19 beschikbaar gesteld, waarvan 40% in de bouwsector. Hij moet verder vaststellen, dat in het laatste rapport van het gewestelijk arbeidsbureau wordt gezegd, dat 44% van de bouw vakarbeiders in deze omgeving zonder werk is. Verder is het ook nog zo, dat de raad enige dagen geleden ook nog is geconfronteerd met een brief van de middenstand waarin deze zegt, dat zij om verschillende redenen achter deze flatbouw staan. Hij heeft de heer Franken daarstraks een compliment gegeven voor diens werk in de commissie ad hoe openbaar slachthuis, maar hij moet nu toch wat kritiek uitoefenen op de publicaties die hij heeft gedaan o. a. in het Brabants Nieuwsblad maar ook in de Stem en waarin deze zegt, dat achter de door hem gepubliceerde instelling o. a. ook het NKV zou staan en een Vrouwenadviescommissie. Vanmorgen is dat dan wel duidelijk weerlegd. Hij vindt het een beetje kwalijke zaak dat men op deze manier wil laten blijken dat grote groepen mensen achter een voorstel zouden staan. Er is ook nog bij gesproken over de Sosjale Joenit. Spreker wil daar toch een vraagteken bijzetten omdat onlangs deze Sosjale Joenit nog heeft ingebroken om mensen die niet zoveel kunnen betalen - het was echt geen inbraak voor rijkere mensen - aan een huis vesting te helpen. Hij verwondert er zich dan nu over, dat deze Sosjale Joenit nu ineens achter het plan van de heer Franken zou staan. Hierbij treedt toch een vertraging op in ieder geval - want er is geen alternatief - en mevrouw Elseman heeft dat ook heel juist gezegd op de vergadering van de PPR toen over het plan Klaassen werd gesproken. Zij zei toen: Mensen waar praten we hier toch over. Dit is een illusie waarover wordt gepraat. Het is beslist geen alternatief plan. Hij wil zeggen, dat er nu een aanbod is. Er is een konkreet plan. Men kan er verschil lende dingen mee gaan doen. Op alle mogelijke manieren wordt dat nu weer tegengewerkt. In ieder geval is er kritiek op. Hij dacht dat die kritiek in hoofdzaak uitgaat naar iets visueels; men zegt dat het de stad ontsiert. De mensen die erdoor geholpen kunnen worden, worden echter niet besproken. Hij vraagt zich toch af of de mensen die werke lijk geen woning hebben - en hij heeft nog een brief bij zich van het gemeentelijk woning bedrijf waarin staat, dat het momenteel voor de gemeente onmogelijk is om aan alle alleenstaanden die om zelfstandige woonruimte verzoeken een oplossing te bieden - over die ontsiering van de stad ook zo zullen denken. Alles bij elkaar genomen voor zijn fractie in overgrote meerderheid een aantal argumenten waarbij vooral de behoefte aan woningen de grootste rol speelt. Zoals men hier bij elkaar zit, kan men toch eigenlijk wel stellen, dat er eigenlijk toch wel geen woningnood is; dat er zelfs wel een soort welvaart is en dat wij nog wel iets meer hebben dan alleen maar een woning, althans zeker voor verschillenden. Men zal zich dan ook goed moeten realiseren, dat mensen die geen woning hebben zeer moeilijk zitten en dan in alle leeftijdsgroepen en ook in verschillende inkomensgroepen. De heer BROOS wil zich beperken tot een vraag en een opmerking. De vraag is, dat hij via de voorzitter aan mevrouw Vlug wil zeggen, dat zij de uitdruk kingen: ik zie; ik begrijp; ik heb gehoord; dat heb ik in geen enkel stuk gelezen; enzovoorts, dan als standpunt van de WD-fractie heeft geuit, of dat dit alleen van haarzelf is. Wethouder Hdrtel heeft toch ook een belangrijke vinger in deze pap De opmerking die hij heeft wil hij dan via de voorzitter tot de heer Westerhof richten. Het valt hem van de heer Westerhof tegen, dat deze als zakenman van zo weinig onderne mingsgeest is uitgegaan. Op het laatst van diens betoog heeft deze n. 1. gezegd, dat het hier om wat oudere mensen ging waar men weinig last mee heeft. Het kwam er in het kort op neer, dat men daarmee kon doen wat men wil zo in de geest van: Laat ze maar dommelen; laat ze maar hard werken uit die periode. Concluderend zou hij willen zeggen, dat de heer Westerhof meende te zeggen: Ze vroegen een 65-plusser, maar ze namen mij. Althans, zo is dat bij hem overgekomen. De heer WESTER HOF moet dan zeggen, dat dat wel verkeerd is overgekomen. De heer DE JAEGER dacht wel, dat het iedereen vooraf duidelijk is, hoe hij over deze zaak denkt. Hij vindt, dat er na de vorige vergadering nog al wat losgeslagen is. Er zijn nog al wat reacties op gekomen en om die nu allemaal zo maar opeens opzij te schuiven wil hij dan liever aan het college overlaten. Hij vindt het wel opvallend, dat het grondbedrijf en de ruimtelijke ordening het niet eens zijn kunnen worden. Er is een nogal ruim verschil in gebleven. Over de huur wil hij opmerken, dat die op dit ogenblik gepland is op 157. 91. Hierbij is dan wel gerekend met bejaarden, die in die woning zullen komen. Het is hem dan opgevallen, dat b. v, de Heer Gorrissen die alleenstaanden zo benadrukt heeft. Spreker vindt het ook heel erg als die geen huis of onderdak kunnen krijgen.

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1974 | | pagina 138