20 Mevrouw VLUG wil het straks graag in de praktijk meemaken. Mevrouw ELSE MAN weet van nabij nu 2 gevallen waarmee men naar het ziekenhuis is ge gaan en waarbij men uitstekend is geholpen. Mevrouw VLUG zegt: nu nog wel, maar als men volgens dat rapport wat daar ligt tewerk gaat, dan moet zij het betwijfelen. Mevrouw ELSEMAN wil dat dan eerst maar eens afwachten en anders zal daarover gespro ken moeten worden. Zonder hoofdelijke stemming worden de ingekomen stukken verder voor kennisgeving' aangenomen. 3. Ter bejspreking^ Concept-structmmschejs voor de_be stuurl i;[ke indelingvan Nederland. De heer MASTENBROEK kan het eens zijn met de samenvatting aan het slot van de brief van het Streekgewest Westelijk Noord-Brabant aan de minister van bimienlandsche zaken. Zijn. fractie meent ook moeilijk een standpunt te kunnen bepalen wanneer men niet weet wat de inhoud van een gewest zal worden, wat de taak en de bevoegdheden van de gewesten zullen worden en wat er met de bestaande provincies gaat gebeuren. Het is voor hem daarom onmogelijk om nu te kiezen voor een definitieve oplossing voor een klein of een groot gewest. Hij snapt daarom niet dat dit in een nota zonder het geven van commentaar, zonder enige motivering wel wordt gedaan, terwijl dan ook nog gezegd wordt dat de keuze van een klein gewest zo vanzelfsprekend is. Je verwacht dan in zo'n nota, waarin duidelijk voor een klein gewest wordt gekozen, juist wel een duidelijk commentaar en een duidelijke motivatie. De nota laat ook de mogelijkheid voor een groot gewest niet open. Er zit tussen de nota en de brief volgens hem een duidelijke discrepantie. De brief laat volgens hem. terecht de mo gelijkheid voor een groot gewest open, de nota doet dit niet. De heer DEKKERS kan zeggen dat de CDA-fractie kan onderstrepen hetgeen in het schrijven van het Streekgewest Westelijk Noord-Brabant is vermeld. Zoals in dat schrijven duidelijk is gesteld, is, omdat niets bekend is omtrent de taken en bevoegdheden van het te vormen gewest, de CDA-fractie van mening, dat de huidige omvang van het streekgewest eventueel met duidelijke toetredings-mogelijkheden voor Tholen en Sint Philipsland en Reimerswaal gehandhaafd moet blijven. Hij vindt het verder niet zinvol om op dit moment, nu die belang rijke zaken nog niet bekend zijn, te gaan discussiëren of de grenzen anders moeten gaan liggen. Misschien is het in dit kader wel wenselijk om er op aan te dringen naast het weer geven van de mening dat het noodzakelijk is, dat vrij spoedig die gewest-wet eens een keer tot stand komt. Mevrouw VLUG kan zeggen in de streekgewest-vergadering al akkoord te zijn gegaan met het standpunt van het gewest, dus daar heeft zij verder geen moeite mee. Zij wil nog wel even officieel zeggen, dat er, als er inderdaad een aantal zaken duidelijker en concreter komen, men daar altijd nog op terug kan komen. Bij mensen die in de bestuur lijke sector bezig zijn wordt alom gezegd: wij willen beslist geen 4e bestuurslaag; het wordt ondoorzichtig; het wordt duurder. De andere keuze zal dan zijn: provincies nieuwe stijl, dus kleinere provincies, grotere gewesten. Als op een gegeven moment die zaken er concreet liggen, wil zij niet vastgepend zijn op: U heeft toen dat of dat gezegd als fractie. De fractie is akkoord zoals het er nu op dit moment uitziet en zoals de mogelijkheden er nu liggen. In de structuurschets zijn bepaalde punten onderstreept die zoals men veronderstelde be langrijk waren en zij heeft dan eventjes gelachen toen er een regel bij was die niet onder streept was en die toch naar haar mening even belangrijk was. Het doel van de structuurschets was, zoals werd aangegeven, om te komen tot de functionele versterking van het lokale bestuur. Dat was dan onderstreept. Het vervolg was echter: daarnaast is er als maatregel in funktionele zin decentralisatie van taken en bevoegdheden welke thans tot rijk en provincie behoren. Ook dit werd gezegd in de structuurschets en daar is niet over gesproken. Zij wil alleen maar zeggen, dat dat facet er ligt en binnen nu en enige tijd zal men daar wel meer over horen en wanneer dan over enige tijd gezegd moet worden dat een 4e bestuurslaag niet te betalen is en dat maakt het ondoorzichtig, dan zal men toch nog tot een andere conclusie moeten komen.

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1975 | | pagina 88