I i 6 Hij zou dit graag via een motie duidelijk kenbaar willen maken. De inhoud van die motie wil hij even voorlezen: De raad van Bergen op Zoom, in vergadering bijeen op 31 januari 1975, kennis genomen hebbende van een discussienota van het college van B. W. met betrekking tot de ge volgen voor Bergen op Zoom. en omgeving van afsluiting en compartimentering van de Oosterschelde, verzoekt het college van B. W. aan alle daarbij betrokken instanties duidelijk te doen blijken, dat de raad van Bergen op Zoom van mening is dat Bergen op Zoom bij het werk van de compartimenterings-commissie betrokken dient te worden, en gaat over tot. de orde van de dag. De VOORZITTER vraagt of deze motie voldoende steun heeft. De heer DEKKERS kan zeggen, dat de motie door 4 personen ondertekend is. De heer NIJPELS wil graag weten wie die 4 personen dan wel zijn. De VOORZITTER kan zeggen, dat dat op de eerste plaats de aftredende fractievoorzitter is, de heer Gorrissen en verder de heren P. Franken, P. Hopmans en P. Dekkers. De heer MASTENBROEK zegt, dat in zijn algemene beschouwingen, hij er al voor had gepleit, dat de gemeente Bergen op Zoom meer dan tot nu toe standpunten moet innemen met betrekking tot belangrijke zaken, zoals Oosterschelde, Reimerswaalplan, tweede nationale luchthaven enzovoorts. Hij is daarom blij, dat het college nu komt met een discussienota over de compartimentering van de Oosterschelde. Alhoewel hij altijd het standpunt innam en nog inneemt, een open Oosterschelde, en het regeringsvoorstel met blokkendam hem niet ver genoeg gaat, zal hij nu toch, met dit regeringsvoorstel als uitgangspunt deze zaken moeten gaan bezien. De nota heeft gelijk wanneer gesteld wordt dat bij de discussie over de Oosterschelde zeer veel aandacht is besteed aan milieu-aspecten, maar dat nauwelijks gesproken is over het milieu tussen het Schelde-Rijnkanaal en de Brabantse Wal. Inderdaad zal, wanneer de oesterdam langs het schelde-rijnkanaal wordt gelegd, het zoet-wa te r-oppe rvlak zeer klein zijn en zal de kwaliteit van het water daar zeer slecht zijn. Dat is een belangrijk argument om de oesterdam te kiezen ter hoogte van het te graven kanaal bij Waarde, alhoewel de provincie Zeeland dit niet met juichkreten zal ontvangen. Een ander alternatief echter is de Wem eldingedam, waardoor de oestercultuur bij Ierseke zal vervallen. Uit 2 kwaden zal daarom ook de minst kwade oplossing moeten worden gekozen en dat lijkt hem dan te zijn de oesterdam ter hoogte van het te graven kanaal bij Waarde. Met de conclusie van de nota kan hij het dan ook eens zijn, waarbij echter door hem over het Reimerswaalplan waarvoor dan ruimte wordt gelaten nog niet het laatste woord is gezegd. Mevrouw STROECKEN kan om te beginnen zeggen, geen moeite te hebben met de motie van het CDA, die zij dan ook zal ondersteunen. Zij vindt ook, dat die inspraak van de gemeente er zeker moet zijn. In die zin is zij het er dan ook helemaal mee eens dat B. W. als dagelijks bestuur wel op die inspraak hefo- er\^e.reaSeei"d. verc^ere punt, dat men ook al een standpunt heeft ingenomen, daar mede is zij niet zo erg gelukkig. Zij vindt, dat de raad hierover zelf al had kunnen mee praten Kenbaar maken dat men mee wil praten hoeft niet tegelijkertijd in te houden dat men al een standpunt heeft ingenomen, meent zij. De VOORZITTER zegt, dat dit ter discussie staat. Mevrouw STROECKEN dacht dat het toch al wat verder is gegaan. Buiten de nota is er toch ook a. een brief geschreven waarin bepaalde standpunten staan vermeld. De VOORZITTER zegt, dat in de brief alleen gesproken wordt over de wenselijkheid tot meepraten. Wat daarbij dan gezegd gaat worden, staat in deze discussienota, die nu ter beoordeling van de raad is. Mevrouw STROECKEN kan zeggen, dit een zinnige nota te vinden, alleen de conclusie vindt zij wat eenzijdig. In de nota wordt heel veel gezegd, maar in de conclusie gaat het dan alleen nog maar over economische zakenover industrialisatie en eventueel het aan- leggen van een klein Reimerswaalplan. Zij kan gelijk wel zeggen, hier aansluiting te hebben met de PvdA, doordat zij hierover, ook al is het dan een verkleind Reimerswaal plan, toch nog wel graag verder zou willen meepraten. I

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1975 | | pagina 11