40 Als men dan als gemeenteraadslid zoiets leest denkt men toch, dat als het ministerie van sociale zaken geen oorzaken ziet om 80% daarvan te financieren, moet de raad het dan nog weer beter weten dan het ministerie en wel de kosten meebetalen. In datzelfde verhaal kon men ook lezen, dat door de directeur van de instelling gelijk was verkondigd, dat dan de gemeenten maar de kosten moesten dragen als het door het rijk niet zou worden betaald. Dat is dan de inleiding waarna men dan inderdaad naderhand een begroting voorgeschoteld krijgt, die dan behoorlijk aan de hoge kant is. Zij onderkent alle oorzaken, die daarvoor dan aanwezig zijn, maar daar gaat het niet om. Men kan zich wel afvragen, of het nu zo met die computer moet. Bij nadere informatie heeft zij nu gehoord - en dat wist zij dus toen nog niet - dat de werkvoorzienings-schap pen in brabant en limburg vrijwel allemaal die computer hebben, waarvoor dan zonder meer door het ministerie die 80% wordt gefinancierd. Dat is nu een facet wat nu pas aan het licht komt. Het is natuurlijk nonsens om te veronderstellen dat de een die 80% niet zou krijgen als anderen dat wel krijgen. Ook de gemeente heeft de nodige financiële zorgen en iedereen weet dat, om de uitgaven te dekken, de gemeentelijke heffingen omhoog moeten. Daar is toch ook niemand ge lukkig mee, dacht zij. Dat het werk van dit schap een reuze goed werk is, daarover zal iedereen het wel eens zijn. Wat weet men er echter eigenlijk precies van. Men heeft nog nooit anders gehoord dan dat telkens alles veel hoger en veel duurder uitkwam en dat er moest worden bijbe taald dan oorspronkelijk was begroot. Telkens weer moet er een aanvullend subsidie komen. Dan vindt zij het logisch dat men als commissie van financiën op zo'n moment zegt: als het ministerie die 80% niet finan ciert hoeft de gemeente dat ook niet te doen. Zij heeft nu weer gehoord, dat het nog niet helemaal zeker is, of dit wordt betaald of niet door het ministerie. Als de subsidie van het rijk wordt verkregen is er, gezien het advies van de commissie financiën, niets aan de hand. Als het niet wordt verkregen heeft de commissie gezegd: dan behouden wij ons ook het een en ander voor. Er is haar ook verteld, dat die computer achter elkaar teruggestuurd kan worden als hij van het ministerie niet mag worden aangeschaft. Gezien de berekeningen die nu binnen zijn wat het uitbesteden van het werk kost en wat de computer zelf kost, welke gegevens op een laatste moment binnen komen, zou zij graag hebben gezien, dat deze gegevens wat eerder bekend waren gemaakt zodat dat ook uitgebreid in de commissie financiën besproken had kunnen worden. Dan was men mis schien tot een ander advies gekomen. Als men er van uitgaat, dat men de kosten voor de gemeente niet hoger wil maken dan nodig is, en het niet aanschaffen van een computer is dan duurder dan het wel aanschaf fen, vindt zij het nonsens om dat apparaat niet te kopen. Dat zal dan editer eerst wel duidelijk moeten worden aangetoond. Mevrouw ELSEMAN moet zeggen dat vervelende zaken vaak niet alleen komen. Men maakt bezwaren met betrekicing tot de aanschaf van een computer en ook vindt men de bijdrage van de gemeente te hoog. Wat dit laatste betreft moet zij de raad helaas mededelen, dat er in de begroting een rekenfout is gemaakt en dat de bijdrage van de gemeente nog 13.000. - netto hoger zal komen te liggen. Zij neemt aan dat de raad hier niet van zal schrikken, want tenslotte zijn er in de raad wel eens meer rekenfouten aan het licht gekomen die dan aanmerkelijk meer kostten. Zij wil voorstellen, dat de raad vanavond toch de begroting goedkeurt en dat het college dan de volgende maand met een begrotings-wijziging komt. Wat de aanschaf van de computer betreft heeft de raad formeel gelijk. Dit had anders moeten gebeuren, maar door de slechte staat van de boekhoudmachines moest er daar wat gebeuren. De leiding had natuurlijk kunnen wachten tot het werkelijk niet meer ging en dan zouden er zeker maatregelen genomen zijn van hogerhand. Het algemeen bestuur heeft in de vergadering van 24 november 1975 het besluit genomen om een computer aan te schaffen hoewel het ministerie de voorkeur gaf aan aansluiting bij een centrale. Zij kan mededelen, dat zij niet op die vergadering aanwezig was. Dat doet dan aan de zaak verder niets af, want zij zou toch ook voor hebben gestemd. Zij moest op de VTB Belgen ontvangen, dus zij was die dag ook in dienst van het werk voorzienings schap. Het is maar dat de raad dat weet. Over de bijdrage van het ministerie is de strijd nog gaande en nog steeds is er geen de finitieve beslissing. De rijksconsulent zegt ja, maar een beleids-ambtenaar van het mi nisterie is het er nog niet mee eens. Bedoeld computer-centrum kan alleen nog maar de order-administratie verzorgen en gezien de omvang van de loon- en bedrijfsadmini stratie van het schap - men moet bedenken dat er 1.600 mensen werken - zou dit on-

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1976 | | pagina 47