7 De VOORZITTER wil het volgende opmerken. Eenzelfde debat als nu is al eens uitvoerig in de raad geweest. Toen is inderdaad impliciet door de raad de gedragslijn van het college wat betreft de verrekening gevolgd. Er zijn toen wel stemmen tegen op gegaan, maar er is geen afkeuring over uitgesproken. Er werd gesteld of het nu wel of niet mocht. Van de zijde van het college werd betoogd dat het wel mocht en daar is toen verder niets op beslist. De heer WESTERHOF wil hierbij toch wel even opmerken dat er een motie, naar hij meent van de heer Dekkers, verworpen werd maar die was 2-ledig. Dat ging om afkeuring van de verrekenings-regeling en een goedkeuring van het beleid van de woningbouwvereniging in deze. Toen heeft een deel van de raad niet met de motie ingestemd, dus tegengestemd, omdat men dat beleid van de woningbouwvereniging op dat moment niet voldoende kon beoordelen. Als dat 2e stuk er afgelaten was, was de motie wel aangenomen geworden. De VOORZITTER zegt dat het er om gaat of B. W.dat krachtens delegatie deze woningen verkoopt met toepassing van deze verrekening, daarmee buiten het boekje is gegaan. Hij meent dat dit persé niet waar is en bovendien is een besluit, krachtens delegatie geno men, in deze al opgestuurd enzovoorts. Hierop valt dan ook moeilijk terug te komen. Hij wil voorstellen om de discussie op dit punt op dit moment te staken. Het is een mede- deling van B. W. krachtens delegatiebesluit en dus een vast besluit. Verder kan dan worden teruggekomen op de toezegging van de wethouder, om dit hele punt in de commissie woning bedrijf nog eens helemaal door te spitten. Dat lijkt hem de meest reële zaak. Als een besluit van B. W. zou moeten worden ingetrokken, zou de hele delegatie moeten worden ingetrokken. De heer VAN KAAM wil de delegatie die aan B. W. is gegeven, niet aantasten. Dat soort woningen mag gerust door de gemeente worden verkocht. Het gaat hem alleen maar om die verrekening. Hij vindt het wel een gevaarlijke zaak om nu dit te gaan doen want het gaat hier om een bedrag van 80. - per maand, te rekenen vanaf 1 januari 1975. Als de wethouder dan zegt dat dat niet veel is moet hij opmerken dat, voor de akte gepasseerd is er nog wel een half jaar overheen zal gaan en dan is het voor die man in ieder geval nog een behoorlijk be drag. Bovendien, als een woning in oktober wordt verkocht worden die bedragen alleen nog maar veel groter. Hij vraagt een uitspraak van de raad over: verkopen zonder verrekening. De heer VAN HEIJST moet opmerken, dat dit besluit niet kan worden ingetrokken. Het is een rechtsgeldig genomen besluit van B. W. De heer NUPELS wil dan de heer van Kaam vragen om maar een voorstel te doen om dat dele gatiebesluit in te trekken. Dan kan de raad doen wat hij wil. De VOORZITTER wil voorstellen, om deze zaak verder voor kennisgeving aan te nemen en de wethouder aan zijn woord te houden dat er in de eerstvolgende commissievergadering hierover nog eens uitvoerig kan worden gesproken. De heer GORRISSEN wil nog vragen, of deze koop dan wel doorgaat. De VOORZITTER zegt, dat dat in feite al is gebeurd krachtens een besluit van B. W. ge nomen ingevolge delegatie. De heer GORRISSEN dacht, dat dit besluit toch wel kon worden teruggenomen, gezien de kri tieken in de raad. De VOORZITTER zegt dat het besluit al opgestuurd is. De heer VAN KAAM moet dan constateren, dat de raad vanavond weer eens voorzit. Bij n. moet mevrouw STROECKEN zeggen dat al hetgeen het college heeft gedaan door haar wel wordt begrepen, maar het antwoord van het college vindt zij toch niet helemaal correct in die zin, dat op een bepaald moment toch van een bepaalde regeling kan worden afgeweken als er goede motieven daarvoor zijn. Er blijft wel vaststaan, dat op 1 5 maart die adverten tie is geplaatst en dat pas op 4 april de stukken ter inzage zijn gelegd. Tenzij zij het dan verkeerd ziet, is er hier toch een andere dan normale procedure gehanteerd. Dan vindt zij het niet zo vanzelfsprekend dat, als een burger, die daartoe het recht heeft om daar attent op te zijn, en die vindt dat er in zijn ogen iets fout gelopen is, een antwoord krijgt in de vorm van een lange brief met omschrijvingen en zo en dan zodanig dat de man toch zou geloven dat er niets is fout gelopen. Dan had zij toch liever een brief gezien waarin werd gezegd dat men was afgeweken maar om die en om die reden.

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1975 | | pagina 152