33 De VOORZITTER zegt, dat het het college uit hoofde van monumentenzorg natuurlijk geen moeite kost om de raad - maar dan wel in een betrekkelijk korte notitie - even de konsekwenties van ver-rollen uiteen te zetten. In dat geval wil het college best aan het verzoek van de 3 heren voldoen. Men kan best een prijs vragen van ver-rollen en dat soort dingen meer. Hier en daar heeft men hier ervaring mee. Hij zou er echter beslist niet een heel duur onderzoek aan willen gaan spenderen. Hij kan toezeggen, dat die notitie over de kosten en de konsekwenties van het ver-rollen nog aan de raad zal worden verstrekt. De heer NIJPELS zegt, dat één telefoontje naar Etten, waar in de jaren 60 ook een huis ver-rold is, voldoende zal zijn. Dat kostte toondertijd 47.000.—. Hij is eens bij die mensen wezen kijken en zij zitten nu nog met de ellende van toen. De heer VAN DER STOEL wil nog even ingaan op de dingen die zijn gezegd. Het voorstel van de 3 raadsleden houdt in, dat de mogelijkheden bekeken worden. De opmerking van de heer Westerhof van het klaverblad in de buurt, doet niet ter zake, want dit ligt veel verder weg. De Nobellaan is natuurlijk van wezenlijk belang Dat wil hij blijven onderstrepen. De andere mogelijkheid zal alleen bekeken moeten kunnen worden. Of het dan veel geld kost doet minder ter zake want er zijn zaken in de stad die voor 90% gesubsidieerd zijn. Daarom heeft hij al verwezen naar het monumen tenjaar en naar het eventueel overleg wat zou kunnen voortvloeien, uit het versturen van de brief die wordt voorgesteld en waar hij helemaal achter kan staan. Hij heeft in zijn opmerking ook niet gesproken over ver-rollen maar over verplaatsen. Daarmee wil men alle mogelijkheden open houden. De heer BLANKEN kan, als het college van plan is om dit te gaan onderzoeken, nog een tip geven. In Breda is destijds een politie-post ver-rold van de Boeimeer-singel naar de Mark-singel. Die post heeft toen wel 3 maanden op de Wilhelminabrug gestaan omdat de aannemer failliet ging. Uiteindelijk is de post toch te bestemder plaatse aangekomen compleet met urinoir, want dat moest vanwege een politieke beslissing. Die laatste is nu wel weg. Daar weten ze over de kosten van iets dergelijks beslist goed mee te praten. Mevrouw VIDELER is tegen ieder bedrag wat weer aan een onderzoek moet worden be steed. De heer VAN DER STOEL meent, dat zo'n onderzoek niet veel behoeft te kosten. Mevrouw VIDELER zegt, dat de vrijwilligers dat dan maar moeten doen. Diegenen, die het zo graag willen behouden. De heer VAN DER STOEL dacht dat gewoon aan een aannemer gevraagd kon worden of die dat eens wil bekijken. Het lijkt hem dan stug, dat dat enorme kapitalen zou gaan kosten. De heer VAN HEIJST dacht, dat bij een eventuele volgende opdracht dat dan wel zal worden bijgerekend. De heer WESTERHOF is van mening, dat, als er een onderzoek wordt ingesteld, er toch een redelijke kans op resultaat moet zi ja. De zaak op zich zou al een aanzienlijk bedrag vergen om het ter plaatse te restaureren. Verder weet men niet waar men er mee heen moet als het verplaatst moet worden. Ook is naar zijn mening de historische waarde weg als men het een paar honderd meter gaat verplaatsen. Hij ziet het dan ook gewoon niet zitten. Iedere tijd voor ieder onderzoek en iedere cent daaraan besteed is te veel, meent hij. De heer VAN HEUST wil vragen, of het niet naar een of ander openlucht-museum verkocht zou kunnen worden. De VOORZITTER heeft gezegd de moeite te willen doen om het te onderzoeken en hij heeft daarmee bedoeld, een zeer eenvoudig informeren van de directeur van gemeentewerken bij mensen die hiermede ervaring hebben. Moeilijkheden met de grond kan op de secre tarie zo worden nagegaan. Hij heeft gesproken over een eenvoudige notitie aan de raad. In die zin wil het college aan dat verzoek tegemoetkomen.

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1975 | | pagina 38