13
De heer BROOS wil, los van de normtoewijzingen die hij - en dat weet men goed genoeg
niet onderschrijft van dat beleid, toch wel zeggen in het algemeen erg te spreken te zijn
over het woningbedrijf. De gemeente wordt vaak opgeschept met problemen die door de
mensen zelf worden geschapen en dan moet de gemeente maar een oplossing zoeken.
Naar zijn gevoel gebeurt dat over het algemeen genomen vrij goed.
Hij wil verder vragen, of deze brief nu namens het NVV geschreven is, omdat dat n. 1.
niet exact in de brief staat en dat daar niet uit te halen is.
Verder wordt er gesuggereerd, dat het zo zijn zou, dat maatschappelijke huurders
herkenbaar zouden worden gehuisvest. Daar is hij persoonlijk ook niet op tegen.
Dat wil hij nog wel even duidelijk zeggen, In een maatschappij mag nu eenmaal best ver
schil van orde zijn. Hij meent, dat men hier steeds meer toegaat naar Rusland en het
enige verschil daarmee is dan nog alleen de geografische ligging.
De heer VAN KEMENADE is het met deze laatste stelling van de heer Broos volkomen
oneens. Hij dacht ook niet dat het gemeentelijk woningbedrijf, en dan toch zeker niet
bewust, de mensen herkenbaar laat wonen. Bij een vorig punt heeft hij al opgemerkt
respect te hebben voor het gemeentelijk woningbedrijf zoals dit het afgelopen jaar heeft
gedraaid. Hij kan ook de woorden van de heer Hopmans onderschrijven. Of dit nu het
NVV is of welke andere instantie dan ook, als deze een brief schrijft, zal men toch met
goede argumenten moeten komen en in ieder geval met feiten die bewijsbaar zijn.
Niet met loze kreten zoals in dit geval is gebeurd. Wat dat betreft is hij het helemaal
eens met het antwoord van het college.
De heer VAN WIJK wil het niet hebben over de teneur van de brief van het NVV. Dat heb
ben de heren Hopmans en van Kemenade al opgemerkt. Naar zijn mening ook volkomen
correct. Hij wil iets zeggen over het concept-antwoord. En dan over een onderdeel
daarvan, n.l. het onderhoud. Of moet hij dan zeggen: het achterstallig onderhoud.
Hij wil graag weten, of het aantal te verrichten werkzaamheden toeneemt in verband met
het geleidelijk ouder worden van het woningbestand. Zijn er eventueel maatregelen te
verwachten, die het onderhoud kunnen bespoedigen.
De heer ARNOYS wil op de vraag van de heer Broos, of de brief nu namens het NVV is
gesteld antwoorden, dat het college er van uit gaat, dat als op het briefpapier van een
Nederlands Verbond van Vakverenigingen een brief binnenkomt, die is onder
tekend door de secretaris, dit dan niet een brief is namens het NVV maar van het NW.
De vraag van de heer Hopmans waarom het concept-antwoord niet in de commissie is
geweest is voor hem toch wel wat merkwaardig en daar staat hij toch wel even van te
kijken. Hij heeft in die vergadering de brief van het NVV nog speciaal van zijn kamer ge
haald om in de commissie voor te lezen en de commissie toestemming gevraagd of deze
zaak moest wachten tot de commissie het eventuele concept van B&W zou goedkeuren,
of dat aan B. W. min of meer volmacht werd gegeven om het ineens in de raad te bren
gen. Unaniem is daar toen op besloten dat het zo moest gaan zoals het nu is gebeurd.
Op de vraag van de heer van Wijk kan hij zeggen, dat de werkzaamheden aanzienlijk toe
nemen, Er is een veroudering in het woningbezit hetgeen in een steeds grotere versnel
ling komt. Er zijn bepaalde wijken die ergens toch wel aan het onderkomen zijn, ook
door de soort van bewoning waar men dan wel of niet maatschappelijk aangepaste huur
ders krijgt en men dat in die wijken gaat onderkennen. Daardoor ook zien sommige stra
ten er slordiger uit dan andere naastliggende straten. Er zijn al bepaalde plannen ge
weest om bepaalde straten meer aan de huidige wooneisen aan te gaan passen. Vanwege
de subsidiëring zit men daar in de moeilijkheid, dat men dit zelf normaal niet kan be
happen. Er zijn al diverse besprekingen over geweest. De gemeente heeft daarbij wel
de neus gestoten, want men wilde blijkbaar te veel. Er mocht alleen maar met mondjes
maat verbeterd worden. Hij is er van overtuigd, dat, als men ergens naar de huidige
wooneisen en verlangens gaat verbeteren, men inderdaad ook moet proberen, of er de
gelijke en goede woningen van te maken zijn die niet alleen in de huur afsteken of schril
afsteken ten opzichte van de nieuwbouw, maar die toch wel ergens ook wat wooncomfort
betreft in de buurt komen van huidige nieuwbouwwoningen.
Hij meent alle vragen hiermede wel beantwoord te hebben.
De heer VAN KEMENADE wil op dit laatste punt van de wethouder, de renovatie als men
dat zo wil noemen, vragen, of deze dat op de eerstvolgende commissievergadering als
agendapunt wil opvoeren. Hij zou daar graag eens over discussiëren omdat hij vanuit
zijn werk weet van een aantal gemeenten - hij denkt b. v. aan Eindhoven - dat die enor
me bedragen krijgen voor renovatiewerkzaamheden. Hij kan dan ook niet inzien,óm, als
dat dan zo noodzakelijk is, Bergen op Zoom daar buiten zou vallen. /vaar