i
"Mi
19
Bij de opstelling van het thans te verstrekken krediet is uitgegaan van een bepaalde voorzie
ning voor de aanleg van de riolering, n. 1. ondergrond van houtwerk. Is dit naar de mening
van het college de meest juiste aanpak ook met het oog op de toekomst, vraagt hij.
Verdient een andere, ongetwijfeld duurdere oplossing misschien voorkeur?
Kan het college de raad de toezegging doen, dat dit krediet toereikend is.
Als deze vraag niet bevestigend te beantwoorden is, zijn er dan mogelijkheden om de raad
hierover op korte termijn nader te informeren. Welke kosten zijn naar de mening van het
college hiervoor dan beslist noodzakelijk.
Wat staat de raad thans te doen.
Het voorstel zegt hierover: het verstrekken van een krediet van 950. 000. financiering
via verlaging storting in fonds grote werken, opneming van c irca 500. 000. - uit de winst
reserve van het grondbedrijf. Hij meent dit gedeelte van het voorstel eerst na de beant
woording van de door hem gestelde vragen te kunnen beantwoorden.
Hij wil hierover echter al wel de volgende opmerking plaatsen. Naar zijn mening is in de
achterliggende periode gestreefd naar de opbouw van een reserve ter financiering van de aan
pak van de z. g. onrendabele gebieden. Kail het college hem nader informeren over de aan
wezige reserves. Heeft de voorgestelde wijze van financiering gevolgen voor deze z. g. on
rendabele gebieden.
Ten derde wil hij vragen, waar de fout ligt en wat de oorzaak is en wie verantwoordelijk is.
Dit beschouwt zijn fractie duidelijk ook als het belangrijkst. De eerste 2 door hem genoemde
punten zou men kunnen zien als medicijnen om de zieke beter te maken. Thans moet men aan
de oorzaak zien te komen van de ziekte en haar verdere behandeling. Bij een ziektebestrijding
behoort, zeker in nederland, het nemen van een aantal preventieve maatregelen.
Om terug te keren bij het voorstel, komt hij dan tot de eerste aanzet van dit plan.
Het college heeft de raad destijds een voorstel gedaan tot verstrekking van een krediet in
verband met het bouwrijp maken. In verschillende commissies is toen gevraagd of voldoende
rekening was gehouden met de grond-structuur in dit gebied. Die vragen zijn toeftbeantwoord
met: De gebruikelijkeónderzoeken hebben plaats gehad en daarop is deze kredietaanvrage ge
baseerd. De raad heeft toen zijn instemming betuigd, doch staat vandaag voor de beslissing
er circa 1 miljoen aan toe te voegen. Daarnaast is het, gezien de onzekere factoren niet
uitgesloten, dat er nog wel een aanvrage op zal volgen. Als hij dit dan alles zo eens beziet,
kan hij niets anders doen dan namens zijn fractie constateren, dat er ten aanzien van het
college en met name ten aanzien van de wethouder van openbare werken sprake is van een
ernstige tekortkoming.
De heer NIJP ELS wil hier tegenop komen. Het college in zijn geheel is verantwoordelijk.
De heer DEKKERS wil vragen, of deze tekortkoming, waar hij daarjuist over sprak, gevolgen
moet hebben. Zijn fractie is vooralsnog van mening dat deze vraag ontkennend moet worden
beantwoord. Hij wil duidelijk aangeven, hoe de fractie tot dit standpunt is gekomen.
Alle voorstellen welke de raad bereiken worden door deskundigen voorbereid. Dit is ook met
voorstellen in verband met bouwrijp maken het geval. Als dit wordt onderkend, moet worden
vastgesteld, dat de door hem geconstateerde tekortkoming van het college tevens inhoudt
vaststelling van een ernstig tekort schieten van deze deskundige adviseurs.
Hij verzoekt het college dan ook de betrokken adviseurs van een en ander in kennis te stellen
en maatregelen te treffen om herhaling te voorkomen.
Hij heeft tot slot nog enkele vragen. Was het het college reeds in het beginstadium bekend
dat er een vergelijking werd gemaakt met andere plaimen en met name de Lage Meren.
Zo ja, waarom is dit toen zonder meer geaccepteerd. Zo neen, wat is dan de reden dat
zulks eerst thans wordt aangegeven, nu er sprake is van een tegenvaller.
Is het college met hem van mening, dat het grondonderzoek in de bffltanmingsplannen nauw
keuriger dient te geschieden. Welke methode wordt thans toegepast en welke methode staat
het college in de toekomst voor ogen. Mag hij in dit verband vernemen, of de geruchten juist
zijn, dat ook in Meilust moeilijkheden dreigen te ontstaan. Verwacht het college in verband
met de thans ontstane situatie schade-claims van b. v. de bouwondernemers en/of de opdracht
gevers. Hoe kan dit tegemoetgetreden worden.
Bij de berekening van het krediet wordt als kostenverminderende factor aangevoerd de wijzi-
ging van het rioolstelsel, van dubbel naar enkel. Is dit wel verantwoord. En dit laatste dan
vooral gezien tegen de achtergrond van een goed leef-milieu. Door deze wijziging ontstaat
z. i. de mogelijkheid van overloop met alle nadelige gevolgen van dien.
Hij is er zich van bewust, dat hij namens zijn fractie heel wat nadere informatie heeft ge
vraagd. Hij is echter van mening, dat zulks dringend noodzakelijk is om tot een verantwoord
besluit te kunnen komen. Hij meent verder, dat dit nu ook geen kwestie was die alleen via
