18 De heer GORRISSEN zegt, dat in het g. o. nog aan de orde is geweest, dat men het schade vrij rijden voor de een wilde blokkeren en voor de ander wilde blijven uitkeren. Dat geeft wel een verschil. De een krijgt het wel en de ander niet. Hij zou willen voor stellen - en dan in afwijking van wat misschien in verschillende regelingen is opgenomen - dat men dat schadevrij rijden blijft uitbetalen. De heer VAN KAAM zegt dat het even iets anders is als de heer Gorrissen het voorstelt. Er is in het g. o. wel over gesproken en het voorstel van het college is in deze geweest om de bestaande regeling van het scha de-vrij rijden - voorzover men dat hier kent bij gemeentebedrijven en gemeentewerken - te handhaven. Deze regeling daarbij dus te bevriezen. Vanuit het g. o. zijn er toen maar liefst 4 alternatieve voorstellen gekomen. Men heeft voorgesteld om de regeling zonder meer op te heffen. Anderzijds, om de be dragen als zodanig te gaan. verhogen. Weer een voorstel was om de regeling uit te breiden met nieuwe in dienst tredende werknemers 'bij gemeentebedrijven en gemeente werken, Een vierde voorstel was om het te geven aan al diegenen die in dienst zijn bij de gemeente Bergen op Zoom. Het is een dusdanig gecompliceerd voorstel, dat hij er nog ni et helemaal uit is kunnen komen. Hij stelt zich voor als, wanneer het college van B. W, met een nieuw voorstel zou komen, dat toch eerst weer wordt voorgelegd aan het georganiseerd overleg. Hij dacht dat dit toch de juiste gang van zaken is. Het g. o, kon zich met de huidige gang van zaken niet verenigen. Als dit in B. W. nog eens helemaal is uit gekristaliseerd, zal het college met een nieuw voorstel, via het g. o. bij de raad komen. De heer BROOS maakt toevallig ook deel uit van het g. o. Waar het daarin om ging was de tweeslachtigheid van het voorstel. Hij is er dan ook pertinent tegen dat de wethouder nu al uit om met een nieuw voorstel te komen door het oude aan te nemen, waarvan de wethouder aanneemt dat het niet goed is. De heer VAN KAAM zegt dat enkele jaren geleden, toen de hele regeling van de A.S.V. op de helling is geweest, toen de integratie van de groepen in de loonschalen heeft plaatsgevonden.. in .;j de vaststelling van de salarissen deze emolumenten, zoals het schadevrij rijden, in de nieuwe salarissen heeft verdisconteerd. Daarbij is toen echter verzuimd - en dat is het probleem waar men nu mee zit - dat de afzonderlijke regeling van het schadevrij rijden niet is ingetrokken. Die is ook blijven voortbestaan. Vandaar dat het college heeft voorgesteld om die regeling die er nog steeds is, te hand haven maar wel te bevriezen in die zin» dat die zou blijven gelden voor diegenen die ze op het ogenblik hebben. Daarover denkt men in het g. o. anders. Enerzijds werd er gezegd: schaf alles af. Als hij zich niet vergist was dat het raadslid, de heer Franken. Spreker dacht dat er dan een onbillijkheid inzat voor deze mensen, want zij hebben eenmaal dit recht. Dat zonder meer afschaffen zou naar zijn mening te ver gaan. Anderzijds zijn de andere voorstellen zó uiteenlopend dat hij toch wel eerst in B. W. en met de betreffende hoofden van dienst deze zaken zou willen bespreken en dan met een nieuw voorstel komen. De heer BROOS wil vragen, of dit voorstel dan kan worden teruggenomen. De heer VAN KAAM dacht niet dat er van terugnemen sprake kan zijn. Wat er tot op he den betaald is, blijft betaald. De heer BROOS voelt er absoluut niets voor om iets te gaan aannemen waarvan de wet houder denkt dat het waarschijnlijk niet goed zal zijn. Dat wil hij voorkomen. Hij moet dan ook de woorden van de heer Gorrissen onderschrijven. Het ging zuiver en alleen om de tweeslachtigheid van hetgeen hier ter tafel wordt gebracht. Dat is niet opgelost en hij zou dus gewoon of ja of nee willen zeggen. Niet dubbelzinnig. De heer VAN KAAM: kan niets anders zeggen dan dat de regeling zoals die nu is, gewoon, blijft bestaan. Zou die worden ingetrokken, dan wordt naar zijn mening aan de werkne mers onrecht aangedaan. Zonder hoofdelijke stemming wordt het voorstel aangenomen onder aantekening dat de heer Broos wordt geacht tegen te zijn.

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1974 | | pagina 205