6
De heer BROOS vindt dat men bij zo'n consumptieve handel als een supermarkt
toch moet oppassen dat men de zaken niet gaat programmeren waardoor men
exacte vierkante blokjes zou gaan krijgen en geen enkele menselijke inspraak
ziet. Er is daar een grote wijk» Hij dacht dat de mensen daar er mee gebaat
zijn dat er iets komt» Als dat dan ten koste van iemand anders zal gaan,
dat is nu eenmaal het leven. Er zijn ups en downs. Men zal moeten blijven
strijden,. Hij dacht dat iedereen de gelegenheid moest worden gegeven om zich
te kunnen ontwikkelen ten gunste van het algemeen belang. Hij voelt wel aan
dat hij zo'n beetje de enige is die er zo over denkt. Hij dacht echter dat
het toch een gezonde zaak was. Vaak wordt er geprobeerd om iets tegen te
houden doch als men naar andere plaatsen rijdt ziet men vaak in buitenwijken
parkeerterreinen waar men U tegen zegt. Hij zou willen vragen waarom dat
nu hier, met onze achtergrond, ook niet zou kunnen. Hij dacht dat men hier
eens wat dynamischer moest gaan denken en ook durven handelen.
De heer HXRïEL zegt dat er ge-opperd is dat er winkeliers in de buurt daar
concurrentie zullen gaan ondervinden.Dit valt uiteraard niet te ontkennen.
Toch is uit onderzoekingen gebleken dat dergelijke supermarkten de minste
concurrentie veroorzaken in hun directe omgeving maar wel bij zaken die
wat verder weg liggen, dus in de omgeving van de stad. Dergelijke, wat ver
der af gelegen zaken schijnen dus meer last te hebben dan zaken direct in
de buurt» Er werd gevraagd wat het college nu gaat doen, Hij kan daar op
antwoorden, dat er een overeenkomst opgesteld zal gaan worden die aan de
raad zal worden voorgelegd. Hierover kan nu natuurlijk nog niets worden
gezegd. Dat is een puur juridische zaak.
Zonder hoofdelijke stemming worden de ingekomen stukken voor kennisgeving
aangenomen
4. Voorstel ter voorziening in de vacature in de commissies voor de straf-
verordeningen, voor het grondbedrijf, voor de gemeente-?inanciën en voor
het woningbedrijf
TVe r z ameling T973 noAz/25.
De heer DEKKER,S zou namens zijn fractie voor deze vacatures, die zijn ont
staan door het aftreden van de heer Berger, de heer Notenboom kandidaat
willen stellen.
De VOORZITTER constateert dan dat de heer CJ. A.Notenboom bij enkele kan
didaatsstelling is benoemd als lid van de commissies voor de strafverorde
ningen, grondbedrijf, gemeente-financiën en woningbedrijf.
5. „het.vaststeilen van een nieuwe subsidieverordening voor
plaatselijke harmoni enen "drumbands 7
TVerzameling 'Ï973 no"az/ÏB)"
Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt dit voorstel aan
genomen.
•6o Tan diverse subsidies en opzegging van een aan
tal lidmaatschappen met i ngang ~va.n" ï'jauüari -----
Tverzameïing 1973 no. Tin729)
De VOORZITTER zegt dat het college êên wijziging in het voorstel wil aan
brengen en wel over het lidmaatschap van het Wegenbouwcentrum, waarbij hij
wil opmerken dat het college deze subsidie, die eigenlijk een contributie
is, in verband met belangrijke informatie en dergelijke zou willen handhaven.
De heer HENDRIKS meent dat het ook de bedoeling is, zoals uit de stukken
blijkt om het subsidie aan de Katholieke Reclasseringsvereniging in te trek
ken. Hij zou er voor willen pleiten dat dit subsidie, tot er een fusie is
tot stand gekomen tussen de verschillende reclasseringsverenigingen, ge
stand zou kunnen blijven gedaan. Het is naar zijn mening n.l. zo, dat, in
dien dit subsidie zou worden ingetrokken, de Katholieke Reclasseringsver
eniging niet meer in staat zou zijn tot een 8-tal activiteiten.