5 Nu gebleken is dat het Kerkbestuur nog steeds eigenaar is, meent hij dat de gemeente zeer beslist, en niet op een te lange termijn, zal moeten gaan onderhandelen met dat Kerkbestuur waar de gemeente destijds die grond aan heeft verkocht onder bepaalde voorwaarden, met ook nog andere zaken daarbij betrokken. Deze hoeft hij dan hier niet direct te noemen. Iedereen weet wel waar hij het dan over heeft. Deze zaken zullen straks allemaal weer gaan meespelen bij de nieuwe onderhandelingen met het Kerkbestuur en dat is voor hem dan een gunstig gegeven. De heer NIJPE LS wil vragen, of de heer Leijs dan zeker weet, dat de Kerk nog eigenaar is. De heer L E IJS kan toch niet gaan twijfelen aan een mededeling die vanuit het college hier nu wordt gedaan. Als het niet zo zou zijn, zal dat straks wel blijken. De VOOR ZIT T E R dacht dat de wethouder toch heel duidelijk heeft gezegd dat, wat er allemaal precies is afgesproken, niet aan het college bekend is, maar bij het kadaster is de Kerk nog eigenaar. De kadastrale eigenaar moet worden aangeschreven. De heer NIJ P E L S zou dan t och wel graag eens een juridisch advies hebben van de se cretaris Als men bij het kadaster eigenaar is en in werkelijkheid niet. Dat heeft hij nog nooit meegemaakt. De VOOR Z ITT E R zegt, dat de secretaris hem dat daarjuist heeft ingefluisterd dus wat dat betreft, zit het wel goed. De kadastrale eigenaar zal steeds moeten worden aan geschreven. Het college heeft gedacht, dat die kerk allang was verkocht maar dat blijkt niet zo te zijn. De heer LE IJS is er toch wel min of meer verheugd over en meent, dat de weg die nu bewandeld kan gaan worden mogelijk tot meer resultaat zal kunnen leidenHij wil hier ook uitspreken, dat hij dat van harte hoopt. Hij geeft toe dat het daar een onmogelijke toestand is en daaraan zal zo spoedig mogelijk een einde moeten komen. De heer BROOS vindt het jammer, dat de publieke tribune niet van de gehele voorge schiedenis op de hoogte is want anders zou er flink wat afgelachen kunnen worden, meent hij. Nu wordt wel als een blad van een boom de zaak omgedraaid. De grote partijen hebben destijds ook het college niet gesteund. Hij zit alleen, maar dat doet hem verder helemaal niets. Daar kan hij ook wel tegen. Nu de heer Helsloot opmerkt, dat bepaalde brieven inhoudelijk een bepaalde chantage bevatten wil hij daarop antwoorden, niet deze mening te hebben. Destijds heeft spreker contact gehad met beide partijen en hij vraagt zich nog steeds af, hoe een van die par tijen heeft kunnen zeggen Het is wel verkocht, maar er is duidelijk bij gezegd enzovoorts, dat er daar nooit geen supermarkt gebouwd mag worden. Op die gronden heeft men des tijds een bepaalde principe-houding aangenomen hier. Nu blijkt dat niet helemaal waar te zijn en hij moet zich dan afvragen wat deze heren, die destijds zo stabiel waren en zo standvastig, daar nu voor mening over hebben. Hij vindt het een bijzonder prettige ont wikkeling dat nu blijkt, dat al die heren behoorlijk naast de plank hebben geslagen. De heer DEKKERS vond het dé verrassing van de avond toen de wethouder zei dat er nu plotseling iemand anders eigenaar schijnt te zijn. Hij is alleen maar verbaasd dat de raad al een aantal malen over deze zaak heeft gesproken in de veronderstelling dat alles van eigenaar was gewisseld. Hij vraagt zich af hoe dit tot stand is kunnen komen. Misschien moet men nu zichzelf op de borst gaan slaan en vaststellen, dat men dit dan zelf maar had moeten onderzoeken. Hij zou hier graag nog iets meer van weten. Hij hoopt dan verder, dat er nu spoedig nieuwe onderhandelingen zullen worden aange knoopt om aan deze onverkwikkelijke zaak een eind te maken. De heer NIJPE LS wil alleen maar een concreet antwoord hebben op de vraag, wie er nu eigenaar van die kerk is. Daar wil hij een positief antwoord hebben. Of negatief. Een van de twee. De heer HE LSLOOT is misschien wat meer argwanend maar wel wat minder verrast dan een aantal vorige sprekers. Wat namelijk nu vanachter de tafel te berde wordt ge bracht komt bij hem over als een geweldige truc. Maar dan wel een goede. Het moet duidelijk zijn dat het college door de, naar zijn mening terecht, starre houding van de raad en door het volharden van de advocaten van de koper, in een onmogelijke positie is gemanouvreerd. Hoe moet men het de Bergenaren verkopen dat er daar een kerk wordt geruïneerd zonder dat er enige bestemming aan wordt gegeven.

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1974 | | pagina 76