aan een kamp om te wonen en daar
naast om een apart kamp om te werken voor de woonwagenbewoners.
Hij kan de conclusie van de Arob-commissie onderschrijven en wil het college dan
ook in overweging geven, om deze zaak alsnog eens te bekijken, hetgeen dan mis
schien wel wat tijdverlies zal kosten maar toch beter dctt dan ontevredenheid,
meent hij.
Be heer BROOS kan het met de stelling eens zijn, dat, waar men ook een kamp neer
zet, er altijd wel problemen zullen komen. Be heer Franken van het CBA had het dan j
over sla die naar de veiling moet en dat soort zaken maar voor hem hoeft dat alle
maal niet. Hij kan wel zeggen er in principe toch wel voorstander van te zijn, dat
deze zaak nogmaals eens wordt bekeken, zonder dan een verwyt te doen aan wie dan
ook. Het is gewoon een erg moeilijk probleem.
