45 de heer Martens, psychiater Vrederust, de heer Schmidt, groeps-begeleider, de heer van Zandvoort, een maatschappelijk werker, mejuffrouw van der Zee, advocate en dokter Koster van Groos, een arts. Verder zoekt men dan nog druk naar iemand die verstand heeft van financiën en organi satie, waar zij nu nog geen naam van kan noemen omdat zij die nog niet weet. De oude bestuursleden zijn dan verder mevrouw van Ginneken en Herman Elseman. Zij dacht de heer Mastenbroek al erg tegemoetgekomen te zijn met dit artikel, wat dus helemaal veranderd is. Mevrouw Vlug had naarstig gestudeerd en zei dan: wie ben ik dat ik dan kan zeggen, als ik al die namen hoor en al die instellingen lees, dat dit moet blijven bestaan of niet. Daaruit kan men dan opmaken, dat zij vindt dat het dan toch maar moet blijven bestaan en daar is spreekster dan wel blij mee. Mevrouw Vlug had dan nog wel wat moeite met de documentatie en of niet met de RJJ en het OJC zou kunnen worden overlegd. Dat zou inderdaad besproken kunnen worden. Verder meent spreekster, dat in het voorstel al vermeld staat, dat de Sosjale Joenit natuurlijk rekening en verantwoording moet afleggen. De heer NIJPELS zegt, dat dit toch andere antwoorden zijn dan op de vragen die de heer van der Stoel daarnet stelde. Mevrouw ELSEMAN is nog niet zo ver. De heer van Kaam zei, dat de hulpverlening vroeger heel anders was. Dat heeft de voor zitter ook al diverse malen gezegd. Vroeger gingen de mensen naar de pastoor.of naar de dominee. Daar kon men ten alle tijde aankloppen. Dat is nu helemaal weggevallen. Er zijn nu maatschappelijke werkers, zegt de heer van Kaam. Die mensen hebben nu eenmaal ook bepaalde werktijden. Hij vroeg of het niet mogelijk zou zijn, dat die ook dag en nacht bereikbaar waren. Of dat niet eens te onderzoeken zou zijn. Zij dacht, dat dat inderdaad wel mogelijk is. Wie weet wat daar dan uit zou komen. De problemen die nu spelen, zijn natuurlijk wel van een heel andere aard dan vroeger. Men heeft nu dingen gekregen, waar men eigenlijk niet zo goed raad mee weet. Zij dacht dat de bestaande instituten niet zijn meegegroeid; zij weet ook niet hoe het komt, maar die zijn stil blij ven staan. In ieder geval is het zo dat, doordat zij op een gegeven moment en op een bepaalde ma nierhebben gefaald, nu de alternatieve hulpverlening onstaan is. Zij is het volkomen met de heer van Kaam eens, dat ook het gezin niet meer zo functio neert als vroeger. De Joenit gaat zich vooral toeleggen op de hulp aan jonge mensen maar als dit wordt ge daan, komt men vaak ook met de gezinnen in aanraking en daar komt dan vaak van alles achter aan De heer van Kaam had verder grote moeite met de presentatie. Daarover is ook door meer mensen gesproken. Men kan natuurlijk zeggen dat het niet erg leuk is, maar men zou ook kunnen zeggen, dat het erg nodig is. Het is meer iets ludieks. Het is naar haar mening echt niet zo, dat zij er hun - men weet wel wat - mee afvegen. Het zou natuurlijk voor hen veel gemakkelijker zijn geweest als zij even hadden opgege ven: zoveel mensen hebben wij geholpen en dit hebben we gedaan en dat hebben we gedaan. Dan was niemand daarover gevallen Zij zijn echter heel eerlijk geweest, volkomen eerlijk - dat heeft mevrouw Vlug ook nog eens gezegd bij de RJJ; zij zei: zo zijn ze dan ook nog weer - om zich voor te doen zoals zij zijn. Spreekster dacht, dat het daar in de huidige maatschappij nog al eens aan ontbreekt. De heer Dekkers kwam met een heleboel voorwaarden. Over de statuten die door de raad moeten worden goedgekeurd en over de bestuursleden die door het college moeten worden voorgesteld. Een globale taakomschrijving voor de aan te stellen beroepskracht. Die medewerker is er nog niet en zij dacht dat men samen met zo'n medewerker om de tafel moest gaan zitten om dan gezamenlijk tot een taakomschrijving te kunnen komen.

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1975 | | pagina 50