24
wijz.gem, wijz. begroting onder w e r d-
begr^lö??: tak v. dienst 1976;_ ____JÏ.L
143e 3e havendienst Verwarming sluishuisje.
144e 25e/26e gemeen- Aanbrengen top-en slijtlagen,
tewerken
145e le inrichting 2 mobiele lokalen in de wijk Meilust
(sectie Kleuteronderwijs).
146e Aanvullend krediet uitbreiding r. k. -g. 1. o. -school,
Guido Gezellelaan 20.
147e Aanvullend krediet herstelwerkzaamheden r. k. -b. o. -
school, Rijsselbergseweg 2.
148e Bescherming kapstokken van nutskleuterschool IJf-
straat 2.
149e Hypotheekverstrekking aan ambtenaren.
150e 4e sociale zaken Aanschaf kantoormeubilair en bouwkundige voorzienin
gen t. b. v. sociale zaken.
151e 27e gemeentewerken Restauratie Markiezenhof.
152e Subsidie t.b.v. de Noord-Brabantse jeugdkampioen
schappen voetbal.
De heer VAN DER STOEL wilde bij de punten 134 en 135 opmerken, dat zijn fractie bij de
algemene beschouwingen heeft opgemerkt dat het voor mensen die willen gaan restaureren
wat moeilijk wordt omdat de gemeente pas een subsidie uitbetaalt in het jaar nadat het
ministerie van CRM de subsidie heeft uitbetaald. De betreffende wethouder reageerde
hierop toen door te zeggen dat de vereniging van nederlandse gemeenten aan een verorde
ning aan het werk was, waardoor alles wat soepeler zou gaan lopen. Zijn fractie vindt
dat wel een nobele doelstelling, maar heeft wel het idee, dat dat allemaal nog al lang zal
gaan duren. Hij wil daarom weten, wat het college vindt van het voorstel om het fonds
stadsvernieuwing daarvoor te gebruiken, om mensen, die dan zo'n lening aanvragen,
om een huis te kunnen restaureren, die daarin tegemoet te komen door daarin dan wat
eerder uit te betalen.
De VOORZITTER kan zeggen, dat deze kwestie in het college aan de orde is geweest.
De mening van het college is op dit ogenblik zo, dat de gemeente niet gewoon voorschot
wil verlenen, zonder dat de voorlopige vaststelling klaar is.
Dat uit het fonds stadsvernieuwing voorschot zal worden verleend, zo gauw de voorlopige
vaststelling klaar is. En dan eventueel tot 80% van wat het gemeentelijk aan deel zou moe
ten zijn. Er is nu een geval onderhanden, waarbij de definitieve vaststelling door het rijk
lager uitkwam. Het is dan ook heel vervelend om aan de betrokkene te moeten vragen
een bedrag terug te storten.
Het lijkt het college daarom veiliger - en dat doet het rijk tegenwoordig - om zo gauw
de voorlopige vaststelling van het subsidiabele bedrag bekend is en daarvan wordt het
gemeentelijk aandeel dan 30% via de verfijiing - dat is wel bekend dacht hij -
om daar dan uit het fonds stadsherstel 80% voorschot te verlenen.
De heer VAN DER,STOEL kan zeggen, daar erg blij mee te zijn.
Zonder hoofdelijke stemming wordt het voorstel aangenomen.
Vervolgens stelt de VOORZITTER aan de orde de aanvullingsagenda nummer 1, en wel:
1. Voorgesteld wordt de volgende_stokken jooj keiimving_aan je_nemen:_
a7l3chryyênVanJHÏnptërJvanjiJuÜm^
C? 2 8 ak e Sj. J„'
b. Schrijven van StichUng_voorjDptouwwerk ^'I^e ^^erbus'^ te_Bergenj^ Zj5om_dd^_28
april 9 76 Jraafce~toez EI§£€ li'-:
Bij a kan de heer VAN DEN BULCK zeggen, dat reeds in de meivergadering van 1975
een brief aan de orde kwam van de BRTO. Toen lagen bij de cultuurcommissie nog al wat
bezwaren naar de BRTO toe. Er was geen inzicht in het doel, geen inzicht in de statuten,
geen inzicht in het huishoudelijk reglement, kortom had men nog al wat vraagtekens.