37 Het is dacht hij duidelijk, dat de achtergrond hiervan is bepaalde wensen van bepaalde groeperingen, Zijn fractie is na beraad tot de volgende con clusie gekomen. Het is van belang dat er zo weinig mogelijk moeilijkheden ontstaan hij de benoemingen en dat de kandidaten met zo groot mogelijke meerderheid gekozen worden. Hij wil medewerken aan de benoeming van de 6 kandidaten waarin de wensen van andere groeperingen van de raad zijn begrepen. Zijn fractie heeft echter ook enkele wensen. Ten eerste is hij de voorgestelde 3 vrouwelijke candidaten geen enkele vrouw uit de lagere bevolkingsgroep hij de eerste 3, Daarom zullen zij op nummer 2 stemmen van de eerste voordracht m.n. op mevrouw Langenberg die kandidaat gesteld is door de N.K.V»Vrouwen. Dat is geen vakbondsbeweging maar een vereniging van vrouwen van werknemers. Hij vraagt de raad om die wens, een vrouwelijke regentes uit de lagere bevolkingsgroepen te willen onder steunen. De emancipatie van de vrouw op bestuurlijk niveau moet ook in de lagere regionen kunnen doorwerken, dacht hij, Mevrouw Langenberg is naar zijn mening een geschikte candidate voor regente, Zij heeft bestuurlijke func ties op provinciaal niveau, Ten tweede ligt bij de stukken een verzoek van de personeels- en ontspan ningsvereniging om de oud-regent, de heer Melkert opnieuw te benoemen als regent. Zijn fractie zal de heer Melkert als candidaat naar voren brengen naast de 6 andere candidaten die door anderen naar voren zijn gebracht. Hij vindt dat in deze tijd van democratisering en inspraak niet voorbijgegaan kan worden aan dergelijke verzoeken van het personeel. Mevrouw VLUG heeft daar bij het voor-overleg niets van gemerkt. De heer LORRISSEN zegt dat er geen twijfel bestaat over de kwaliteiten en de inzet van de heer Melkert. De zittende regenten hebben dat zelfs ook erkend. Zij wijzen de heer Melkert af om gevoelsmatige redenen omdat hij in het conflict een hen onwelgevallig standpunt heeft ingenomen uit solidari teit met de andere regenten. Zijn fractie vindt dat geen argument dat iets te maken heeft met kwaliteiten. Hij is zich er van bewust dat door deze voorstellen de regio-candidaten in gevaar worden gebracht maar de raad heeft een motie aangenomen waarin werd gevraagd aan de zittende raadsleden-regenten om ook hun zetel ter beschik king te stellen, althans om dit ie overwegen. De heide raadsleden-regenten komen mogelijk hiermede dan een beetje onder druk te staan maar onder andere de heer Broos heeft bij herhaling verklaard zijn zetel desnoods onmiddellijk ter beschikking te willen stellen. Na de statuten wijziging van het A.B.G. waarbij de mogelijkheid van regio regenten wordt opgenomen kan de heer Broos zijn toezeggingen onmiddellijk waar maken. Hij neemt aan dat deze dit ook zal doen. Zover meent hij deze wel te mogen kennen. Bij de voorbereidingen zijn in het seniorenconvent alleen enkele wensen naar voren gebracht over hoofdlijnen, niet over personen, omdat deze nog niet bekend waren. Nu alle groeperingen hun wensen naar voren hebben gebracht, dacht hij dit nu ook wel te kunnen doen» Hij wil best anderen tegemoet komen maar hij hoopt wel op een wederkerige behandeling. Voorts verzoekt hij de behandeling per voordracht uit te voeren, De heer BROOS heeft nooit gezegdsdesnoods onmiddellijk. Ieder mag dat na kijken waar dat staat. Hij dacht verder dat lang discussiëren overbodig zou zijn. De heer Lorrissen heeft gesproken over regenten» Spreker dacht niet dat hetgeen deze heer zei door hem kan worden gevolgd» Hij heeft wel altijd gezegd bereid te zijn met iedereen samen te werken. Gezien het feit van de langdurige onderhandelingen op elk gebied zou hij willen zeggen dat, als men een wedstrijd speelt, men altijd het risico loopt dat men ook eens een keer verliest. Hij zou toch wel even een beroep willen doen op de niet KVP-ers wat konsekwenter te zijn want door het geheel wat nu naar voren komt blijken zij toch de maneuvres uit te halen en alle ellende zit naar zijn mening in die hoek,

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1973 | | pagina 74