20 Bij artikel 14 lid 1 echter wordt met de verhogingen gestopt. En dan zit hij weer op de fiets. Hij heeft 4 jaar auto gereden. Hij is van de weg afgedrukt en nu moet hij de fiets weer gaan gebruiken. De heer NIJPELS zegt, dat de heer van Kaam nu ook geen 3. 000. - per jaar vergoeding meer krijgt. De heer VAN HEIJST dacht, dat de heer Nijpels de begroting eens wat beter moest lezen. Wat hij nu n. 1. vertelt is gewoon onzin. De heer NIJPELS zegt dat dit niet waar is. Dan moet de wethouder maar eens zeggen wat het dan wel is. De heer VAN HEIJST kan zeggen, dat dit 1. 500. - is. De heer VAN KAAM heeft ook nog even de ASV van een paar jaar geleden ingezien en toen was die rijwieltoelage ook 8. Alles is verhoogd geworden maar deze rijwieltoelage is steeds hetzelfde gebleven. Nu wil men heel graag verwijzen naar een andere bedrijfstak bij dit soort zaken en als hij dan de op dit ogenblik geldende CAO voor de woningbouwverenigingen inziet dan staat daar een rijwielvergoeding in van 17. 50. De VOORZITTER dacht, dat die dan wel duurdere fietsen zouden hebben. De heer VAN KAAM zegt nee. Want die rijden dan op één fiets, terwijl de gemeentemensen op 2 fietsen moeten rijden en dan hebben zij nog maar 17. De ene groep krijgt n.l 8. - en de andere groep 9. -. Het gaat er dan niet om welke fietsen of het zijnmaar het gaat er bij hem wel om of er voor /zijn. deze lieden ook kostenverhogende factoren/ Dan moet daar toch met "jai! op geantwoord wor den meent hij. Als er dan in het G. O. weer wel aan de orde is geweest een kwestie van auto vergoedingen, dat men die wil herzien, dan vraagt hij zich toch af, waarom dan ook die fiets- vergoeding niet eens herzien kan worden. Hij zou hiervan een voorstel aan de raad willen maken, en wel van één regeling, dus niet meer een van 8. - en een van 9. -, en dan zonder meer een vergoeding van 12. 50. Hetzelfde geldt ook bij artikel 18. Als hij de lonen van de werklieden neemt dan komen die van groep III van 1. 366. - op 1. 556. -, hetgeen dan een stijging is van 190. - ofwel 14%. Die vergoeding echter van 55. -, die men 3 jaar geleden ook al had, heeft men nu nog, hetgeen dan zou betekenen, dat men op dit punt een loonsverlaging zou krijgen. Men krijgt n. 1. een vergoeding van maximaal 55. -. Als dan het loon verhoogd wordt, en de vergoeding wordt niet verhoogd, betekent dat dat men in een veel kortere tijd dat maxi mum van die 55. - heeft gehaald en dat men dan de rest maar voor niets moet gaan doen. Hierbij zou hij dan ook het voorstel willen doen, om dat bedrag van 55. - ook met die 14% te gaan verhogen en te brengen op 62. 50. De heer HOPMANS kan het betoog van de heer van Kaam volledig onderschrijven. Deze wees o.m. op die auto-vergoeding die regelmatig is verhoogd. Hij hoopt dan maar dat ook binnen het college het redelijke voor een verhoging van die rijwieltoelage enzovoorts wordt gezien. De VOORZITTER kan over de diplomatoelage kort en goed mededelen, dat die wordt gegeven wanneer men een diploma heeft dat strikt genomen niet voor de functie wordt vereist. Dat is de zin van een diplomatoelage. Wanneer men een normale opleiding heeft die normaal voor de functie vereist wordt, krijgt men geen diplomatoelage. Anders zou men op een gegeven moment ook een diplomatoelage lagere school gaan geven. Als een technisch ambtenaar dus LTS heeft is dat naar de mening van het college de normale opleiding. Heeft hij daarentegen een hogere technische opleiding, dan krijgt hij wel een di plomatoelage. Zo gaat het ook bij gemeentepersoneel, bij het administratieve personeel dus. Dat is dan geen onderwaardering van de LTS maar het gaat er over wat de standaardopleiding is voor een bepaalde functie en in hoeverre gaat men daar boven uit. Dat is dus het principe. Verder wilde de voorzitter dan maar even gaan fietsen. Deze hele zaak is in het georganiseerd overleg geweest, zoals de raad wel weet. Zoals deze aanpassingen nu worden voorgesteld, is dat in het G.O. unaniem aanvaard. Er is dus een unaniem advies van het G.O. Over de fietstoelage is wel even gesproken en door het G.O. is toen aan B. W. geadviseerd om aan alle ellende over fietstoelagen een einde te maken en om de rijksregeling te gaan volgen. Even goed als dat wordt gedaan bij het reistijden- en verblijfs en verplaatskosten- besluit enzovoorts. Hier is dus de rijksregeling opgenomen en daar wil het college zich dan verder aan conformeren. Dat was ook de unanieme mening van het G.O. Als dat dan niet zo zou zijn is er een vergissing met de bedragen gemaakt, maar het is wel de intentie om de rijksregeling toe te passen, voor fietsen en bromfietsen.

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1975 | | pagina 219