De VOORZITTER dacht hierover heel kort te kunnen zijn.
Het is natuurlijk zo dat het standpunt van het streekgewest en ook hier in Bergen op Zoom
r-iü aS ge^eest: dat er Sekozen is voor het kleine streekgewest binnen de huidige moge
lijkheden. Daar is geen verschil van mening over.
Dat is ook het antwoord aan de heer Mastenbroek. Binnen de huidige mogelijkheden kiest
men voor het kleine streekgewest.
De heer MASTENBROEK vindt het zo gek dat dat dan niet in die nota staat.
De VOORZITTER dacht toch wel dat dit er impliciet instond.
Het blijkt ook wel uit de hele doelstelling van het streekgewest als zodanig.
Hij wil er verder met over strijden. Het standpunt is echter heel duidelijk: Binnen de huidi
ge mogelijkheden moet je komen tot versterking van het lokaal bestuur en dan moet je niet
verder gaan als het kleine streekgewest, anders wordt dit iets waar niets van terecht komt.
r>fV,°egd1n van het Sewest dadelijk, of geen gewest maar mini-provincie, wel of niet
rechtstreeks gekozen gewestraad, dat zijn de dingen die uit moeten maken op een gegeven
moment, wat de optimale omvang van een streekgewest kan en moet worden
Daar kan op dit moment nog niet over gepraat worden.
Hij wenst verder mèt de heer Dekkers, dat nu vrij spotdig de gewest-wet tot stand zal komen
maar hij vreest met grote vreze dat dat nog wel even zal duren gezien de ontstellende ver
warring die op dit punt op het ogenblik in den lande heerst.
Als de minister een structuurschets uitgeeft met 45 gewesten en tussen neus en lippen door
dan zegt: ik hang daar met aan want het kunnen er ook 22 worden, dan is dat nog al wat
Zoo w m? Hf- m1s b!j 6en visafslag zo van 45 naar 44* maar of je 45 gewesten maakt
oi 22, is dat natuurlijk wel een strukturele wijziging en niet alleen maar een kwestie van
alleen maar een getalletje veranderen. Als het zo moet heeft hij daar niet zo veel ver
trouwen in, dat dit snel tot stand zal komen.
Iedereen roeptechter: Kom er nou eens mee. Die wens wil hij gaarne onderstrepen.
4' ujtgangspimt^ het college van burgemeester en wet-
houders_voor_de_periode 1974-1978.
De heer DEKKERS wil op de eerste plaats het college dankzeggen voor deze beleidsnota.
eze no.a zal op verschillende wijzen te behandelen zijn. Hij is met zijn fractie van mening
dat de nota een groot aantal punten, welke voor de gemeente hier van belang zijn, de aan-
dacht geeft. Mogelijk dient het punt - gezien de discussies van vanavond - openbare orde
daaraan nog te worden toegevoegd Zijn fractie is van mening dat het niet juist is vanavond
deze nota uitputtend te gaan bespreken. Hij ziet deze beleidsnota veel meer als de leiddraad
voor de raad en uiteraard ook voor het college om de z. g. voortgangs-controle uit te oefe
nen, derhalve geen stuk om op te bergen, maar om allereerst via commissies en later via
de raad verder uit te diepen.
Mevrouw STROECKEN komt nu terug op het stuk wat zij eigenlijk al Maar had, maar toen
kon dat niet in het openbaar worden besproken of mocht dat niet. Zij heeft in de vergade^insr
van de fractie-voorzitters hier geen commentaar op gegeven. Zij heeft in haar algemene
beschouwingen ook gezegd, dat zij dit alleen in het openbaar wenste te doen. Vandaar dat het
nu vandaag aan de orde komt. Zij heeft wel in die besloten vergadering gezegd dat zij wel
positie^ vindt dat er een beleidsstuk is gekomen. Het is een eerste stap. Zij wil echter toch
®^®n,ingaaa het stuk ze4f °P de eerste plaats wil zij wel kwijt dat dit niet het stuk is
wat de PPR zich voorstelde toen m het kader van de wethouderskeuze door haar werd aan
gedrongen op een stuk waarin iedere portefeuillehouder zijn of haar beleid voor de komende
4 jaar zou dienen uit te stippelen. Verder heeft zij vernomen dat zelfs niet elke wethouder
zlJf, kaar ®Ig®n stuk heeft gemaakt. Dat betreurt zij dan wel. Daarbij vindt zij, al zou elke
wethouder zijn haar eigen stuk gemaakt hebben, dat dan toch ook nog iets terug te vinden
zou moeten zijn van het gezamenlijke beleid. Zowel het ene als het andere heeft zij gemist.
Ten tweede vindt zij het stuk teveel opgesteld in algemene termen. Het staat vol cliché's.
Om enkele dingen aan te halen: men spreekt van: er dient; gedacht wordt; van belang is-
zijn naar haar mening algemene cliché's. Het stuk zou voor bijna elke oude middelgrote
provinciestad gelden en het zou door een willekeurig college kunnen zijn samengesteld.
Zij ziet het dus niet concreet als het college hier achter zittend.
Zij vindt het een beetje - zij weet het niet precies uit te drukken - een grijs stuk. Het be-
leids uitgangspunt en de beleidsvoornemens lopen door elkaar. Welke prioriteiten en waar-
m ™en deze gekozen heeft is haar ook niet erg duidelijk. Er wordt geen tijd vermeld waar
in het uitgewerkt moet zijn en bepaalde criteria ontbreken. Zij gaat het hier niet weer alle-
maal uitspitten want dan zou de vergadering te lang gaan duren.