Zij hoopt als zij nog 20 jaar ouder is, datzelfde idealisme van nu nog te hebben en dat al die mensen die dat nil hebben dit nog houden. Zij betreurt toch wel een beetje de manier waarop dit overgekomen is. De VOORZITTER zegt dat iedereen blijkbaar hoort wat hij of zij graag wil horen. De heer GORRISSEN heeft het gevoel, dat de voorzitter duidelijk geantwoord heeft. Hij had gevraagd of er een politietekort was. De voorzitter zei daarop dat dit in 1971 zo was en in 1975 is het nog erger. Hij zei ook, dat er niet eens voldoende personeel te krij gen is. Daarmede is die zaak voor hem wel afgedaan en zijn daar geen oplossingen uit te destilleren. Verder zei de voorzitter dat er geen tekort in optreden aanwezig is, waaruit dus ook geen verbeterin gen te verwachten zijn. Dat heeft de VOORZITTER niet gezegd. Politieagenten zijn ook maar mensen, en het zal dus misschien best een keer kunnen gebeuren. Maar dan wil hij wel graag de constatering daarvan stante pede met naam en toenaam hebben inplaats van gewoon geroddel, een maand later, zonder dan een mogelijkheid te hebben het te onderzoeken. Dat is zijn bedoeling. De heer GORRISSEN zegt, dat de voorzitter dus een tek>rt in optreden niet uitsluit. Dat doet de VOORZITTER bij voorbaat bij niemand. Het komt altijd weken later, vaag en zonder to the point te komen, naar voren. De heer GORRISSEN zegt, dat de voorzitter toch wel zei niet te willen aannemen dat er een structureel tekort in optreden is ook niet b. v. doordat er nog al veel jonge agenten zijn, die misschien niet zo in dat vak getraind zijn of nog niet dat incasseringsvermogen hebbenDat werd dus wel uitgesloten. Hij is eigenlijk op zoek naar verbeteringsmogelijk heden en in feite werd er geantwoord, dat dat niet te verwachten is. Tenminste niet op korte termijn. De verbeteringen die de heer Mastenbroek en mevrouw Stroecken aangeven zijn op langere termijn. De moeilijkheid is wel dat men zal moeten handelen als de dokter. Als men daar komt en men heeft wat dan moet men wel la minute geholpen worden, ten minste op zo kort mogelijke termijn. Dan kan de dokter wel zeggen; je leeft niet goed en daar moet je dan wat aan gaan doen, maar dat is meestal iets op langere termijn. Je wilt bij de dokter wel op korte termijn geholpen worden, en dat willen hier ook zowel de middenstanders die hier hebben geschreven als andere burgers. Op dit gebied is er na tuurlijk meer onzichtbaar als zichtbaar. Dat heeft ook de heer Broos al gezegd, dat er een aantal mensen bang zijn om deze zaken zichtbaar te maken, bang als zij zijn voor re presailles en dat is inderdaad een factor die ook in de door de voorzitter geproduceerde cijfers nog niet naar voren komt. Ook niet naar voren kan komen, omdat ze doodgewoon een zekere angstfactor inhouden die de werkelijkheid verbergt. Hij is toch geporteerd voor het voorstel van de heer van Kemenade die zegt, dat de raad niet zomaar zijn verantwoordelijkheid kan afschuiven en zegt dat er op het ogenblikk geen apparatuur aanwezig is om dat te gaan verbeteren. Hij is ook van mening dat de raad zich dan maar moet gaan richten tot de hoogste instanties, de Tweede Kamer of de rege ring of wie dan ook. Dat het werkelijk een nood-kreet wordt, dat hier iets aan gedaan moet gaan worden, In hoofdzaak, zoals de voorzitter zei, met uitbreiding van personeel. Hij neemt aan dat, en zeker in deze tijd want je hoort ook wel op andere terreinen dat de situatie op de arbeidsmarkt toch wel een aantal mensen weer bereid zijn om in militaire en andere functies te treden die voorheen niet zo erg geliefd waren. Hij gelooft ook, dat men die richting uit moet want het wordt een echt onhoudbare toestand. De burgerij heeft er recht op dat zij wordt beschermd en hij heeft al eens meer verteld, dat hij niet hoopt dat het wordt zoals in een land waar het ook moeilijk werd met de politie maar waar de burgerij dan het recht had tot zelfverdediging wat betekende, dat iedereen zich in zijn eigen gebied recht kon doen laten gelden aan diegenen die onrecht deden of ge weld pleegden. Dat kon dan met geweld worden teruggespeeld. Hij heeft gelezen dat in nederland die toestand zich ook ontwikkelt want laatst is er ergens in het westen een over val gepleegd in een winkelstraat en die winkeliers hadden een alarminstallatie onderling met elkaar; er drukte er een op een knopje; het alarm ging loeien en dan springt de hele buurt er op af. Er was zelfs een slager bij met een kapmes en die heeft de overvaller toen gevloerd. Hij hoopt niet, dat het hier zover moet komen. De heer VAN KEMENADE zegt, dat men ook maar eens aan de taxichauffeurs moet denken. De heer M. FRANKEN wil nog vragen, of er uniforme richtlijnen zijn bij de politie die moeten worden gehanteerd, als er eventueel moeilijkheden zijn. Als er n. 1. 2 soorten richtlijnen zouden zijn, harde en zachte, dacht hij dat het voor de rust onder de politie

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1975 | | pagina 82