31 De VOORZITTER meent, dat dit heel iets anders was. Toevallig wel, zegt de heer BROOS.. Het is wel moeilijk, en hij vindt dat helemaal niet erg, en mevrouw Stroecken heeft het ook al gezegd, maar het college heeft natuurlijk veel meer mogelijkheden en veel meer uitleg-mogelijkheden als een raadslid. Dat doet echter niets af aan het feit dat het punt er nu eenmaal ligt zoals hij het heeft gesteld. Hij wil alleen maar zeggen dat in de commissie grondzaken dit vaak genoeg aan de orde is geweest. Daar blijft hij bij. Men kan nu eenmakl niet alles in een commissievergadering notuleren en dat hoeft voor hem ook niet. Een klein beetje realiteit en sportiviteit mag hij in deze toch ook van het college wel verwachten, dacht hij. Er is verder ook gezegd, dat alles op schattingen berust. Dat is hem ook wel duidelijk. Als men dan echter eens een keer verkeerd schat, moet dat ook ingecal culeerd worden. Men kan echter toch niet altijd door blijven gaan en zeggen: Doe maar water bij de wijn. Er zijn in de raad al zoveel andere dingen geweest, en niet alleen van de heer van Heijst. De raad mag naar zijn mening het college gerust eens een keertje tot de orde roepen omdat er maatregelen genomen dienen te worden. Als het college het niet doet, waar blijft men dan. Dat vindt hij gewoon nodig. Van de transportakten wil hij zeggen, dat er met Wilma in feite nog geen akte is en ook niet met Soomland. Hij weet niet hoe het verder juridisch zit, maar zou;dat niet doorgaan, dan wordt dat naar zijn idee toch een vrij netelige zaak. Hij wil ook nog wel even een aantekening plaatsen bij hetgeen wethouder van Heijst zei over de particuliere bedrijven. Hij zei o. m. dat er bij Verolme foutieve calculaties waren gemaakt inzake de mammouthtankers Daar moet spreker een vrij groot vraagteken bijzetten, want hij dacht n. 1. dat niet die calcu laties foutief zijn geweest, maar dat er gewoon door de internationale tendens van de japanse scheepswerven toen Verolme daarin ook gemanouvreerd geworden is. Als de heer Verolme dan even bij de regering te biecht gaat en zegt: Ik wil 70 miljoen of jullie krijgen 14. 000 mensen, dan sta je als particulier natuurlijk wel sterk. Die verhouding, die door de wethouder werd getrokken, vindt spreker dan ook niet helemaal juist. Daar wil hij het dan voorlopig maar bij laten. De heer M. FRANKEN wil graag nog een paar aanvullende vragen stellen. Acht het college het geen omissie dat, toen werd besloten om van een dubbel rioolstelsel over te gaan naar een enkel, dit in de commissie gemeentewerken in ieder geval aan de orde te stellen. Verder is er door een adviesbureau een dubbel stelsel aangeraden. De dienst gemeentewerken heeft op eigen gezag besloten er een enkel stelsel van te maken. Acht het college de deskundigheid van deze dienst groter dan die van het adviesbureau. Tot slot wil hij vragen of het college het niet belangrijk acht om voortaan bij dergelijke be langrijke beslissingen vooraf te controleren, of een bepaalde bebouwing in een bepaald gebied, gezien de grondstructuur, mogelijk is. De heer PAREL wil zeggen: Ach, waren alle mensen wijs, dan was het op aarde een paradijs. Dat heeft hij al wel meer gehoord. Hij meent dat het vanavond ook hier wel van toepassing is. Omdat hij iedere dag in het plan Lange Weg werkt wil hij toch het college nog wel even waar schuwen voor de buitengewoon slechte grondslag. De sonderingen hebben uitgewezen, dat er hele slechte stukken bij zijn tot op 5 meter diepte en dan komt pas de harde grond. Wat de woonstraten betreft, en dan de Markgravenlaan,ligt er al een groot gedeelte van de riolering in. Hij wil er op wijzen, dat ook al ligt er rasterwerk onder een riolering, wanneer er zwaar verkeer over heen gaat,het wegdek toch blijft zakken. Daar zullen steeds kosten aan blijven komen. De heer NLIPELS wilde eerst niets meer zeggen, maar nu toch weer wel. Hij vindt dit spel wel zo vies en zo gemeen, wat er nu gespeeld wordt. De P. v. d. A, de VVD en de CDA hebben elkaar blijkbaar weer gevonden en de kleine partijtjes worden weer weggedrukt. Zonder meer. Dat heeft hij al wel gemerkt. De heer HOPMANS wil nog zeggen dat nu de schadeclaim van de bouwonderneming, gezien het antwoord van het college, een vraagteken blijftwil hij vragen of dit eventueel consequen ties heeft voor hogere huren ten aanzien van dit aanvullend crediet. Gezien de sociale woningbouw. De heer HaRTEL zegt dat de heer Dekkers heeft gevraagd of de wegen boven het riool wel stand zullen houden. In een eerder stadium is al gezegd dat er grondverbetering heeft plaats gevonden om het riool in te leggen eM dan spreekt het vanzelf dat ook daar waar de wegen komen, grondverbetering plaats vindt.

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1975 | | pagina 176