8
Het is verder ook bekend, dat het saldo van de Katholieke Reelasserings
verenigingen op dit ogenblik al met 6 cijfers geschreven wordt» Het colle
ge is dan ook van mening, dat wanneer deze landelijke instelling over een
dergelijk bedrag beschikt, die instelling daaruit gemakkelijk de plaatse
lijke verenigingen in het nadelig saldo kan bijstaan. Bovendien kan toch
ook nog wel worden gesteld, dat zij altijd nog de gelegenheid krijgen om
door middel van collectes de plaatselijke afdelingen aan een bepaald be
drag te helpen» Spreker meent, dat als nu op deze zaak zoo worden ingegaan,
met dezelfde gang weer een aantal andere verenigingen zullen komen met de
zelfde motivering en hei effect, wat de raad heeft gevraagd om ten aanzien
van de subsidies eens een opruiming te houden, zou hiermede dan wel voor
een groot deel verloren gaan.
Wat het Zuidelijk Toneel betreft zou de 'VOORZITTER willen opmerken dat in
de cultuurnota heel uitdrukkelijk is gesteld - een nota die toch door de
raad is aanvaard - dat zoveel mogelijk getracht moet worden om voor iedere
beleids-sector de meest gerede overheid te treffen» Als dan gezegd wordt
dat het Zuidelijk Toneel een waardevol iets is en hier toch optreedt, heeft
men volkomen gelijk. Daar gaat het echter niet om» Er verschijnen hier in
Bergen op Zoom wel meer waardevolle dingen» Het gaat er alleen om of dit
een gerede taak is voor de gemeentelijke overheid» Het college meent dat
dit soort instituten in het vlak van een ander overheidsbeleid liggen.
Men is hier dan een hele kleine roepende in de woestijn maar hij zou er toch
waarde aan willen hechten om door middel van een beetje harde actie, zoals
het modewoord tegenwoordig luidt, te zeggen dat dit geen gemeentelijke taak
is. Daarvoor is een andere overheid de gerede partij» Die zal dat dan ook
waar moeten maken» Het gaat hier dus meer om een kwestie van principe»
Zoveel mogelijk iedere overheid haar eigen taak» Gemeente, provincierijk.
Daar moet die overheid dan ook voor staan» Dan komen ook pas echt de mo
gelijkheden tot een beleid, dacht hij. Dat idee wordt in de cultuurnota tot-
uiting gebracht» Dat wordt ook hier heel hard in de praktijk gebracht»
Men zal toch dit college en zeker ook niet de voorzitter daarvan van enig
understatement kunnen verdenken ten opzichte van het Brabants Orkest, waar
hier toch geweigerd werd om het gemeentelijk subsidie voor dat Brabants Or
kest te gaan verhogen»
Toen de lijst van de subsidies werd doorgenomen werd afgevraagd of dit een
gemeentelijke taak was» Toen hierop werd geantwoord dat het wel een mooi
werk maar geen gemeentelijk werk was, is besloten zoals nu in het voorstel
staat
De heer M.J.FRANKEN wil nog even zeggen dat hij het helemaal niet eens is
met de opmerking van de heer de Jaeger» Het lijkt hem dat, als er hier 4
reclasseringsverenigingen zijn en deze kunnen tot een fusie komen, zij toch
in ieder geval veel efficiënter zullen kunnen werken.
De VOORZITTER meent dat dit niet relevant is» Het gaat hier niet over een
fusie» Ook hier gaat het er over pf het een gemeentelijke taak is» Als de
heer Franken en de heer de Jaeger hierover nog een beetje willen bekvechten
mag dat van hem, maar het houdt wel op en doet hier niet ter zake.
De heer BROOS zou ook nog even tegen de heer de Jaeger willen zeggen dat
een individuele mening toch niet de collectieve doelstelling van zo'n ver
eniging mag raken. Voorts heeft hij een duidelijke vraag gesteld waarop niet
is geantwoord» Het college kan zich er nu wel met een jantje van leiden af
maken, maar daar wordt natuurlijk niets voor gekocht»
Voorts wil hij opmerken, dat de wethouder nu wel een alinea uit de brief
heeft geciteerd maar dat kan een totaal verkeerde indruk geven als dat niet
in het raam van het gehele briefverhand wordt gedaan» Dat vindt spreker
dus niet juist» Ook had de wethouder het over een saldo wat in de 6 cijfers
loopt, Dat vindt spreker eveneens nergens op slaan» Een vakbond die stam
pend rijk is en niets uitkeert pleit alleen maar voor een goed beleid»
Dat houdt dan echter nog niet in dat men geen contributie of geen bijdrage