A ÜM 22 De VOORZITTER vraagt of dit nu persé nodig is. Er zijn nog zoveel punten. Het gaat hier nog niet over besluiten. Er wordt pas een besluit genomen als het regle ment er is. Het is alleen een peiling van de meningen over het rapport. Daar hoeft niet formeel over gestemd te worden. De heer van der Stoel vroeg om van de commissies financi'én en economische zaken ook artikel 61 te maken. Hij wil vragen wie het daarmee eens is. Daaruit blijkt, dat een minderheid het daarmee eens is. Wat betreft het voorzitterschap van de commissies ex artikel 61, wil hij vragen of het voorzitterschap daarvan vrij moet zijn, of gebonden aan de portefeuille. Hij vraagt wie er voor vrijheid van het voorzitterschap is. Daaruit blijkt dat een minderheid dat wil. Het zal dus niet in het reglement worden opgenomen. Hij wil vragen of men het er mee eens is dat leden van het college altijd toegang hebben tot de commissies. Ook, als zij door de raad niet tot lid zouden zijn gekozen. Dat voorstel wordt aangenomen. Ook, of men het met het aantal leden eens is, met de voorgestelde aantallen leden dus. De heer DEKKERS zegt, dat een commissie naar de visie van zijn fractie uit 13 man zou bestaan, n. 1. de voorzitter en 6 - 6. Mevrouw VLUG zegt, dat hier dan toch nog wel een practisch puntje aan zit. Er zijn nu commissies die elkaar overlappen, waarin meerdere portefeuillehouders aan de orde komen. De VOORZITTER zegt dat in die gevallen B. W. een voorzitter aanwijzen. Het zal, als men het met het voorstel Dekkers eens is, zo zijn, dat een commissie be staat uit 6 raadsleden en 6 burgers, en B. W. voegen dan een voorzitter toe. De heer VAN HEUST zegt, dat dit een kwestie van samenvoeging is. Het kan straks best zo zijn, dat er onpractisch veel dingen zijn samengevoegd. Ook dit voorstel wordt zo overgenomen De VOORZITTER vraagt vervolgens het oordeel over de bijstandscommissie. De heer van Kaam stelt voor 2 - 4 en de commissie 3-3. Hij wil vragen wie het standpunt van de heer van Kaam deelt. Dat blijkt een minderheid te zijn dus het blijft 3-3. Het schriftelijk horen zal verder altijd moeten kunnen, terwijl ambtelijke adviseurs al tijd wel toegang zullen moeten kunnen hebben. Ook daar zijn geen problemen over. In het reglement staat nu iets over vaste ambte lijke adviseurs en dat zal er dus uit kunnen. Adviseurs zullen echter altijd wel geroepen kunnen worden. Dat zal mogelijk moeten blijven. Ook het horen van deskundigen zal moeten blijven kunnen en dat wat er verder staat, n. 1. dat, als er kosten aan verbonden zijn, er dan toestemming van de raad nodig is, is ook een vrij simpele zaak, dacht hij Wat vermeld staat bij het ingezetenschap van niet-raadsleden, onderstreept hij nog even, dat daarbij staat: bij wijze van uitzondering. Hij stelt voor om dat over te nemen. De heer VAN DEN BULCK is daartegen en wenst daarvan aantekening. Over de openbaarheid zegt de VOORZITTER, dat er 4 commissies zijn waarvoor een be slotenheid wordt geadviseerd. Dat daar dus wel raadsleden bij aanwezig kunnen zijn, be halve bij de commissie van bijstand. De heer VAN HEUST meent, dat als in de commissie onderwijs b. v. het studiefonds aan de orde is, dat toch ook besloten moet zijn. De VOORZITTER dacht dat dat wel onder de algemene regelen kon vallen, dat iedere commissie kan worden gesloten op voorstel van de voorzitter enzovoorts wanneer er persoonlijke belangen in het geding zijn. Over de inspraak publieke tribune staat hier een advies voor een praktijk, niet voor een statutaire regeling. Hij wil vragen of men het daarmee eens kan zijn, hetgeen blijkt. Sab ih

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1976 | | pagina 223